INLICHTINGEN
XII
AANGAANDE DEN KALENDER.
Alle tijdsopgaven in dezen Almanak zijn berekend
op den meridiaan van Middelburg en gesteld in waren
of zonnewijzer-tijd. Begeert men dien in middelbaren
tijd over te brengen, dan bediene men zich van de
opgave in de vierde kolom van den Kalender.
De op- of ondergang der Maan is in de derde kolom
zoo opgegevendat van eiken dag van nieuwe tot volle
Maan de ondergang, en van volle tot nieuwe Maan de
opkomst is aangewezen. Die van de Zon zijnals
voor dagelijksch gebruik voldoende, den 1 10 en 20
van iedere maand in de zevende kolom aangewezen.
De vijfde kolom geeft voor iederen voor- en namiddag
het hoogwater te Westkapelle. Het eerste getal is het
uur, het tweede het kwartier. Dus is 1 Jan. voorm.
3 2, half 4 ure, en namiddag 4 0,4 ure. Om het
hoogwater voor andere plaatsen te vinden, telt men
er den tijd bij die op bladz. xi voor iedere van de
zelve is opgegeven. Wanneer men aldus meer dan 12
uren zou bekomen, neemt men het Westkapelsche wa
tergetijde van den vorigen hal ven dag.
De letters M. N. P. en M. V. P. beteekenen het
naaste punt der Maan aan- of het verste van de Aarde.