UIT DE IIELFT DEK 17DE EEUW. 83
het beheer van eenen vreemdeling, op eenen zuidelijken
troon gezeten, doch een verbond, dat eerst werken
zou wanneer zij dien meester hadden verlaten en op
eigen wieken drijven zouden naar de haven van vrede
en welvaartwaarvan die meesteronbillijk en fana
tiek als hij wasbestendig de intrede ontzeide.
Hoezeer de unie vóór de afzwering daargesteld was
en de acte vóór 1581 bestond, is zij steeds aange
nomen als het rigtsnoer, volgens hetwelk de belangen
onderling der provinciein vele opzigten op zich
zelve staandegeregeld moesten worden. Over het al
gemeen is het punt van verschil, het zij men de unie
beschouwe als bevestigende en stilzwijgend aanne
mende wat bestondhet zij men haar ook beschouwe als
slechts eenen voorloopigen toestand te hebben daar
gesteld, het zij men haar aanwijze als eene die eenen
geheel nieuwen toestand heeft geschapen. De bepa
lingen der unie-acte zijn de leiddraad waaruit over
regten beslist werd die de eene provincie zich aanma
tigde de andere betwistte. Bij deze vraag dus ook
moet zij de bron van beslissing wezen. Het algemeene
regt kan eerst geldenwanneer zij niet beslist. En
dan volgens die unie-acte, volgens veler krachtig ge
zag, uitvloeisel van en zamenhangende met vroegere
verbindtenissen en een gevolg der tijds-omstandighe
den, bleef de vrije keus aan de gewesten om stadhou
ders in haar provinciaal beheer toe te laten of niet.
Die aanstelling was een zuiver uitvloeisel en attribuut
der bij ons in kracht zijnde provinciaal-souvereine
magt. Doch als leden der uniedie men wilde hand-