84
EBNE STUDIE
haven als den grondslag van de staatsinrigtingals
zoodanig moesten de provinciën waken, dat er aan
hare bepalingen konde voldaan worden; als zoodanig
moesten zij zorg dragen dusdat er stadhouders aan
wezig waren. Het was een karaktertrekeigen aan
de uniedoor allen erkendvoor- of tegenstanders
der beslissing in dezenzoowel dat bij de unie de
verbindtenis werd aangegaanverscheidene daden van
souvereiniteit niet te plegen, als dat daardoor de sou-
vereiniteit der respective provinciën niet werd verkort.
In de weigering van voorafgaande benoeming, al
ware het ook slechts voor dien bepaald opgedragen
last, waren Holland en wie met Holland instemden
dus niet in hun regt, en al moge ook het feit als ge-
heele verbreking der unie wat sterk zijn gekleurd,
toch is het zeer zeker ongeschikt geweest om toena
dering te bewerken en den geest der uniedie men
erkend hadals levend beginsel te doen treden op den
voorgrond van onze staats-inrigting.
Bij de beraadslagingen over het punt der militie
komen hieromtrent nog meer merkwaardigheden voor.
Terstond reeds werd de stof behandeld van het al
of niet doelmatige en wenschelijke van een vast hoofd.
Gelderland stond het denkbeeld voordat het hoogste
gezag over het krijgsvolk berusten zou bij de alge-
meene statendat er slechts in tijd van nood en
oorlog een bepaald bevelhebber zou gekozen worden,
en dan eerstna gehoudene vergaderingen der provin
ciale staten op dit punt. Bij het benoemen van een'
krijgsoverste wilden zij het gezag verdeelen onder de