142 FEESTDRONKEN EN TAFELLIEDJES. DE VRIENDSCHAP. (ZANG.) IVien Néér lands bloedenz. Hoe zoet is 't, waar de Vriendschap woont." Wie kent dat liedje niet Maarwaar ze als hier haar vrienden kroont En zulk een hoogtijd biedt, Dhar voegt een nieuwe vriendschaps zang Aan 't vrolijk hart ontweid Voor haar dan, waar ze ook lof ontvang', Een feestdronk ingesteld, (bis.) Zij is 'tdie op de wislende aard In 't harte balsem strooit Dieals het oog op doornen staart Het pad met rozen tooit; Daarom werd in der vaadren tijd, Tot vreugd van hart en huis Der vriendschap lied en dronk gewijd Bij zang en feestgedruisch. (bis.)

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1854 | | pagina 193