MAERTEN THYSSEN. 163 ter Admiraliteyt tot Coppenhaegen werden verbeurt verclaert, niet teegen staende alle myne vlyt ende goede debvoiren voor de Neederlandtsche schippers aengewendt. Hiermeede Edelen, Eerentfestenwysen voorsienigen Seer disereten Heeren, sal uwe Ed. beveelen in Goodes protextie die ick bidde Uw Ed. te conserveeren in langdurige Gesondtheydt, en voorspoet. In Helseneur den 3 September 1644. Uwe Ed. gansoh dienst willi gen dienaer, (get) CAREL VAN CRACOTJW. No. 2. Uittreksel uit eenen brief van den pen sionaris der stad Medenblik, mr. Nicola es Stel- lingwerff van den 2 december 1644, uit 'sHage aan het bestuur dier stad geschrevenwaarin wij deze bijzonderheid opmerken, dat aan den admiraal M ae r- ten Thyssen, ter belooning voor zijn moedig en dapper gedrag, een der grootste van de door hem op de Denen veroverde schepenwerd geschonken. Ambassadeurs van Sweden schryven mede, dat sy met de Commissarissen van den Coningh de stucken op te preliminairen hadden gewisselt en alles prepareerden totte byeencompstedat by den Coningh ende de Rycxraeden over het nemen van 15 a 16 schepen en de neerlage bij Malmuyen groote consternatie was, datter tydinge was datte Sweden m Lalandt waeren ingevallen, waervuer de Coningh

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1854 | | pagina 214