IflG IETS OVER DE GRAFTOMBE der den grond. Boven op liet dekstuk liggen de overblijfselen van een mannelijk en een vrouwelijk beeld van wit arduin; aan liet eerste, waaraan hoofd en beenen ontbrekenen dus slechts de romp is ontwaart men nog teekens van een ridderlijk gewaad; terwijl van het vrouwelijk beeld alleen de schoot aan wezig isof van het middellij! tot aan de voeten. Op den rand van het dekstukdie voren aan de tombe gepolijst en van een schuinsch beloop isleest men deze inscriptien Int jaer ons heeren M. CCCO. en XXII. opten dertiensten daoh in februario doe starf her florens van borssel heer van sulen en van sinte maertensdyck. Int jaer ons heeren M. CCCC. en XX. opten XXIIIsten daoh in lentemaent doe starf Oede van berghen vrouwe van sulen en van sinte maertensdyck. bid voer de zielen." Van deze graftombe isvoor zoo veel ik weet nergens melding gemaaktdan alleen in het Aardr. Woordenb. van den heer van der Aa, op het woord St. Maartensdijkmaar onvolledigzoodat zelfs het voornaamste is over 't hoofd geziende inschrif ten namelijkwelke geenzins van historisch belang zijn ontbloot; en onjuist ook, zoodat eenige rectifi catie hier niet overbodig zal zijn.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1854 | | pagina 217