MARIA VAN REIGERSBERGEN217 koets met zes paarden, en bezocht openlijk de koningin van Bohemedie zich destijds hier te lande bevond het gelukte haar door haar schrander beleid te weeg te brengendat men haar bij voorraad zestienduizend rijksdaalders, in mindering van regtmatige eischen, betaalde. Hard was het voor haar de dochter van een dei- aanzienlijkste zeeuwsche geslachten, in gevangenschap en verbanning te deelen met eenen man, dien zij niet alleen onschuldig kendemaar die daarbij een van de allergrootste sieraden zijns vaderlands was. Hare kloekheid van geest alleen maakte het haar mogelijk, daarbij die kalmte en waardigheid te bewaren, welke zijals eene echt hollandsche vrouw uit een krachtig tijdperk, in geene omstandigheid verloochende. Slechts hijdie de eer van haren echtvriend aanranddevond in haar eene stoutmoedige verdedigster van waarheid en onschuld. Zij schroomde dan geene moeite en trad voor geene miskenning terug. Als moeder was zij niet zoo gelukkig, als zoo veel deugd en opoffering verdienden. Van de zeven kinde ren die zij ter wereld bragt stierven twee zeer jong; eene dochter, die den naam harer moeder droeg, overleed te Parijs in jeugdigen leeftijd, en ofschoon deze huiselijke ramp plaats had kort na de inhaling van de Groot als zweedsch gezant te Parijs, prees de nadenkende Reigerbergen hare dochter geluk kig als die het droevige voetspoor van hare moeder niet zou behoeven te betredengeen gezochte regters zou zien over een' onsehuldigen manwiens gezigt

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1854 | | pagina 268