226 VROEGERE BESTRATING pentot tegen de huizenis dit Marktplein groot 635 r„ en zonder de stoepen 601 r." Dus in 't eerste ge val 8305 en in 'ttweede 7861 ellen. Dit laatste komt vrij wel overeen met de jongste opgave in het Woor denboek van van der Aa, op 'twoord Middelburg, bi. 880, waar opgegeven wordt omtrent 7800 ellen." 2. Tot de bestrating der voorschreven 617 r. zijn gebezigd niet minder dan 311800 steenen, ge naamd Doubletten, 8) tegen 9,30 de 1000, 'tgeen uitgetrokken staat tot 187.18.7 of 2927.57|. Waarbij voor werkloon a ƒ1 per r.- 617.70. Zoo dat de geheele bestrating gekost heeft 3575.27i- Zeker eene zware som voor dien tijd. Een extraor dinair, waartegen men met regt hoog had opgezien en na welks afbetaling de Thesauriers met een gevoel van dankbaarheid in de rekening schreven: Laus Deo! 3. Uit die kostbaarheid blijkt dan ook de reden waarom de bestrating der steden in Noord-Neder land zoo langzaam is voortgegaan. Om die kosten in eens of zelfs bij belangrijke hoegrootheden te be strijden, daartegen waren geene stedelijke financien opgewassen. Millioenen straatsteenenwaarvan toch elke duizend eenige guldens kostten(en wat nietige oppervlakte beslaan 1000 straatsteenen!) werden ge vorderd tot de bestrating van eene enkele stadzelfs gelijk de onze toen was! Men wandelt zoo onbezorgd door de stratenen denkt er naauwelijks omwelke schatten gevorderd zijn voor het geen wij met voeten treden. Thans zou de bestrating der Markt, op

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1854 | | pagina 277