DER STAD SLUIS.
9
toekent Lamberts-vliet. De overleveringdoor G r a m-
maije en Sanderus bewaard, maakt dien Lambert
tot een engelscli graver of delver, doeb heeft geen
bewijs. Anderen wijzen op een' brief van 0da, abdis
van Marquette bij welke zij in 1269 verklaart
verkocht te hebben: a seigneur Lammin le Tonni-
wer (Tourneurden draeijere) borgois de Bruges"al
het land buiten haren polder, dien „SireJehande
Leffinghejadis bourgois de Bruges laatstelijk in
dijkte van harentwege. Maar uit niets zoo veel ik
weetblijkt ons dat die abdij in de kastelenij van
Rijsselin de omstreken van Sluis regten of goede
ren bezat; terwijl men intusschen de Lamminsvliet
bij geene mogelijkheid elders kan zoeken dan in Be-
westereede, tussehen Sluis en Aardenburg. Men legge
maar eens eene kaart voor zich van het Oostvrije,
zoodat men Sluis en de omstreken in eens kan over
zien; dan valt het terstond in het oog, dat de
noordelijke zeedijk van Bewestereede door de oost
poort de stad intreedt, haar in zuidwestelijke rigting
doorloopt, en door de westpoort weêr uit gaat, om
voorts weder als westelijke zeedijk van dien polder
verder te leiden. In dien dijk nuachter de nog
bekende kaai of haven, onder de voormalige visch-
marktliggen nog de overblijfselen van eene sluis
door welke laatst het riviertje de Eede uitwaterde
"isaar die er in de eeuw ook reeds lag, en in
Medegedeeld in den Messager des Sciences et des arts de la
Belg. van 1835VT- 111 PaS- 174