14 BE OOBSPKONG EN OPKOMST plaatsen gesloten, ten einde den prijs nog al hooger te doen stijgen. Dit werd, gelijk men destijds meende en ook door den proost en zijne broeders geloofd werd, ter kennis van den graaf gebragt door Danc- mar van der Straten; en deze kennisgeving had ten gevolge, dat, na vooraf gegane doch vruehtelooze bevelen tot verkoop, de schuren van den proost en van Lambert Nappin, op last des graven, werden geopend en een aanzienlijk gedeelte van het gezol derde verkochttegen een' door hem gestelden prijs die vervolgens aan de eigenaren werd uitbetaald. Hieruit ontstond eene nieuwe vete. De broeders weten alles aan genoemden Dancmar en peinsden op wraak. Borchard Lambertszoon trok met eene bende stoute knapen er op uiten bragt be langrijke schaden toe aan huizen, boomgaarden en andere bezittingen van Dancmar. Deze beklaagde zich hierover bij den graaf, die Borchard deed dag vaarden, en, toen hij niet verscheen, veroordeelde tot het herstellen der toegebragte schaden met bedrei ging, bij nalatigheid ten dezen, van ook zijne bezittin gen te zullen laten verwoesten. Dit deed de ver bittering bij het geslacht van Erembald noghooger stijgen, terwijl eene bijkomende zaak haar ten top voerde. Het verhaal zegtdat de proost eene nicht" had die gehuwd was met een aanzienlijk man, wiens naam wel niet genoemd wordtdoch dien wij vermoeden te zijn geweest Willem van Werwick. Hij was be trokken in den door Borchard geschonden vrede, en kreeg twist met een ander edelman van 's graven

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1854 | | pagina 63