DEB STAD SliTJIS.
17
verspreidden zich vervolgens door de stad, zochten
hunne partijen in hunne woningen op en bragten dood
verwonding en vernieling alom waar zij kwamen
Maar 's graven kamerheer Servaas van Praat,
die de moorders ontkomen was, verhief zijnerzijds
onmiddelijk de banier van Vlaanderen en riep het volk
te wapenom den moordaan den goeden graaf ge
pleegd, te wreken. Dit deed de verdere ontwerpen
der zaamgezworenen mislukken, want van Praat
nam zijne maatregelen zoo goed en zoo snel, dat een
gedeelte van hen naar buiten de stad vlugtte terwijl
wie dit niet konden de wijk naar de kerk namen,en
zich van daar in den burgt wierpen. Daar werden zij
nu al spoedig door eene geweldige magt ingesloten
want op de mare van het gebeurde snelde men van
alle kanten met gewapende benden toe. De Aarden
burgers onder Hugo van Baerle; de Oostburgers
onder Haj,ol; de Yzendijkers onder schepen Alard.
De kasteleins van Gend, Aalst, Dixmuden en meer
andere steden bleven niet achterlijk, ja zelfs de gra
vin van Holland en de koning van Frankrijk zonden
hulpbenden!
Van Praat benarde intusschen de opgeslotenen
die zich verdedigden met den moed der wanhoop. De
strijd duurde deswege nog al tamelijk lang. Maar
eindelijk werd toch ook de burgttoren overmeesterd,
en werden de laatste 25 a 30 zaamgezworenen,
die zieh nog aldaar ophielden, en onder welke ook
Lamberts zoon Wouter was, van de tinnen naar
beneden geworpen en verpletterd!
2