8 6 LEVENSSCHETS VAN
Hollandsche Synodale leden het niet weinig ge
laden. Men schreef uytteni-iooven aan, dat hij
krachtens zijne instructie, zijne dienst niet door
een ander mogt laten waarnemen. Geloof,"
zoo luidde onder meer zijn antwoord, dat ik
dit schrijf met een opregt, rust beminnend hart;
met een hart, dat niets anders dan den welstand
mijner gemeente en der Protestanten alhier wenscht,
uit hoofde van de nadeelige gevolgendie de
uitvoering uwer resolutie" namelijk op dit
punt hebben zal. Het is mijn pligt om
UHoogEerw.alzoo mij de staat van zaken al
hier beter dan in Holland bekend is dit onder
het oog te brengen, opdat ik mij alzoo bevrijden
mag van alle verzuim in hetgeen ik zou hebben
kunnen doen om den welstand der Protestanten,
alhier verzameld, welker politieke omstandigheden
mij als Predikant niet raken en waarvan ik mij
behoor te onthouden. Het plan is bij velen ge
nomen ombijaldien de heer ten broek in
het geheel niet meer prediken mag, maar op or
der daarin door mij wordt verhinderd, zich te