DEE STAD VLISSINGEN. 171
eener nieuwe stad gelegd zijn (2) en kort
daarna eene haven gegraven werd (3).
Nu trachtte men alle nering aan Oud-Vlis-
singen te ontnemen, om die, benevens de in
gezetenen naar de nieuwe stad over te brengen,
zoodat Oud-Vlissingen schier geheel verlaten
werd, en omstreeks het jaar 1328 de kerk
aldaar afgebroken is, en de bouwstoffen naar
het Nieuwe-Vlissingen zijn overgebragtom
aldaar eene nieuwe kerk, die nog aanwezig is,
te stichten.
De overblijfsels van Oud-Vlissingen zijn even
wel, na de opkomst en bloei der nieuwe stad,
nog langen tijd bewaard gebleven in een ge
hucht of voorstad, bestaande uit een groot aan
tal huizenwaarvan verscheidene met aangename
lusthoven voorzien waren; doch nadat deze ge
bouwen, gedurende het beleg der stad in 1809,
reeds veel geleden hadden en ten deele vernield
waren, zijn de laatste overblijfsels dezer plaats om
streeks het jaar 1810 verdwenen, toen na het ver
trek der Engelschen de vestingwerken van Vlissin-