64
EEN KONINKLIJK BEZOEK
der slotbewoners huisvestten. Stak men dat plein
over, dan kwam men aan eene tweede brug, die niet
ongelijk aan de eerste was en over de breede binnen
gracht door eene tweede poort den toegang tot de
eigenlijke gebouwen van het kasteel verleende. Deze
laatsten bestonden uit vertrekken voor het edele
gezin, welks eigendom Zandenburg was en boden
voorts aan de telgen van den aanzienlijken stam hiel
de gelegenheid om den misdadiger in ketenen te
sluiten, daar om hunne gasten te onthalenhier om
hun verstand te verrijken met de schatten der weten
schap, daar om aan den Heer der Iieeren de hulde
van het harte toe te brengen. Zij omgaven een ruim
binnenplein en hadden aan de zuidzijde gemeen
schap met de collegiale kerk, terwijl zij aan de noord
zijde den toegang boden tot den aanminnigen heuvel,
van wiens top het oog weidde over de gebouwen dei-
naburige veste en over de blaauwe golven der zee,
die de zeeuwsche eilanden van het trotsche Albion
scheidt. En gelijk daar binnen te midden van prach
tig huisraad een talrijk personeel leefde, zoo dreef
in de slotsgrachten tal van zilveren zwanen en dar-