AANTEEKENINGEN. 115 den acre, ook van geringe afkomst doch uit Jutland, was mede- pligtig aan dien raad. Zie, behalve v. dalin, t. a. p. D. II, S. 878, vlgg. 907, aant. (z) 910, aant. (a), thomaeus, Christna Kyr- kans Historia uti Swerige, S. 138 en 142. 7) Zij zijn afgebeeld, het eerste in ermerins, Ileeren vanVere uit den Huize van Bourgondiebladz. 69, het laatste in zijne Hec ren van Vere, uit den Huize van Borssele. Bladz. 130. 8) Wil men zich overtuigen, dat zulke spijzen en dranken in dien tijd opgedischt, zulke tafelgereedschappen gebezigd werden, men zie matthaeus, Vet. aevi Analecia, T. I, pag. 210 vlgg., en de rekeningen, zoo van de Abdij Leeuwenhorst over 1516, als van het Jans-convent te Weesp, over het jaar 1550 en vlgg., allen in HS., en vergelijke van wijn, Hist.Avondst.y B. II. Bladz. 66, vlgg. 9) Zie de aant. op beninga's Hist. v. Oost/riesl., bij mat thaeus, t. a. p.y T. IY. Bladz. 657 vlgg. 10) Zie reygersbergen, t. a.p.y bladz. 487. 11) Zie rohmann, t. a. p.y S. 97, vlg. thomaeus, t. a.p. S. 271SNEEDORFF, t. a. p. S. 44, vlg. 12) Bij thomaeus, t. a.p. S. 274. verg.rohmann, t. a.p. S. 135, vlgg. 13) Zie v. dalin, t. a. p. D. Ill, Bd. I, S. 74, aant. (i). 14) Zie SNEEDORFF, t. a.p. 15) Ziedr. L. Ali cohen, Oude- en Middelgeschiedenisvande Geneeskunde en hare hulpwetenschappendoor dr. F. isensee. Bladz. 495. 16) Zij worden opgenoemd bij de la rue, Gelett. Zeeland. Bladz. 193, vlg. 17) Vóór reygersbergens Ghronycke van Zeelandl. 18) Zie boxhorn op reygersbergen, £a:.p. D.II.Bladz.447.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1856 | | pagina 165