128 HET HEIMELIJK SCHOOLVERZUIM. laten loopen." Uit dien zelfden tijd en uit die zelfde wereldis het „aehterdehagenloopen"afkomstig. In derdaad, de kindermaatschappij is niet de woelige lusthof alleen, waarin de verbeelding ons zóó gaarne terugvoert, zij is ook de leerschool, waarin voor het vorschend verstand een vaak te weinig geacht voed sel is te vinden. Zij heeft hare bijzondere gewoon ten, wetten, overleveringen, liederen, spelen. Zij bewaart van kind tot kind veel eigenaardigs, dat met den mannelijken leeftijd verloren gaat. En wij hebben 't gezien, zij bezit en bewaart ook haar' eigen tale. En zou 't nu genoeg zijn, dat we diekindertaal en die kinderwereld dienstbaar maken aan de ver levendiging onzer verbeelding en aan de opscher ping van ons verstand? Zouden ook niet ons hart en ons leven er vrucht van kunnen trekken? O, is het niet zóó, mijn lezer, ofschoon wij nu, op onzen verderen leeftijd, niet meer spreken als een kind en niet meer overleggen als een kind, ofschoon wij in

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1856 | | pagina 178