ALLES VERGEEFSCH.
305
en toen de storm zweeg was eene rijke handelsvloot
vernield; de zon bescheen wrakken en lijken, drij
vende op de golven. Vijfhonderd vrouwen werden
weduwen in dien éénen akeligen nacht. Jammer
kreten gingen op in de bloeijende, thans treurende
stad. Toen ontzonk de moed om het reuzenwerk te
voltooijen. En wie zou ook de handen er aan heb
ben geslagen Wel waren plannen en teekeningen
voorhanden, maar de rijke geest die ze bezielde was
niet meer keldermans was in dien zelfden storm
omgekomen; hij bevond zich op een vaartuig met
bouwstoffen, dat aan den mond der haven zonk.
Storm had den grooten bouwmeester aan Zeeland
gegeven storm hem aan Zierikzee ontnomen
de voetzuil van zijn heerlijk bouwgevaarte is zijn ge
denkzuil.
Alles vergeefschZoo mogten we wel schrijven
aan het hoofd dezer schets.
Vergeefsch dat ITaamstede's heeren hun ba
nier al hooger en hooger ophieven; dat stijgen
werd onherstelbare val.