Over jutters, redders en bergers Vervolg. In het vorige nummer heeft u kunnen lezen hoe als gevolg van het vergaan van het fregat De Vreede, op 11 november 1824 de Noord- en Zuid-Hollandse Reddingmaat schappij en op 20 november 1824 de Zuid- Hollandse Maatschappij tot redding van schipbreukelingen werden opgericht. De ontwikkeling der reddingsmiddelen. Het eerste type reddingboot dat door de N.Z.H.R.M. in dienst werd gesteld, was de zgn. Groenlandse sloep die een lengte had van plm. 8 m en die ook door de walvis vaarders werd gebruikt. Deze boten waren voorzien van drijftoestellen, bestaande uit zwaar zeildoek, gevuld met Overijsselse bie zen. De andere reddingmaatschappij begon met boten die het midden hielden tussen een Groenlandse sloep en een Noorse jol Ze waren voorzien van kurken gordels, lucht- kasten en waterlooskokers. Beide typen boten werden geroeid, nadat ze eerst op bootwagens, getrokken door zes tot tien span paarden, naar het strand waren gebracht. Via vele tussenfasen is men uiteindelijk gaan beschikken over het moderne materieel van heden. Naarmate de zeewaardigheid en de veilig heid der reddingsboten toenamen, werden de mogelijkheden om schipbreukelingen in de meest ongunstige situaties te redden even eens groter. Het spreekt vanzelf dat er in de tijd dat men alleen nog over simpele roeireddingboten beschikte, schepen gestrand moeten zijn die in een zo ongunstige positie zaten en onder zodanige barre weersom standigheden verkeerden, dat aan redden haast niet te denken viel. Met het prachtige materieel en de navi gatiemiddelen waarover men vandaag de dag beschikt, is men in staat om aan haast alle denkbare situaties het hoofd te bieden. De inzet, de overgave, de wil en de moed die nodig zijn om schipbreukelingen van een wisse dood te redden, is bij de reddingboot bemanningen van vandaag dan ook zeker nog even groot als bij hun voorgangers. De verantwoordelijkheid van de schipper is bij zonder zwaar en zijn beslissingen moet hij vaak nemen in een tijdsbestek van enkele seconden. Hij heeft als het ware het lot van zijn bemanning en die van het gestrande schip in handen. Namen als Rijkers, Bot, Neij, Toxopeus, Cupido en ga zo maar door, herinneren we ons terecht nog wel. Maar laat ons daar naast ook al de andere naamlozen blijven bewonderen en eren; de stuurlieden, de mo tordrijvers en de opstappers. Als de plicht hen roept gaan ze, vrouw en kinderen in de veilige beschutting van het huis, maar in angstige spanning, achterlatend. Het blijft bij elke tocht namelijk twijfelachtig of ze nog wel terug zullen komen. In de loop der jaren verdronken er reeds vele redders bij de uitoefening van hun menslievende taak. De reddingbootmaat schappijen hebben zich ook de ondersteu ning van de nabestaanden ten doel gesteld door de instelling van een weduwen- en we zenfonds. Het gehele reddingwezen wordt door par ticuliere giften in stand gehouden; ook uw gift kan men feitelijk niet missen en zal dankbaar worden aanvaard. De hiervoor onontbeerlijke gegevens, ont leend aan de jaarverslagen der beide maat schappijen, verstout ik mij hierbij over te nemen. Koninklijke Noord- en Zuid-Hollandsche Reddingmaatschappij Spinozastraat 1, Amsterdam-1004, Telefoon 020 - 23 83 97, Postgiro 26363, Gem. Giro N 289, Algemene Bank Nederland N.V. Vij zeistraat 32, Amsterdam-1002. De Koninklijke Zuid-Hollandsche Maatschap pij tot redding van schipbreukelingen, gevestigd te Rotterdam. Bestaat (sinds 1824) uitsluitend van vrijwil lige bijdragen (jaarcontributies, giften, le gaten). Gironummer 14 9170. Het hierbij afgedrukte kaartje geeft een overzicht van de reddingstations, zoals die momenteel langs onze kust gevestigd zijn. Scheepsrampen langs de kust. Ontelbaar zijn de schepen die in de loop der jaren op onze kust en op de banken daarvoor gestrand en uit elkaar geslagen zijn. Het is in het bestek van dit artikel dan ook ondoenlijk om hierop dieper in te gaan en ik moet mij daarom beperken tot het vermelden van enkele scheepsongevallen. Reeds kort na de oprichting der beide reddingmaatschappijen, n.l op 20 oktober 1825, strandde bij Huisduinen de uit de poolstreken komende walvisvaarder Willem de Eerste. Door het hoge water kon de reddingboot niet te water gebracht worden, als gevolg waarvan 46 mensen verdronken. Een ramp die niet tijdig werd ontdekt voltrok zich op 1 juli 1882 bij Scheveningen toen de monitor Adder verging en 63 mensen verdronken. Deze rampen hadden tot gevolg dat een kustbewaking werd ingesteld om sneller berichten te kunnen doorgeven over in nood verkerende schepen, terwijl ook een stelsel van vuurtorens goede diensten ging bewijzen. Bekend is vooral de redding van de op varenden van de Duitse bark Renown in december 1882. Met een lading rijst op weg van Bangkok naar Bremen, strandde dit schip op de Haaksgronden. Gedurende drie dagen werden vier zware tochten naar dit schip gemaakt. Op de 2e stuurman na wer den alle opvarenden gered, waaronder de uit Vlissingen afkomstige kok. Vele ouderen onder ons zullen zich de ondergang herinneren van de Harwichboot Berlin die in 1906 tijdens een zware storm bij Hoek van Holland strandde en in tweeën brak op de pier. Reddingbootbemanningen en vissers namen aan het reddingwerk deel. Wie herinnert zich hierbij nog de gebroeders Sperling? Desondanks verdronken nog vele opvarenden. Tot besluit mag in het kader van dit artikel niet onvermeld blijven de moedige redding van de opvarenden van de Engelse schoener Doris, die in december 1910 strandde op de Rassen, dwars van Westkapelle, lek stootte en zonk. Ofschoon de reddingboot uit Vlissingen poogde de schipbreukelingen aan boord te nemen, dwongen branding en grondzeeên hem onverrichterzake terug te keren. Onder het opschrift ,,een sober verhaal van een grote daad" beschrijft L. A. Stof- koper in zijn bekende boek „Op en om de Noordzee-boulevard" hoe in de stormnacht de Vlissingse vissersman Jacob Schroevers, vergezeld van zijn vijf zonen, uitvoer met zijn open vissersschuit in een poging de in het want gevluchte bemanning van de schoe ner te redden. Een grote menigte wachtte hem de vol gende morgen aan d= haven, toen hij om 10 uur met drie geredde bemanningsleden aan boord, binnenliep. Zij kwamen tot deze daad uit zuivere opofferingsgezindheid en naastenliefde. Schiermortm Aeoy Ane/onc/. 7êrSoie///n<?., ffOORD. Z££. BurpAs/t/. 5TAT/0VS VA ff R£Dn//YSE>OTEff 14

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1970 | | pagina 16