Merkwaardig gedrag van de Bergeend
Vogeljongen worden naar de kleuterschool
gedreven.
Een eigenaardige beschikking van de na
tuur, die ornithologen onlangs hebben ont
dekt, brengt de Bergeenden er toe om hun
eigen jongen te verdrijven. Wat is er aan de
hand met deze eenden, die als wellicht de
meest karakteristieke vogels van de Deense
kusten juist nu, begin juli, pas jongen heb
ben? De ouders zouden een vredig familie
leven moeten hebben, maar het tegendeel
is waar.
Zodra het ouderpaar met de acht, tien of
twaalf jonge eendjes tussen zich, in het wa
ter liggen, van de fjord of inham, werpen zij
zich op de licht-bonte eendjes. Gedurende
een heel of half uur jagen zij en pikken en
drukken zij ze onder water, zodat de gedul
dige waarnemer sommige van die „ouder
loze" weg kan zien vluchten. Hier is geen
sprake van het alleen maar stoeien met een
groepje jonge eendjes, doch wel degelijk van
het „wegjagen". Dat het niet alleen maar
een dwaas ouderpaar is, dat zo uitzonderlijk
optreedt en dat dit niet slechts een enkele
zomer gebeurt, is juist vastgesteld door
grondige studie van deze eenden. Het schijnt
een wonderlijke regeling van de natuur te
zijn, dat deze vogels -die behoren tot de
mooiste en grootste van onze strandvogels
dikwijls hun jongen verstoten, zelfs als
deze misschien slechts een paar dagen oud
zijn.
Men kan zich afvragen wat dat voor
eigenaardige aanpassing is, die op die ma
nier de anders heilige ouderplichten dwingt
te suspenderen bij deze eenden en vooral,
wat er daarna terecht komt van die donzige
kleintjes. Jadie komen in de „kleuter
school"!
Er staan verzorgers paraat.
Het is bij de ornithologen reeds lang be
kend. dat er bij die eenden met de roestrode
decoratiebanden over de borstzó
mooi, dat zij in het hele noorden totaal be
schermd zijn (in Denemarken sedert 1931)
iets verdachts moest zijn voor wat betreft
de manier waarop ze op hun kroost passen.
Velen hebben zich er over verwonderd dat zij
niet zelden groepen van jonge eendjes za
gen, soms van een vijftig stuks, dus drie of
vier of nog meer nesten, die zich schaarden
om een enkel volwassen ouderpaar.
Zelfs als men heeft kunnen begrijpen, dat
er aan zo een verlichting der ouderplichten
een voordeel verbonden kan zijn waarop
wij zo dadelijk terugkomen was men ge
neigd om het bij elkaar komen van die jonge
eendjes als iets toevalligs te beschouwen.
Maar nu blijkt het, dat ze zich werkelijk in
een kleuterschool bevinden en dat het zeker
geen toevalligheid is. Eensdeels dwingt de
natuur deze eenden zich van hun jongen te
ontdoen en dat met temeer klem naarma
te het nest later is uitgebroed, ander
deels bevinden zich altijd in de buurt enige
„kinderloze" maar in jongen geïnteresseerde,
ja, naar adoptie snakkende volwassen vogels,
wier broeden om de een of andere reden is
misgelopen. Die melden zich dan aan als vrij
willige verzorgers van de ouderloze jongen,
die misschien als gevolg van de neiging op
geroepen door de vervolging, waaraan zij
bloot stonden, er toe komen zich bij elkaar
aan te sluiten.
Ja, maar waartoe dient die honderd, mis
schien duizendjarige ontwikkeling van dat sy
steem van verzorging der jongen in de vogel
wereld? Waarmee hebben deze eendenouders
het zo druk, dat zij na het vol zorg uitbroe
den der jongen, zich gedragen op een ma
nier, die voor het menselijk oog weerzin
wekkend brutaal aandoet? Wel zij moeten
in de rui en om hun maand-lange hulpeloos
heid te overleven, die het ruien hun bezorgt
en doordat hun vliegvaardigheid verlamt
wordt, moeten zij een plaats vinden waar zo
wel rust als eten is.
Die vliegtocht daar heen kan zo lang zijn
en zo vermoeiend, dat noch het vrouwtje, dat
immers zo lang heeft zitten broeden, noch
het mannetje, dat even lang wachtdienst
heeft gehad, zich op weg kunnen begeven
zonder eerst op krachten te zijn gekomen.
Dat bereiken ze zeker niet als ze door moe
ten gaan met hun ouderplichten na te ko
men en zeer zeker niet als de jongen laat
zijn uitgebroed. De pleegouders daarentegen,
wier broedsel is mislukt, hebben niet dezelf
de behoefte aan herstel, maar kunnen een
massa jonge eendjes om zich heen hebben,
misschien tot de dag, dat ze moeten ver
trekken, die normaal valt in eind juli.
Waar voert overigens die rui-trek die
duizenden Deense eenden heen?
Die voert hen evenals tienduizenden uit Noor-
De jongen worden gedood.
Het is voornamelijk de Britse ornitholoog
dr. John Hori, die na jarenlang het interes
sante familieleven dezer eenden te hebben
bestudeerd, er niets tegen heeft om de jon
ge eendjesverzameling „kleuterschoolkinde
ren" te noemen. Hij kon zijn ogen bijna niet
geloven, toen hij op een vroege julidag een
paar jaar geleden voor de eerste keer zag
hoe een ouderpaar zijn eigen jongen overviel
op een meer waar ook een stuk of tien an
dere eenden lagen en waar een kleuterschool
ontstond. Het mannetje begon plotseling een
serie nonstop aanvallen op de acht jongen,
die hoogstens zes dagen oud waren. Hij ver
volgde ze zonder ophouden, joeg ze in alle
richtingen uiteen en beet naar ze, zodat ze
zich moesten redden door onder te duiken.
En hij nam, wat opvallend was, geen notitie
van de andere jongen, alleen van de zijne.
Hoe reageerde het vrouwtje? Eerst zwom zij
passief er naast rond, maar na een half uur
begon zij zich op precies dezelfde manier te
gedragen en al gauw bleek zij nog kwaad
aardiger dan haar gemaal, waardoor deze
werd aangevuurd tot nog hardere aanpak. De
mishandelingen duurde drie kwartier. Het zag
er meermalen naar uit, dat het vrouwtje op
het punt stond dan het ene dan het andere
eendje te verdrinken, wanneer zij met harde
greep van haar snavel dwong te duiken en op
hen af vloog zodra ze weer boven kwamen.
Een eendje dat zij met haar snavel aan beide
vleugels vast hield, drukt zij vijf keer achter
eikaar langdurig onder water en een ander
van die kleine stakkerts hield zij op dezelfde
manier vast, terwijl het mannetje er ijverig
naar pikte. Zeven jonge eendjes, misschien
gedeeltelijk van hetzelfde nest en gedeelte
wegen, Zweden en de Baltische landen, uit
Engeland, Frankrijk en Duitsland naar een en
hetzelfde adres in het geweldige terrein
tussen de zandbanken van het lage water
in het binnenste van de Helgolandsbocht.
Hier is de verzamelplaats waarheen Euro
pese, ja zelfs Russische en Noord-Afrikaan
se eenden spoedig beginnen toe te stromen
van alle kanten om zich te verenigen tot een
internationale massa-bijeenkomst met slechts
een enkel, maar levensgewichtig punt op het
programma: ruienOnderzoekingen dui
den er op, dat in elk geval de Deense deel
nemers, evenals de Hollandse en de Engelse,
het dikwijls presteren naar huis terug te
keren na het ruien om eerst later zich op de
najaarstrek te begeven. Alsof ze op een
korte visite moeten om hun nieuwe kleed te
vertonen. Maar, als een enkel paar, om welke
reden dan ook, zo vlug zou terugkeren, dat
de kleuterschool waarin hun jongen gingen,
nog niet uiteen is gegaan, deze dan terug
willen brengen onder hun eigen verzorging,
dat zou toch niemand willen veronderstellen.
Er zijn grenzen
lijk van andere mishandelde nesten, dreven
rondom in het water. Langzamerhand scheen
de band tussen jonge en oude eenden te bre
ken en durfde gedurende lange tijd op zijn
hoogst één van de kleintjes zich in hun na
bijheid op te houden. Maar wat gebeurde er
toen de waarnemer, die zich aan de kant ver
borgen had, zich plotseling vertoonde? Pre
cies het tegenovergestelde van wat men zou
verwachten, aangezien de ouders, net als
normale eenden doen als er gevaar opduikt...
angstig roepen en laag over de nu bij elkaar
dringende eendjes vliegen om de aandacht
van de vermeende aanvaller te trachten af
te leiden
Een gespleten zin.
Sindsdien is dr. John Hori meermalen ge
tuige geweest van soortgelijke kinder-
vijandige familie-gevechten en van het kon-
flikt, dat blijkbaar in deze situatie heerst
in de aanleg van zowel de vaders als van de
moeders, tussen de drang om aan te vallen
en de drang om te beschermen. Hij heeft
een eendenmoeder een uur lang haar jongen
zien vervolgen en bijten en onderdompelen,
waarna zij met hen het land opvluchtte en
zich over hen heenlegde, om ze te beschutten
tegen een ijskoude westenwind.
Hij heeft zelfs een situatie meegemaakt,
waarin een eendenpaar eerst hun kroost ver
dedigde tegen een aanval van een ander ou
derpaar, om daarna zelf tot de aanval over
te gaan.
De ouders zijn blijkbaar met zichzelf in
tweestrijd in de mishandelingsperiode, die
zonder uitzondering eindigt in de verdrijving
naar de kleuterschool, en hun brutaliteit is
te meer merkwaardig, daar de gehechtheid
16