S P R T VhSSE Volop gul en kabeljauw aan Zeeuwse stranden 'o Op de Schaar van Ossenisse, dus wat verder op de Schelde richting Antwerpen, ligt de kabeljauw en gul nog niet al te dik gezaaid. De kans bestaat, dat hier de watervervuiling een rol speelt vanuit Antwerpen. Vorig jaar waren de vangsten bijvoorbeeld beduidend minder dan twee jaar geleden. De vak bekwame zeevisser Rademakers uit Kloos- terzande, die twee jaar geleden ver over de 200 kabeljauwen aan de hengel binnensleur- de, kan dat getuigen. Hij registreerde al zijn bootvangsten. De grote kabeljauw op de Oosterschelde en Westerschelde eet grote hoeveelheden krabben, garnalen, schelpdieren en diverse soorten platvis, bliek en grondels. Grote Wie naar het Veerse meer gaat vissen, zal 's winters ook wel eens op de stranden bij Vrouwenpolder, Wissenkerke, Kamperland of de dijken bij Kats en Colijnsplaat te recht komen. Dat is de reden, dat we even dit uitstapje naar de dijken maken om u de invasie van grote scholen gul en kabeljauw te melden. U kunt van een weekend een dag forel vissen en een dag aan de gul besteden. Biologen van het Rijksinstituut voor Visserij-onderzoek voorspellen voor deze winter een ware invasie van gul. Deze jonge kabeljauw is afkomstig van de jaarklasse 1969, waarin zich een zeer sterke broed- golf van deze smakelijke roofvis heeft voorgedaan. De in de winter 1968-1969 geboren gul heeft al een groeiperiode van twee jaar achter de rug. Dit betekent, dat de jonge gul van deze jaarklasse al rond de 40 centimeter groot is en twee tot drie pond weegt. In deze maanden zullen deze gulletjes in grote aantallen in het kust gebied gevangen worden. Deze extra goede jaarklasse 1969 is een garantie, dat de ko mende jaren volop kabeljauw in de vangst zal komen, omdat de kleintjes elk jaar gro ter worden. Wie de visvangst voor de zeehengelaars wil voorspellen, doet er verstandig aan eens een kijkje te nemen op de vismijn in Colijns plaat. Een groot aantal viskotters en traw lers vist regelmatig in het naaste kustgebied en de zee-armen, zodat deze vangsten ook meer kunnen vertellen van wat de zeehen gelaars op de stranden te wachten staat. De afgelopen maanden is in de aan voer van Colijnsplaat duidelijk een sterke stijging van de gul en kabeljauw te zien. Wie de sortering telt komt tot de conclusie, dat op elke mand of kist grote kabeljauw minstens zes tot zeven kisten gul staan, dus jonge kabeljauw. Deze vangstvergelijking geeft een duidelijk beeld van de sterkte van de diverse jaarklassen van deze zoutwater- roofvis. De kans om deze winter een grote kabeljauw te vangen is dus 1 op 7 tegen over de gul, die in zeer grote hoeveelheden te vangen zijn. Men kan de komende weken en maanden beslist van een gulinvasie spreken. In uw vangsttactiek behoeft u zich over de grootte van de haak nauwelijks zorgen te maken. Ook de kleine gul van twee tot drie pond pakt een grote haak. Gul heeft in de drie eerste jaren van zijn bestaan een naar verhouding veel te grote kop en bek voor zijn lijf. Zodra de kabeljauw naar de 12 tot 15 pond loopt en meer, neemt de lengte van de vis niet zo snel meer toe, maar wordt de buikomvang werkelijk enorm. Een inventarisatie van de kust heeft uitge wezen, dat de afgelopen maand veel gul bij Burghsluis, Renesse, Zierikzee en Scha- rendijke is gevangen. Op de Westerschelde is gul en kabeljauw, ook bij Vlissingen en Dishoek, maar echt wat minder. De schar doet het alleen rond Noord-Beveland goed onder andere in de buurt van Kats. Onze sportvismedewerker Cor van Heug- ten geeft instruktie voor het forelvissen aan minister-president Piet de Jong 13

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1971 | | pagina 13