Vanaf medio juni komt echter in het al
gemeen weer leven in de brouwerij. Argus-
Hoogtepunt
Hèt hoogtepunt voor de in sekt en ligt
echter tussen eind juni en half september.
Dan komen de tweede, derde en soms nog
wel de vierde generatie van verscheidene
soorten aan bod, aangevuld met bij gun
stig weer - een nieuwe golf van o.a. vlin
ders uit het hete zuiden.
Tengevolge van het in genoemde periode
grondwaterstand is de zulte op het meer
zandige gedeelte nooit hoger kunnen op
groeien dan 5 a 25 cm. hoogte.
Tienduizenden vlinders.
De vlinders die ik b.v. op 13 september
1969 telde waren onverwacht talrijk. Ik heb
hier steeds gedeelten van 400 m2 uitgestapt
en daarna snel de kleine vosjes (zie foto)
geteld. Dat ging in een tempo van „2, 4, 6,
8, 10, 12", eriz., enz. zo vlug als u 't hier
kunt lezen en in een mum van tijd had ik er
Kleine vos
den de overhand, met koude noordelijke win
den worden de „IJsheiligen" over West-
Europa geblazen. Deze beruchte periode
werkt vanzelfsprekend ook op de insekten
sterk in. Ook al herstelt in de meeste
gevallen het weer zich na de twintigste
mei, toch blijft het dan still. Het zijn wat
de vlinders betreft in hoofdzaak de „witjes"
die worden waargenomen.
Het „stille" tijdvak kan, naar gelang de
temperatuur en de neerslag, tot diep in
juni voortduren. Dit komt omdat de vroege
vlinders en vele andere insektensoorten óf
vlinder, distelvlinder, atalanta, oranje en
bruin zandoogje, blauwtjes en de eerste
gamma-uilen evenals de diisteiMinder uit
Afrika en Zuid-Europa afkomstig komen
nu hun deel van de honingpot opeisen. En
aangezien er gelukkig in genoemd terrein
bij de jachthaven niet gespoten wordt zijn er
bijzonder veel planten en is er dus veel
voedsel voor de dieren,
gestorven zijn óf een kolonie aan het stich
ten zijn. De nieuwe generatie is nog niet
geboren terwijl trekkers uit Zuid-Europa en
Noord-Afnika nog op zich laten wachten.
Klein gesterd witje
4 «r1
Atalanta
Dagpaauwoog
warmer worden van het zeewater, stijgt in
het Deltagebied dat (nog) aan alle kan
ten er door omgeven is -de gemiddel
de temperatuur nog voortdurend hoewel de
zon dan al een behoorlijk eind over haar
zomerpunt heen is. Het Noordzeewater ver
traagt zoals bekend is de seizoenen heel
sterk.
Goed: terug naar d'e insekten. Bijen, hom
mels, wespen, sprinkhanen, zweefvliegen en
wat al niet al zoemen af en aan.
De „bloemiborder" langs en onder aan de
dijk tussen Veere en het dorp Vrouwenpol
der is nu op z'n fraaist. Kleine theunisbloem.
kamille, jacobskruiskruid, knoopkruid, heel-
blaadje, canade-se fijn-straal, wilgenroos, ge
le rolklaver en de rode aardbeiklaver, -wil-
d-epeen, klein kaasjeskruid, smalle weegbree,
enz., enz. verluchtigd met tal van sierlijke
grassen, maken hier een „openlucht veld-
bouquet" van, dat onbeschrijfelijk mooi is
en waarnaar zoals gezegd de insecten af- en
aanvliegen om zich (en hun familie, zoals
wespen en bijen doen) te verzadigen met de
zoete honing.
Eind augustus openen, vanaf de dijk tot
aan de waterlijn, de talrijke zulte, bekend
als „lamsoor" en beter nog al-s „zee-aster"
hun paarse bloemblaadjes. Langs de kreek
die het beschre-ven gebied diagonaal door
snijdt staat de zeeaster o.a. 1 a 1,5 meter
hoog, doch vermoedelijk als gevolg van de
100 genoteerd. Die bleken er gemiddeld per
400 m2 aanwezig te zijn, zowel om 10.30 uur
als om 12.30 uur toen ik een tweede inven
tarisatie maakte. Op de lange zulte telde
ik gemiddeld per zelfde oppervlakte-
grootte 30 kleine vosvlinders. Er waren hier
over 't hele buitendijks terreintje minstens
enige duizenden grof geschat ca. 3000
exemplaren klein vosjes! Onvoorstelbaar
veel! Bovendien verbleven er enkele hon
derden „witjes", vele, vele duizenden gam
ma-uilen het krioelde ervan en zeker
enkele tienduizenden bijen, wespen en zweef
vliegen. Dat er zo ontzettend veel gamma
uiltjes waren midden op de dag, lijkt op
't eerste gezicht opmerkelijk, doch het is
mij in de loop der jaren duidelijk geworden
dat deze soort, die in de volksmond ook wel
„pistooltje" genoemd wordt, zich vanaf eind
augustus tot eind oktober ook graag over
dag laat zien, om dan met snelle trillende
vleugelslag, boven de bloemen te „bidden"
om er aldus met hun roltong het voedsel er
uit te zuigen.
Overigens: commentaar overbodig hoe in
tens hier genoten werd, zowel door de die
ren als door ondergetekendeop zo
maar een dag als alle ander dagenaan
de oever van het Veerse meerI
J. C. Wed-ts de Swart.
Foto's van de schrijver.
20