Na
11 jaar Veersemeer-ervarmg:
uniek zoutwaterbekken in afgesloten
Oosterschelde wordt wereldprimeur
maar één bijzonderheid uit dat bos kan
ik u toch wel noemen en dat is de zeer
giftige, bleek-lila Herfsttijloos. Hij lijkt
wat op een krokus, maar het eigenaar
dige van deze plant is, dat de bloemen
in het najaar verschijnen en de bladen
met de vruchten in het voorjaar. De
plant is dus tijdeloos", vandaar die
eigenaardige naam. Het is geen typische
bosplant, maar zo hier en daar in aan
grenzende vochtige weitjes is hij te
vinden.
Via Domburg naar „Westkappel" of
in goed Nederlands Westkapelle. Daar
herinnert het aardige bos rondom de
kreken aan de zuidoostkant ook nog aan
het wrede oorlogsgebeuren. Net als bij
Veere was ook hier van belang de zee
dijken te bombarderen om de Duitsers
te verdrijven in het najaar van 1944.
Ten zuiden van Zoutelande vindt men
ook nog zo'n aangeplant bos, waar u
De komende maanden wordt waar
schijnlijk de laatste slag geleverd door
de Zeeuwse actie-comité's voor het be
houd van een open Oosterschelde. Visse
rij- en milieubehoeders hebben tot nog
toe schouder aan schouder gestaan met
de wetenschappelijke medewerkers van
vele instituten op het gebied van natuur
behoud, biologie en oecologie. Tot elke
prijs moest een ramp van de instroming
van vuil en giftig Rijnwater in de toe
komstige afgesloten delta het gehele
Zeeuwse Meer worden voorkomen.
Er zit een belangrijke kentering in
deze strijd tegen de afsluiting van de
Oosterschelde sinds de Oecologische
Kring van de Nederlandse Dierkundige
Vereniging samen met de biologen van
het Delta-instituut in Yerseke het com
partimentenplan hebben ingediend.
Volgens de RIVO-directeur prof. dr.
P. Korringa kan de oester- en mossel
teelt in een afgesloten Oosterschelde
misschien gered worden, als er via in-
laatsluizen van een formaat als de Ha-
ringvlietsluizen de nodige eb- en vloed
beweging behouden blijft. Deskundigen
verzekeren, dat deze prijs, mede gezien
tegen de achtergrond van wat nog voor
de mosselteelt op de Wadden en wellicht
in Yerseke gedaan kan worden, een on
haalbare kaart is.
Minister Drees heeft ondanks zijn voor
barige verkiezingsbeloften keihard ge
steld, dat de Oosterschelde dicht gaat.
Daar helpt volgens ons geen lieve moe
dertje meer aan. De verantwoordelijke
delta-ingenieurs en het parlement stel
len de hoogste graad van beveiliging
tegen stormvloeden en dijkbreuken als
een eerste eis. Sinds 1953 zijn de argu
menten voor de totale afsluiting volgens
de deltadienst van rijkswaterstaat niet
gewijzigd. Rijkswaterstaat verwijt de te
genstanders van de afsluiting en voor
standers van een verhoging van de be
staande dijken langs de Oosterschelde,
echter niet al te gering over moet den
ken, want het vormt een schitterende
broedplaats voor vele vogelsoorten.
Tenslotte wil ik voor Walcheren één
gebied nog noemen dat eveneens de
moeite van een (geleid) bezoek waard
is en dat is het Beheersobject Ramme-
kenshoek. In de direkte omgeving van
dit reservaat bevindt zich het grimmige
fort van dezelfde naam dat lange tijd
de ingang van de Schelde heeft bewaakt.
Het reservaat is dus beperkt toeganke
lijk, maar het is een belangrijk vogel-
broedterrein voor weidevogels, eenden,
dodaars, reiger, wielewaal en vele riet
zangers.
Hopelijk vormt het een bijdrage tot een
herwaardering van de natuur door hen
die in de industrie hun brood moeten
verdienen.
Drs. J. G. Sennef.
dat ze de gevaren van de dijkvallen door
toenemende stroomsnelheden op de Oos
terschelde door het uitgevoerde deltaplan
tot nog toe, op gevaarlijke wijze onder
schatten.
Er zijn vele discussies mogelijk van
pro's en contra's, maar de zaak, dat de
Oosterschelde dicht gaat, lijkt beslist.
Dat is de reden, dat een aantal milieu
deskundigen en biologen en hydro-biolo-
gen nu op de kans mikken toch nog een
gezond zout water milieu te behouden
via een aantal perforaties in de Oos-
terscheldedam. Volgens dr. Bakker van
het Delta-instituut in Yerseke, is het wel
licht mogelijk via deze bescheiden in-
laatwerken van vers zeewater, een zout
water compartiment in het westelijk Oos-
terscheldebekken tot een dijk tussen
Zierikzee en Kats (ongeveer), een con
stant zoutgehalte te geven.
Dit zou de kans openen in elk geval
het vuile Rijnwater in dit grote gebied
te weren en een gezond zout water milieu
te behouden. Weliswaar niet geschikt
voor behoud van de oester- of mossel
cultuur (waarschijnlijk), maar wel ideaal
voor de opbouw van een gezond milieu.
Politiek gezien betekent dit, dat er op
praktische gronden een scheiding der
geesten komt, in de strijd om de Oos
terschelde open te houden.
De visserij heeft andere belangen dan
de milieu-behoeders. En dat is beslist
geen verwijt. Beter een stil zoutwater
bekken met beperkte verversingskansen
om het zoutgehalte te regelen, dan een
giftig voor niets dienend verpest zoet
waterbekken met vuil Rijnwater. De
kans om in de verre toekomst, als de
Rijn ooit schoner wordt, alsnog op zoet
waterbassin over te schakelen, zit er
dan dik in. De hele compartimentering
met scheiding van scheepvaart en zoet
waterbassin in het oosten van de Oos
terschelde bij Reimerswaal, heeft nog
vele andere voordelen.
Het grote nieuws van deze kans op
perforaties voor zoutwater-inlaat in de
Oosterscheldedam is, dat dit een wereld
primeur belooft. Er komt dan een zout
watermilieu, dat wel eens rijker zou
kunnen worden aan diersoorten en rand-
vegetaties dan waar ter wereld wordt
gevonden. In elk geval wordt het een
schoon milieu.
De sportvissers kunnen zich afvragen
welke vissoorten ze er kunnen treffen.
Maar ook de watersport en totale re
creatie heeft grote belangen bij zo'n ge
zond deltameer van grote omvang. Als
de Oosterschelde dan toch dicht moet,
omdat dit technisch en nautisch niet meer
te vermijden is in het totale uitvoerings
schema van de werken, dan is dit de
laatste kans om iets goeds te pakken en
te behouden.
Prof. Korringa vraagt zich overigens
af of deze inlaat met geringe stroomsnel
heden niet tot slibafzetting in de diepe
Oosterschelde-geulen leidt, die nadelige
effecten kan opleveren. De zaak is nu
volop via een werkgroep met inspraak
bij rijkswaterstaat, in studie.
Wat er in zo'n zoutwaterbekken gaat
gebeuren, is niet bekend. De weten
schappelijke onderzoekers uit Yerseke
kunnen hoogstens een aantal gegevens
putten uit de ontwikkeling van het
Veerse meer en de Grevelingen in de
komende tijd. Op het Veerse meer heeft
men zeker de afgelopen droge zomer
sterk wisselende zoutgehaltes meege
maakt. Die wisselingen zullen op het
Grevelingenbekken wellicht wat minder
zijn. Die schommelingen van zoutge
halte zijn van groot belang voor de ont
wikkeling van vele planktonsoorten,
wieren en micro-organismen. Hydrobio-
logisch is het Veerse meer met deze ster
ke zoutschommelingen „vlees noch vis".
Al is het een geweldig recreatiegebied.
Vast staat in elk geval wel, dat hand
having van een bepaald zoutgehalte op
een afgesloten Oosterschelde meer zeker
heid geeft over de toekomstige bewoners
van die delta. Of dat nu vissen dan wel
planktonsoorten of andere kleine organis
men zijn. Er is in elk geval een zeker
beheer op zo'n water te voeren.
De sportvissers en beroepsvissers zien
er een nationale palingmesterij in. De
forel zal er beslist gedijen, net als op
de Grevelingen en het Veerse meer.
Misschien blijven er wel een aantal
diersoorten leven en zelfs vissen zoals
platvis, die niet in de eerste plaats
strikt getij-gebonden zijn. Maar levens
kansen hebben bij een constant zoutge
halte.
In de studie over een westelijk zout
waterbekken op de Oosterschelde gaat
de ervaring op de afgesloten Grevelingen
en het Veerse meer een rol spelen. Dr.
Bakker van het Delta-instituut in Yer
seke wil alles liever dan een door vuil
Rijnwater verpest gebied. Een miljoen
sportvissers en honderdduizenden wa
tersporters zijn dat helemaal met hem
eens.
Oecologisch wordt het nieuwe gebied
een wereldprimeur, die wellicht tot zeer
aparte diersoorten en levensvormen leidt.
Dat lijkt heel wat aantrekkelijker dan
een vuil zoetwaterbekken met Rijnwater.
De ramp moet voorkomen worden.
En ook rijkswaterstaat is daar heilig
van overtuigd. De opening van het nieu
we lab voor milieu-onderzoek door de
deltadienst van rijkswaterstaat in 's
Heer Arendskerke is daar een over
tuigend bewijs van.
Cor van Heugten
8