Waarde lezers,
WOLPHAARTSDIJK:
tweede jeugd, na zevenhonderd jaar
Wanneer gij deze juli-editie van de
Veerse Meer Gids ontvangt, heeft uw
oude hoofdredakteur, de heer H. P.
Huijsman, enige weken geleden het roer
aan mij overgedragen.
De heer Huijsman was aanwezig bij
de geboorte van de Veerse Meer Gids
en heeft gedurende een vijftal jaren met
enthousiasme en grote kennis gewerkt
om deze gids tot een veel gelezen en
populair recreatieblad te maken.
Ik ben er dan ook van overtuigd, dat
ik namens u allen spreek, wanneer ik zeg
„Dank u wel, heer Huijsman en wij
wensen u nog vele jaren van goede ge
zondheid samen met uw echtgenote om
die dingen te doen, die uw liefhebberijen
zijn en terug te blikken op een werk-
Wolphaartsdijk: de Midden-Zeeland
Route van de ANWB laat het links liggen,
of rechts al naar je rijdt, en de wegen
erheen zijn erg plattelands, maar mis
schien geeft dit opstel een iets ander
beeld van „Wolfarsdike". Niet gezien
vanachter het autostuur, maar vanuit
de stuurstoel van onze motorboot, voor
een dagje gemeerd in een der prachtige
jachthavens aldaar.
Heel lang geleden leerden we op school
het rijtje: Roompot Keeten Mast
gat Zijpe Volkerak, en inderdaad
nam die erg winderige zomerdag de
gierende vloed die route maar wilden
juist de andere kant op; de vettige, grom
mende, zwetende dieselmotor onder de
cockpitvloer bracht ons zonder mankeren
naar Kats. Daar kon die werkezel wat
uitblazen, terwijl we een reuze fijn ge
sprekje hadden met de sluismeester. Al
tijd belangstelling, van „bovenaf" de
sluismuren voor plezierschipper en schip:
je antwoord, van „onderop" gegeven,
klinkt in zo'n holle sluiskolk of je preekt
in 'n kerk.
Daarna onder de felblauwe mistral-
hemel over de korte golfslag, met witte
koppen, naar Wolphaartsdijk: de dijk van
zaam en goed leven."
Ik heb nu het roer overgenomen en
als u een andere kapitein op een schip
krijgt, dan zullen er onherroepelijk an
dere orders komen, maar geachte lezers,
ik zal proberen de door mijn voorganger
ingeslagen weg zoveel mogelijk te volgen
en u op de hoogte blijven houden van
de watersport, de verdere ontwikkeling
van het Veerse meer en alles wat er
gebeurt met het Veerse meer en rond het
Veerse meer.
Met mijn medewerkers zullen wij
trachten het peil van de Veerse Meer
Gids hoog te houden en u een leesbaar,
betrouwbaar en interessant blad te pre
senteren.
Wolfert de jachthaven van Zuidweg, en
van de verenigingen, de café-restaurants
en de rest. Waar vroeger de boot naar
Kortgene afvoer is een havencomplex
ontstaan van de eerste grootte-orde: vele
honderden boten, drie verenigingen: wa
tersportvereniging Wolphaartsdijk (halve
klimmende leeuw in rood in de vlag),
de Royal Yacht Club de Belgique (om
woeld anker met kroontje) en de visserij
en hengelsportvereniging De Zandkreek
(vlag kennen we niet, 1600 leden!).
Het is er niet zo dat je vanaf je eigen
scheepsdekje meteen op zeventiende-
eeuwse straatklinkertjes stapt. Het front
dat „W'dijk" naar het water maakt is
modern, het doet wat Amerikaans aan;
die stralend-zonnige dag denk je onwil
lekeurig aan een „Club Nautico" aan de
Middellandse Zee: de ruimte, de rijen
witte jachten, grote en kleine; de stilte,
die door-de-weeksc dag. De bootkranen,
de loodsen, de vele honderden meters
loopsteiger, de talloze dikke palen met
witte koppen, de sublieme uitzichten over
dit alles! Vanachter de bar overzie je dit
hele watersportwereldje: compleet met
alles wat erbij hoort.
Ten oosten van de havens is de water
vlakte vrijgegeven voor speedboat- en
waterskisport, in vele gevallen een prima
opperwal zonder golfslag, en ook hier
het attribuut van „W'dijk": de ruimte! Er
is een bootverhuur-mogelijkheid. De Eer
ste Zeeuwse Zeilschool „De Viking"
geeft er dag-in dag-uit college en prak
tijk op het Veerse meer, vlak voor de
deur van het moderne gebouw. We zei
den: zestienkwadraats en fraaie BZ-
jachtjes zijn er te huur, maar moet je
vroeg bij wezen, zo'n mooie zomerdag;
dat wel!
Als nazomer 1972 ons nog geven wil
wat voorzomer 1972 ons aan mooi weer
heeft onthouden, dan komen er nog
heerlijk-zonnige augustus- en september
dagen, en dan is het daar met kleine
boten voortreffelijk varen. Groter, zee
waardiger, Schelde-betrouwbaar en ste-
vig-bemand „spul" heeft een duidelijke
voorkeur voor „W'dijk": men ligt er op
getijloos water en is toch binnen een
uur na losgooien (via de sluis) in het
geultje buitendams waarna de groots
heid, de stromingen en de bewegingen
van de Oosterschelde, de prachtige zeil-
rakken van het Engels vaarwater, de
zeedeining na passeren van de Zeeland-
brug, het Westgat en de rest (nog) onbe
lemmerd kunnen worden genoten.
En wie eens een weekend minder „top
sport" wil bedrijven blijft rustig op het
Veerse meer; de zeiltocht naar Veere is
bij harde wind een belevenis voor de
invités. Zei er een na 'n nogal natte
tocht, op de gemeentesteiger in Veere:
dus dat was tweehonderd jaar geleden
het snelste middel van vervoer: zeilen?
Zeker, zeiden wij! En toen ging men heus
niet zo hoog aan-de-wind als nu! Wel
werd er altijd op een gunstig getij ge
wacht. en dat hoeft niet meer!
Die avond wandelden we naar het dorp
zelf, twintig minuten landinwaarts: vol
strekte rust. Niemand meer aan het werk
op de tarwe-, aardappel- en bietenvelden.
Tractoren in revisie, hier en daar een
bedrijfje; 'n buitengewoon mooie koren
molen uit 1808, nog volop in gebruik
(geen wonder, de Zeeuwse wind is prima),
overigens het gebruikelijke dorpsleven
op het Zeeuwse platteland, dat een Rand
stadbewoner onwaarschijnlijk-rustgevend
aandoet als hij tenminste eventjes uit
die auto komt en wat rondkuiert. Ook al
meer dan honderd jaar oud, dat Neder
lands Hervormde kerkje, in witte en
grijze tinten. Verbaasd kijk je naar dat
neo-Byzantijnse bouwwerk, zo totaal an
ders van lijn en vorm dan hetgeen je
meestal in Zeeland aan kerken ziet. Het
raadhuisje, dicht daarbij, lijkt gebouwd
uit zo'n Neurenberger „Steinbaukasten",
een speelgoedbouwdoos die ik een halve
eeuw geleden van mijn grootvader kreeg.
De reliëfs in de gevel van het dorps
huis stellen in symbolen het leven van
de dorpsgemeenschap voor en zijn ge
naamd: „Ontwikkeling, Arbeid en Ont
spanning". Ja, dat is het wel: iets om
over te peinzen als je weer aan boord
bent. Met een iets andere interpretatie
van de eerste factor zie je precies wat
de sterke punten van „W'dijk" zijn.
Vroege Middeleeuwen op het eiland
„Wolfarsdike": haast alleen maar „Ar
beid", dat wel! Volledige en gedeeltelijke
overstromingen in 1334, 1377, 1530, 1532,
1551, 1570, 1572 (vijf maal onder water
in 42 jaren), toen nog eens in 1682, en
dan de ramp van bijna twintig jaren
geleden. Maar weer de boomgaarden in
geplant, vele nieuwe huizen gebouwd
voor wat ondergraven en vernield werd
door de zee. Toen de bezinning: wat gaan
6