Bellard. f4aven van Dreischor. Eens een drukke streekhaven, nu voorgoed verdwenen. Beide eilanden werden bijzonder zwaar getroffen, als gevolg waarvan ongeveer 80 °/o van hun totale oppervlakten onder water kwam te staan. Doordat grote delen van Schouwen aanmerkelijk lager liggen. Op Schouwen-Duiveland overstroomden de dijken langs de zuid- en de oostzijde en vond dus de overstroming plaats vanuit de Oosterschelde, het Keeten en het Mastgat. Langs het Brouwershavense gat waren de dijken zwaarder en berekend op een hogere golfoploop. Bij Brouwershaven inundeerden enkele kleine poldertjes en in het Dijkwater ontstonden overstromingen bij Sir Jansland, Stevensluis en Dreischor. In totaal ont stonden langs de kusten van Schouwen- Duiveland 54 stroomgaten die vrijwel alle aan de zuid- en aan de oostzijde voor was de schade daar bijzonder groot en ontstonden vooral aan de Schelphoek en bij Ouwerkerk enorme stroomgaten. Van welke omvang de schade was, laat onderstaand kaartje zien. kwamen, zomede in de binnendijken. De ontreddering op het eiland was on voorstelbaar temeer, omdat aanvankelijk iedere verbinding met de buitenwereld was verbroken. Toen de radio-amateurs de heren Kunst en Neve, kontakt kregen met een noodzender uit Zierikzee en de omvang van de ramp tot de buitenwereld doordrong, kwamen de hulpakties snel op gang. Het lijkt thans, bijna 20 jaar later, slechts een boze droom en ook op het eiland zelf zijn de wonden vrijwel niet meer te zien. De graven van de slachtoffers zullen echter tot in lengte van dagen getuigen van de gebeurtenissen, die zich in de fatale nacht van 1 februari 1953 voltrokken. Het herstel werd met grote voortvarend heid ter hand genomen en op 31 dec. 1953 waren al veel polders drooggelegd. De dich ting van de enorme stroomgaten bij Schelp- hoek en Ouwerkerk vergden een geweldige inzet van mensen, materieel en materialen. Desondanks gelukte het reeds op 27 augus tus het Schelphoekgat definitief te sluiten, als gevolg waarvan het lage land van Schou wen op 31 dec. 1953 was drooggevallen. Op vrijdag 6 november 1953 om vier mi nuten voor middernacht vond de sluiting van het gat bij Ouwerkerk plaats. Het radio verslag van deze gebeurtenis hield duizen den luisteraars geboeid aan hun toestellen. Ook op Goeree-Overflakkee ontstond in de nacht van 1 februari een enorme ravage. Daar overstroomden zowel het water van Brouwershavense gat. als dat van Greve- lingen. Krammer, Volkerak en Haringvliet de dijken. Alleen het duinland van Goeree en het oude land van Dirksland bleven droog. Het ernstigst werden de dijken aan de zuidzijde van het eiland beschadigd. De vloed was er veel hoger dan ooit eerder was waargenomen en ook het laagwater, voorafgaand aan de stormvloed, was bui tengewoon hoog gebleven. Zodoende stroomde het water over de kruinen van de dijken. Door overslag en verweking werden vooral de binnenbe- lopen zwaar beschadigd en ontstonden ver scheidene stroomgaten. Doorbraken in de omvang van Schelphoek en Ouwerkerk kwa men op Goeree-Overflakkee gelukkig niet voor. Op 15 april waren er om Flakkee en Stellendam reeds nooddijken gereed geko men, terwijl daarna het dijkherstel voor spoedig verliep. Een aantal dijken waren echter zo zwaar beschadigd, dat ze door ge heel nieuwe dijken vervangen moesten wor den, waarbij van asfalt als dijkbekleding een ruim gebruik werd gemaakt. Ook op Goeree-Overflakkee zijn de ge volgen van deze ramp uiterlijk niet of nau welijks meer waarneembaar. Besluit. Het van kracht worden van de Deltawet betekende tevens het einde van Brouwers havense gat en Grevelingen, voor zover het hun funktie van open zeegaten betrof. Elieraan vooruitlopende werd reeds in 1954 het Dijkwater afgedamd, werd het ha- venkanaal van Brouwershaven door middel van een keersluis afgesloten en werden zwakke plaatsen in de bestaande zeedijken versterkt. Om te voorkomen dat het lage deel van Schouwen nog ooit geheel onder water zou komen te staan, werd tussen de Schelphoek en Brouwershaven een dijk gelegd, de zgn. delingsdijk. Voorts werd begonnen met de aanleg van de Grevelingendam, dit in '65 werd voltooid. Omdat in deze dam een schutsluis werd gebouwd, bleef de vaarweg van zee naai binnen in feite bestaan. Deze mogelijkheid kwam echter te vervallen nadat de Brou- wersdam in uitvoering was gekomen. De sluiting van deze dam vond in mei 1971 plaats. Als officieel vaarwater voor de zeevaart was toen aan de funktie van het Brouwers havense gat een einde gekomen. Daarmee werd tevens een stuk zeevaartgeschiedenis van allure afgesloten. 12

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1973 | | pagina 12