Op de eilanden in het
meer heeft de natuur
Grevelingen-
vrij spel
De Grevelingen ligt er, al weer voor de
derde zomer, als een groots binnenmeer bij.
Door het afsluiten van de zeearm is een
uniek stuk recreatieterrein op de zee ver
overd. Elfduizend hectare water met daar
in de eilanden van drooggevallen gronden
die met elkaar zo'n vijfduizend hectare om
vatten. De recreant, speciaal de waterspor
ter, heeft hier vele mogelijkheden. Zowel
de grootzeilerij als de kleinzeilerij kan er
terecht. Het water is van een uitstekende
kwaliteit. De drooggevallen platen zijn be
perkt toegankelijk, behalve de Hompelvoet,
waar het Streng Verboden Toegang van
toepassing is vanwege het hier gevestigde
vogelreservaat. Een trip naar deze nieuw
ontstane eilanden is zeker de moeite waard.
Er heerst een ongekende stilte en rust.
Het is het onaangetaste domein van vogels
en insekten, van ossen en schapen.
Toen de afsluiting van het Brouwers-
havense Gat 1 mei 1971 een feit was, kwa
men de zandplaten Hompelvoet (400 ha).
Veermansplaat (400 ha). Stampersplaat (100
ha), Dwars in de Weg (70 ha) en de Slikken
van Flakkee voorgoed droog te liggen. Aan
de afsluitdammen verbonden vielen de
Kabbelaarsbank en de Punt van Goeree bij
de Brouwersdam en bij de Grevelingendam
de Plaat van Oude Tonge droog.
Door het Bureau Deltazaken van de Dienst
der Domeinen zijn toen direkt maatregelen
genomen om het verwaaien van het zand,
z.g. windcrosie, tegen te gaan. Enerzijds om
de oorspronkelijke toestand zo goed mogelijk
te behouden, en anderzijds om bij parti
culieren schade door stuivend zand te voor
komen. Bovendien bevonden zich in de bo
venste laag zand juist die organische stof
fen die men later bij de natuuropbouw zo
hard nodig zou hebben. Liefst had men di
rekt gras en graan ingezaaid om de bodem
vast te leggen. Er zat echter toen nog te
veel zout in de grond: het zaad zou niet
opgekomen zijn. De eerste maanden moest
men dus lijdelijk toezien. Wel zette men
direkt stuifschermen van rijshout of riet om
het verlies van wegstuivend zand te be
perken. Dat was voorlopig het enige (meer
dan 50 kilometer) wat er te doen viel. Ach
ter deze schermen ontstonden zo, op een
relatief natuurlijke manier, stuifduintjes. Ze
werden later beplant met helm en nu zijn
de duinen soms al twee a drie meter hoog.
Domeinen had nog wel andere mid
delen om verstuiving tegen te gaan. Men
had de stuif gevoelige oppervlakte bijvoor
beeld met chemische preparaten kunnen
bespuiten die, werkend als een soort lijm,
de zaak meteen goed hadden vast gelegd.
Gelukkig is het niet op deze onaantrekke
lijke manier gebeurd, maar heeft men de
meer natuurlijke weg gekozen.
Bij de eerste vormen van natuurbouw op
de drooggevallen gronden in het Greve-
lingenmeer heeft men in het algemeen ge
kozen de natuur zelf zoveel mogelijk zijn
gang te laten gaan.
Begin '71 werd de Natuurwetenschappe
lijke Adviesgroep Grevelingen ingesteld om
de natuurwetenschappelijke aspecten in het
gebied na de afsluiting te begeleiden. Naast
het geven van algemene richtlijnen heeft
de adviesgroep zich vooral gericht op de
mogelijkheden tot ontwikkeling als natuur
gebied van de centrale platen Hompelvoet,
Veermansplaat en Stampersplaat.
Het vastleggen.
De vastleggingswerkzaamheden hebben
anderhalf jaar in beslag genomen. De
Dienst der Domeinen, die het beheer over
het gebied heeft, maakte daarbij gebruik
van particuliere loonwerkers en de Rijks
dienst voor de IJsselmeerpolders.
Zodra dat mogelijk was is er een meng
sel van grassoorten en graan ingezaaid: in
het najaar grassen en rogge, in het voorjaar
grassen en zomergerst. Deze werkwijze is
gegrond op de ervaringen die men in het
Veerse meer en in de Louwerszee opge-
scheidenheid in plantengroei op doordat de
begrazingsintensiteit en de bemesting va
riëren van plaats tot plaats. Ook de dicht
heid van de begroeiing is door beweiding te
regelen. Hoe meer dieren, hoe meer het
terrein open blijft. Er zullen echter nooit
meer dieren worden ingezet dan nodig zijn
om op de lange duur de jaarlijkse groei
van het gewas in de loop van het jaar af
te grazen. In de herfst zou er nog zoveel
gewas aanwezig moeten zijn dat wilde
ganzen en andere doortrekkers er zich kun
nen voeden. Deze dieren hebben dit gebied
inmiddels al ontdekt.
De planten en dieren.
Het gras werd op afstand van 30 cm,
vierkantsgewijs, ingezaaid om de spontane
vestiging en ontwikkeling van andere plan
tensoorten een kans te geven. Die natuur
lijke vegetatie is dan ook niet uitgebleven.
daan had. De snel op hoogte zijnde granen
dienden als bescherming voor het gras.
Het graan is geoogst en omdat kunstmest
in dit projekt niet past, leverden de Gre-
velingenplaten „biologisch dynamische" pro-
dukten.
Het vergroten van de variatie in de be
groeiing staat voorop. Voor terreinen als
deze wordt beweiding als mogelijkheid ge
zien om deze variaties te bevorderen. Vorig
jaar is daar al een begin mee gemaakt. Op
de Veermansplaat werden ossen, op de
Stamperplaat schapen neergezet. Dit voor
jaar is ook op de Hompelvoet begonnen
met beweiding door schapen; bovendien
wordt daar ook beweiding met paardjes
overwogen. Er treedt dan de meeste ver
Er zijn nu al ongeveer zeventig verschil
lende soorten planten waargenomen. U
kunt er ook duindoorn tegenkomen of
vlier; er groeien een zevental wilgensoorten,
andere dan die bij de rijsschermen zijn ge
bruikt. Vorig jaar al groeide op de Hom
pelplaat een grote tomatenplant met een
uitbundige vruchtendracht. En ze smaakten
nog goed ook! Hieruit blijkt dat het op
de platen best wil groeien. De kwaliteit
van het ingezaaide gras laat overigens mo
menteel nogal te wensen over. Het is nog
maar de vraag of de schapen, ossen en
paarden zich er de hele zomer mee kunnen
voeden. De plaatsen waar de dieren hun
uitwerpselen hebben gedeponeerd steken
duidelijk af: er is meteen een degelijke pol
25