R in de maand;
nog eens naar Zeeland
Walcheren op z'n mooist.
Anderhalf uur lang aan één stuk schiet
de weg onder de motorkap van de auto
door, de vrijdag-vooravond. De grote stad
met de eindeloze vlakten cementtegels,
waar 'n merel of een bloemperkje een be
zienswaardigheid is, ligt achter ons; ons
niet gezien op die koopavond! Dag wa
renhuizen, autobussen, lichtreklames, win
kelruiten, rood-en-groene verkeerslichten;
tot maandag dan maar weer!
September en oktober zijn wellicht de
mooiste maanden in Zeeland en die daarvan
weten te genieten, een gewoon of lang
weekend, een korte herfstvakantie; ze zijn
te benijdenen ook best na te volgen.
Luister!
Komend vanuit het noorden, oosten of
zuiden rijd je vrijwel steeds een zonsonder
gang tegemoet, de oranjerode zon ver
dwijnt al dalend langzaam in de grijsheid.
De bomen hebben al wat minder blad; nog
wat later en ze worden doorzichtig in het
horizonperspectief met die prachtige avond-
tinten, die terwijl we rijden langzaam
overgaan in bleekgeel, geelgrijs, blauwgrijs,
dan nachtblauw. Heen-en-weer spelletjes
met streng-rechte spoorlijn met portalen,
nog een enkele tractor met een bietenkar,
'n enkele witte molen; een flits van een
polderwatertje met verstild gelig riet; een
stadje met wat natriumlicht en kwiklam
pen, dan weer donkere velden, dijken.
Haast geen auto's meer, nu. Vuurtorenlicht
zwiept met afgemeten tussenpozen langs
de donkere onderkant van het wolkendek.
Daar is de dorpsstraat; slordig geplaatste
winkels, een oud kerkje, tuintjes met wat
herfstbloemen, nieuwe woonhuizen ook,
waar ze voor blauwe tv-schermen zitten
te staren. Ja hoor, we zijn op ons adres!
Het was niet moeilijk, een kamer met
ontbijt te huren voor ons tweetjes, tele
fonisch. We kenden de mensen van afge
lopen zomer; we kenden de kamer met de
bedden, de wastafel en de leeslamp. Gauw
even uitpakken, de laarzen, de camera, de
kijker; de koffer met onverbeterlijke
zonzoekers die we zijn zwembroek en
zwempak.
Je loopt dan in de septemberavond nog
even naar buiten om de benen te strekken.
Een. lauw, puur windje haalt nog wat blad
van de bomen bij het dorpshuis. Geloof me,
ik ruik hier iets van de zee! De stilte
in het dorp is haast tastbaar; het is nu
zo anders dan in het hartje van het toe
ristenseizoen. Tuintjes kijken, het motorge-
zoem vergeten. Gearmd lopen door de
Dorpsstraat zowaar al een bekende ge
zien! Volgt een uurtje met een boek of
krant bij het suizen van de elektrische
kachel die de al wat kille kamer behaaglijk
maakt weerbericht op de kofferradio
(ook meegenomen). Daarna de diepe slaap
van al wie een paar vrije dagen voor zich
heeft, van al wie een lange autorit achter
zich heeft en van wie gevolg heeft kunnen
geven aan z'n „Fernweh", z'n verlangen
naar de wijde verten.
Frisse neus halen, hier en daar.
Niet zo bar vroeg op, de zaterdagmorgen,
en niet zo enorm veel haast bij het keurig
verzorgde ontbijt-met-koffie-en-eitjes. Een
vlugge blik naar buiten; kijk eens, de zon
schijnt! Goed weer om een wandeling te
maken, desnoods even met de auto naar
het beginpunt. Twee kilometer brede asfalt
weg hoog boven zee en meer, waar nooit
een auto op komt: het panorama vanaf
de Veersedam; flauwe S-slinger onder een
bleke herfsthemel, is precies wat een paar
stedelingen nodig hebben! In vrijwel ieder
een leeft dat fundamenteel-menselijk ver
langen naar ruimte om-zich-heen: men
drukt het weg want het kan niet. In een
drukke stad is er niet genoeg ruimte, en
op de flat óók niet. en haast nergens kun
je naar eigendunk lopen, trimmen, slenteren,
wandelen, stilstaan of hollen op een boule
vard zonder verkeer. Hier wél, hier kun je
frisse lucht opdoen voor een hele week;
hier kun je met hem of haar of met de
kinderen dingen bepraten en uitpraten waar
het in de drukke gekke werkweek niet van
komt. Hier kun je een „planning", een le
vensplan maken voor 1974. Hier kun je een
gesprek voeren, hardop desnoods, met je
zelf: kerel wees wijs en pak dit of dat zó
aan! Goede voornemens gemaakt op de
oliebollen-oudejaarsavond hebben een erg
kort leven. Maar wat je je inprent, wat je
je voorneemt, wat je met elkaar afspreekt
daarboven in de stilte van de Veersedam
met een krijsende scholekster als getuige,
dat heeft een prima levensverwachting, ge
loof ons!
Er zijn aan beide uiteinden van de
Veersedam voortreffelijke café-restaurants
waar je het besprokene met een drankje
kunt bezegelen, waar als 't éven kan de
stoelen buiten op de terrassen worden ge
zet en waar het allemachtig goed middag
eten is na een fikse wandeling in hoger
sferen, het gezicht dat wat strak en gloeie
rig is van de zeewind boven een dampende
aarden pot met vakkundig gekookte mos
selen.
Een ander idee is, zich tussen negen en
tien uur te „vervoegen" bij het gebouw
van het waterleidingduin, even voorbij de
camping Oranjezon (Pompstation Middel
burgse Waterleiding), voor een dagkaart.
Wc komen woorden tekort en we zijn
te weinig veldbioloog om dit sublieme
gebied te beschrijven: sterk geaccidenteerd,
met brede zandpaden op-en-af, veel dennen
en berken, fijne uitkijkpunten op duintop
pen; een „witte" wandelroute van 5 km,
en een „rode" idem van 6,5 knv, veel andere
voetpaden, bruggen, waterlopen, kortom:
er zit wat energieks in de lucht, de herfst
maanden en de vogels hebben daar hun
deel van. Wandelschoenen, kijker, wat eten
en drinken mee: verkenningen in het do
mein van patrijs, fazant, konijn, kleine
zangvogels zingend temidden van de aan
bessen, bottels, vruchten en insekten zo
rijke omgeving. Wie de boeken en plaatjes
albums van Jac. P. Thijse, van Heimans,
van Vijverberg, van Tolman als jongen of
meisje heeft gelezen en hier in dit prachtige
duingebied zijn ogen goed de kost geeft
vindt vrijwel alles nog terug. Er zijn er
al weg, de zwaluwen, de koekoek, de sterns,
maar veel vogels blijven: de oeverlopertjes,
de tureluurs, de bergeenden, de meeuwen
soorten.
Wat kun je genieten van de najaarszang;
koolmezen, roodborstjes, winterkoninkjes en
al die andere fluiters en piepers in het
struikgewas, wat hebben ze het druk zo
vóór de winter! Roodborst is nieuwsgierig
maar houdt zich gedekt tussen de grond-
struikjes, en wat er omlaagvalt is voor de
roodborst. De koolmezen roepen heel fel,
in tertsen; het gemiesper van de sijsjes is
maar zwak; de kwinkslagen en rollers van
de vink hoor je boven alles uit; onze
vrind de roodborst heeft een week falset
stemmetje: het valt niet mee dit alles op
de batterij-bandrecorder op te nemen, maar
er zijn lieden met eindeloos geduld wie
het lukt.
Er zijn nog kleine violette bloempjes op
de grond en de hele winter is er het geel
van de bloeiende gaspeldoorn en het oranje
van de vuurdoornbessen. Later komen de
koperwieken en de kramsvogels zich te goed
doen op het duinbessenfestijn.
Nog eens voor anker met de motorkruiser
in de buurt van Veerc: stadje met onver
getelijk silhouet, weer tot nieuw leven ge
wekt door watersport en toerisme
Foto van de schrijver.
Men kan natuurlijk ook een lange strand
wandeling gaan maken langs de vloedlijn;
langs de zeehengelaars met hun verre blik,
hun oliegoed, hun visspullen, hun eindeloos
geduld. Voor velen is de hengelsport hét
motief om een weekend of langer naar
Zeeland te komen, juist in najaar en winter.
Of je kunt op zoek gaan naar twee lange
stukken hout en een touw, een volley
balnet improviseren en met de kinderen een
lekker partijtje gaan volleyen op het strand,
om warm te worden. Misschien is er zon,
een lauwe dag, een middag met een
blauwe lucht, en dan kan het nog: de
zonnekleertjes aan. Nee, nu niet gaan
liggen, de zon staat laag en dan moet je
zitten en lopen zó dat je meer effect hebt
van de bijna horizontaal invallende
straling.
Er zijn in september en oktober dagen
met volop zon en weinig wind, een medi
terraan-blauwe hemel; geen wolkje aan de
de lucht, de thermometer boven vijftien
graden. Het zand is droog, de zee ruikt
pittig en is beslist niet te koud om te
gaan zwemmen voor de flinken dan
Maar er komen hier ook mensen die niet
van het strand houden, en het is niet
altijd strandweer. Er zijn diverse musea
open op zaterdag er is markt in ver
schillende plaatsen er zijn in de steden
boekhandels en boekwinkeltjes voor de
snuffelaars. Op een regenachtige middag
koopt iemand een boek met afbeeldingen
hoe Middelburg er lang geleden uitzag;
hij bestudeert het in 'n rustig café, maakt
een paar aantekeningen op 'n papiertje,
5