hart van Vlissingen: Bibliotheken, Stedelijk Museum en vestzaktheater Edenburg (in een huis, daterend uit 1771) vindt men ook op het Bellamypark. Trouwens, als u er nog maar enkele schreden hebt gezet, herinnert een gro te, groene „fontijn" u aan de dichteres sen Betje Wolff en Aagje Deken. U weet wel? Die van „Sara Burgerhardt" en zo. Dankbare Vlissingers richtten voor hun poë tische stadgenotes in 1884 dit monument op. Goed, u heeft de dichteressen dank zij het monument herdacht en kijkt weer richting zee. Uw oog ontwaart midden op het groene gras van Vlissingens hart een enorm stokanker uit de 18e eeuw, opge vist bij Westkapelle. Aan het andere einde van het park (dat dus een groot gazon is), staat op een nederiger plaats dan Michieltje in brons de mensenredder en loods Frans Naerebout. De blik van deze Zeeuwse held (1748 - 1818) is uiteraard zeewaarts ge richt. (Tussen twee haakjes, het deel van het Bellamypark aan de rechterhand van Frans Naerebout heet voor een klein stukje „smalle Kade", herinneringen aan vroeger toen het „park" nog haven was. Sta even (niet uit gebrek aan respect, maar om de richting te bepalen) met uw rug naar Frans. Schuin links voor u, daar waar de Nieuwendijk begint, ziet u op be paalde dagen de karretjes, beladen met verse zeevis, „bemand" met stoere Vlis singers, maar aan hun klederdracht te zien en aan hun taal te horen afkomstig uit Arnemuiden. Op het Bellamypark en het Beursplein (gescheiden van het „park" door het uit 1628 daterend Beursgebouw, thans restau rant), ruikt men, voelt men, proeft men, hoort men en ziet men de verbondenheid van Vlissingen met de zee. Bezoekers van de Zeeuwse havenstad, die te voet of per auto van het zeezicht hebben genoten op de boulevard dat andere, unieke pronk stuk van Vlissingen dalen, na bij Mi chieltje nog even een blik op het gebeuren op de Westerschelde te hebben geworpen, veelal met plezier de zeedijk af. In het verlengde van de Vissershaven, het zicht op zee nog, liggen daar Beursplein en Bel lamypark. het hart van Vlisingen. Rechts op de achtergrond rijst nog net voor de werfkranen van „De Schelde" de „vinger" van de Sint Jacobstoren omhoog. Alsof hij zeggen wil: „Jongens, pak er gerust een paar, maar maak het niet te bont daar beneden". Velen hebben er in de loop der jaren met genoegen „een paar gepakt" of „een stukje gegeten" op dat plein, dat park, waar de zee nog hoorbaar en vaak ook zichtbaar is. „Dode put". „En dat hart van Vlissingen zal een „dode put" worden als die waterkerende dijk, die boulevard wordt doorgetrokken, die nog in gebruik zijnde, sfeerscheppende Koop- mans- en Vissershaven worden gedempt". Zo is populair gesproken het standpunt van de Vlissingse actiegroep „Behoudt Vis sers- en Koopmanshaven Vlissingen". „Gaat u maar eens in Breskens en Ter- neuzen kijken, dan kunt u zich voorstellen wat zo'n dijk betekent; raden de mensen van de actiegroep (waarin ook een gemeen teraadslid) de „twijfelaars" aan. Nemen die actie-groep-jongens dan maar een loopje met de veiligheid? Zijn ze soms de ramp van '53 vergeten? „Wis en waarachtig niet!", is hun antwoord: „Die veiligheid kan worden gewaarborgd door die oude, 14e eeuwse havens daar af te sluiten met een keersluis. Die hoeft men hooguit twee maal per jaar te sluiten bij een te ver wachten abnormale hoge waterstand (NAP 3,5 meter, de hoogte van de kade muren). Zo ziet het de actiegroep: De havens met hun eigen sfeer worden zo „gered". Geen hoge dijk snijdt Vlissingens hart af van de zee. Ook het verkeer zal dan worden af geleid van Bellamypark en Beursplein, die dan geen „dode put" hoeven te worden. „Veiligheid". Het Vlissingse college van b. en w. denkt terecht aan de veiligheid, aan be scherming tegen wilde kuren van vriend vijand de zee. Doortrekken van de boule vard acht dit college daartoe een goed mid del, al heeft men nooit verklaard dat het plan van de actiegroep de keersluis technisch onuitvoerbaar is. De bouw ervan zou acht miljoen gulden gaan kosten. Het jaarlijkse onderhoud van sluis en havens zou op 75.000,— komen, en al deze lasten zouden door de gemeente Vlissingen moeten worden gedragen In januari krijgt de Vlissingse gemeente raad het rapport „Binnenstad" te behande len. Er zal dan ook het nodige gezegd en besloten moeten worden over de toekomst van Bellamypark en Beursplein. Wie zijn wij, dat we de Vlissingse „vroede vaderen" de les zouden willen lezen, de wet voorschrijven? Maar mogen we hen wel namens tallozen in Zeeland, in ons land en daarbuiten vragen toch behalve aan veiligheids- en financiële belangen ook te denken aan de niet in geld uit te drukken waarde van een unieke, sfeervolle plaats als Beursplein en Bellamypark met de open haventjes? Aan „het hart van Vlissingen"? Joris van Hoedekenskerke. Wij vernemen vóór het ter perse gaan van dit blad, dat burgemees ter drs. Th. Westerhout en wet houder F. G. Smit zich beiden in principe voor het „open" houden van de Koopmans- en Vissersha ven te Vlissingen hebben ver klaard. J-V-H. In de haven van Zierikzee maken de palingvissers goede weken, met het ruwe weer van de laatste tijd zijn de vangsten zeer goed. Foto: Joh. Berrevoets, Zierikzee. 12

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1973 | | pagina 12