harder en langer dan bijna iedereen in de grote stad. Dat ze iets beter kunnen kennismaken met jou! Want juist als die Randstedelingen, die Brabanders, die stads-Belgen met vakantie zijn op jouw eiland, juist als ze naast jouw land in 'n tent of aanhangwoonwagentje verblijven, dan heb je hélemaal géén tijd voor hen! Voor mij ook niet, want uitge rekend in die vakantiemaand-van-ons is er voor jou overstelpend veel werk; alles komt tegelijk of vlak achterelkaar: wieden spuiten, aanaarden, oogsten, stoppelen, op ruiters zetten. Daar is weinig aan te doen, beter ge zegd: daar is weinig aan gedaan! Er is geen „Boerderijboek van 't Beste" of in de „Time/Life serie"; in Holland is er na het Verkade-album „Op de Boerderij" (1912) en na de „Glorie van ons polder land" 1930 ook niet veel over het boeren- Foto: Johan Berrevoets, Zierikzee. eerste kennismaking, zo rond de Kerst? Ik geloof niet dat jullie in het boerenbe drijf zelf wel eens filmt. Het ligt jullie niet zozeer, dat gedoe met zo'n camera. En vooral op de mooiste momenten heb je het immers veel te druk! Wie van jullie, agrariërs maakt er nou foto's van z'n werk? Moet er soms 'n beroemd filmer aan te pas komen? Natuurlijk wil je die kerel met z'n cameraploeg en z'n verdere toestanden niet in je tarweveld hebben, komende zo mer. Stel je voor! Een Nederlandse film over het leven in de bouwpolder haalt beslist niet de op brengsten die de „andere" Nederlandse films van de laatste paar jaren geven. Via de TV weten kinderen alles over de krokodillen in de Everglades (Florida), over de zeeleeuwen van de Zuidpool en de vlees etende planten van de Amazonerivier. Maar ze hebben nooit een koe zien kalven, of 'n sukerpee zien rooien. We willen ze op de film zien, jullie prach tige Zeeuwse werkpaarden, al heb je niet zo bar veel werk meer voor ze. Een gele combine („kombijn" voor m'n lezers) aan 't werk te zien met 'n paar woorden uit leg hoe die werkt, is boeiend. Jullie te zien werken met je keerploegen, schijf eggen en melkmachines onder de voorjaars- en najaarsluchten boven Zeeland. Een dagje met jullie beidjes mee naar de weekmarkt in 'n oud en sfeervol Zeeuws stadje. Jullie feesten, het ringrieën, de concoursen voor de paardensport. Jullie bouwpolders zonder ook maar 'n twee meter „vuulte". Jullie klederdrachten, jullie volksdansen, jul lie kerkgaan! Er is belangstelling voor, geloof mij! Er wordt heei wat gedaan om dit alles vast te leggen, ook al omdat er veel moois ver d wij n to n h e r r o e p el ij k Welke amateurfilmer waagt zich aan dit project-op-langere-termijn? Zie je wel. daar heb je 't nu! Ik praat heen over 't hoofd van de man die deze brief kreeg. Maar als excuus: het gaat nog steeds over hém: de Zeeuw van de bouw polder, de man van wie dc stedeling nau bedrijf verschenen voor leken dan. Sinds die jaren is er wel 't een en 't ander ver anderd bij jullie, nietwaar? Ach, we lezen of horen wel eens wat over de belangrijke rol die jullie spelen in de ecologische economie, en in de krant kun je ook wel de veilingprijzen vinden, maar wat heeft de „outsider" daaraan? Die zou wellicht niets liever doen dan zijn auto op je erf zetten en 'n morgen meelopen achter de ploeg ('t zou 'm niet meevallen!). Die rijdt langs een grote akker met hemelsblauwe bloemen op lange stel ten en weet natuurlijk niet dat het blauw maanzaad is. Die heeft er geen benul van dat je óók nog koeien hebt, en waaróm je die hebt. Er zijn vakantiegangers wie het lukt, kamers te huren op 'n Zeeuwse boerderij: de boffers! Vanuit de logeerkamer hebben ze een uitzicht over de bouwpolder dat hen nog lang heugt; gesprekken na werk tijd geven een heleboel inzicht, zó zelfs dat ze bij hun vertrek alles van het bedrijf menen te weten! Ook kun je hier en daar je caravan kwijt bij 'n boerderij; dat mag tegenwoordig, in beperkte mate. Een kennis van mij die haast elk week end en zeker de vakantieweken naar Zeeland komt wil 'n 16 - mm kleurenfilm maken van het agrarisch bedrijf, het hele jaar door. Mag-ie bij jou komen voor 'n welijks weet wat-ie uitvoert, de man die door tallozen zo wordt benijd om z'n na- tuurnabijheid. z'n duidelijke doelgerichtheid, z'n weten omtrent wat er volgt op z'n werk op 't land, z'n leven dat 'n afgerond geheel vormt (in tegenstelling tot dat van vele anderen), z'n trots op z'n werk en z'n bedrijf. Ik hoop je de komende zomer weer te ontmoeten, al zul je ook dan wel weer weinig tijd hebben. Je maakt dan lange dagen, en het werk gaat vóór. bij jou mis schien méér dan bij wie ook. Maar als ik van de winter tóch in Zee land ben. en ik bel je tevoren op, kunnen we dan nog eens 'n uurtje praten? Over jouw inzichten en ervaringen, over jouw bedrijf? Over wat jij denkt over de vakan tiemensen en de heren van dc FEG in Brus sel? Echt niet uit nieuwsgierigheid of voor de publiciteit, maar om iets te leren. Om mij een beeld te gaan vormen van hoe de Zeeuwse agrariër vandaag leeft, de man en de vrouw die van de vroege morgen tot de late avond werken, die precies om twaalf uur en om zes uur eten, kortom: die een heel andere dagindeling en werk sfeer hebben dan wij, stedelingen. Je hoeft deze brief niet te beantwoorden, heus niet. Stuur me maar "n fotokaart van je dorp met 'n groet, dan ben ik al erg blij: post uit Zeeland! Het ga je goed, m'n waarde! Rijksdomein Westenschouwen, 50 jaar Foto Johan Berrevoets, Zierikzee. 26

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1973 | | pagina 26