Zuilengalerij van de Beurs (1651).
Foto: Johan Berrevoets, Zierikzee.
De oude Vismarkt met pittoreske zuiltjes (1804). Foto: Johan Berrevoets, Zierikzee.
huiscomplex prijkt dan nu ook weer in
zijn aloude luister.
Naast de indrukwekkende Schutterszaal
(1554), trouwzaal en raadzaal (beide uit
de tweede helft van de 18de eeuw), behoort
de oude Vierschaar (1550) tot de meest
bezienswaardige ruimten. Tijdens de zorg
vuldige restauratie werden de oorspronke
lijk vrijstaande, maar in later tijd tussen
muren ingemetselde zuilen, weer een voor
een „vrijgelegd". Zonder de ruimtewerking
te schaden, vormen de vijf zuilen van zand
steen een aangename onderbreking van deze
grote zaal, die met haar zware balken-
zoldering misschien nog wel het best de
sfeer uit de bouwperiode van dit stadhuis
gedeelte heeft bewaard.
Beursgalerij.
Fraai gelegen aan het Havenplein, trekt
aldaar onmiddellijk de middeleeuwse gast-
huiskerk (tweede helft veertiende eeuw) de
aandacht en dan in het bijzonder de zuilen
galerij, die de Beurs (1651) schraagt.
De Zierikzeese prominenten, die in de
gouden eeuw „hun" kerk wilden vergroten,
wisten door een originele oplossing twee
vliegen in één klap te slaan. Zij lieten naast
de Gasthuiskerk een Beurs optrekken, die
tevens als „onderbouw" diende voor een
galerij in de kerk.
Vismarkt-galerij.
Bijzonder karakteristiek is de kleine ga
lerij van hardstenen zuilen, die onderdeel
is van de voormalige Vismarkt in de Sint
Domusstraat.
Het door een hek afgesloten pleintje
met aan de ene kant een rijtje woningen,
vormt het restant van het vroegere St.
Jacobshofje, dat in 1804 tot Vismarkt werd
verbouwd en toen een toevoeging kreeg
van de eerder genoemde hardstenen pilaren.
Zuilenportiek van de „Nieuwe" kerk.
Er is geen twijfel mogelijk: de meest
indrukwekkende zuilen van Zierikzee dragen
de portiek van de zgn. Nieuwe kerk. Dit
speciaal voor de protestantse eredienst op
getrokken bedehuis kon in 1848 eindelijk in
gebruik worden genomen. Talloze strubbe
lingen hadden de bouw vertraagd.
Vele jaren waren verstreken sinds de
rampnacht van 6 op 7 oktober 1832, toen
de Sint Lievens Monsterkerk door brand
zwaar werd beschadigd. Pogingen om de
ruïne te restaureren, werden niet onder
nomen, maar men zette onmiddellijk vaart
achter nieuwbouwplannen.
17