Recreatie en -mogelijkheden in Zeeland
Autodakvervoer is geen probleem.
Foro: Mirbo Monnickendam.
Voor velen is Zeeland het jaarlijkse va
kantieland. De drukstbezochte rekreatiege-
bieden in Zeeland zijn: De Westhoek van
Schouwen-Duiveland; de kuststrook van
Walcheren; de kuststrook van west Z.
Vlaanderen en het Veerse Meer.
I-Iet Veerse Meer is het eerste meer dat
door afsluiting van een zeegat (het Veerse-
gat in 1961) in het kader van het Deltaplan
is ontstaan. Inmiddels is het meer uitge
groeid tot een rekreatiegebied van natio
nale betekenis en gezien de nationali
teit van bezoekers en jachten interna
tionale allure.
De bevaarbare oppervlakte bedraagt ruim
1500 ha, het buitendijks grondoppervlak
1800 ha, terwijl het geschikt is voor veler
lei vormen van rekreatie, Er zijn een
tiental jachthavens in het Veerse Meer
tegenover een twintigtal in overige delen
van Zeeland. Het aantal ligplaatsen be
draagt ruim 2.000 in het Veerse Meer en
in heel Zeeland zijn er in totaal circa
3.800. Het aantal campings in Zeeland ligt
boven de 100 en in de Westhoek alleen
zijn er zowat 50.
In 1971 werden in totaal ruim zes mil
joen toeristische overnachtingen geregis
treerd. In 1959 waren dat er nog maar
1,6 miljoen.
Ongeveer tachtig procent van het verblijfs-
bezoek concentreert zich in de kuststreek.
De verhouding buitenlanders Nederlan
ders is 25 75. Van het totaal aantal
slaapplaatsen (137.900 in 1968, raming
voor 1985: 322.000) neemt de kampeersektor
plm. 65% voor haar rekening.
Een andere toeristische trekpleister is
in Zeeland ongetwijfeld het oud steden
schoon. Vooral Middelburg, Veere, Zierikzee,
Sluis, Hulst en Tholen dienen daarbij te
worden vermeld.
De kulturele akkommodatie in Zeeland is
de laatste jaren sterk verbeterd. Middelburg
heeft een schouwburg met 500 zitplaatsen,
Axel (De Halle) heeft 400 zitplaatsen en
Terneuzen (het Zuidlandtheater) 485 plaat
sen. De koncertzaal te Zierikzee is hersteld
en verbeterd en de Middelburgse Koncert-
cn Gehoorzaal is afgebouwd.
Hieruit moge dan blijken dat aan het
verbeteren en op peil brengen van het
rekreatiemilieu in Zeeland de laatste jaren
heel wat werd gedaan.
De ontwikkeling van het werken en wo
nen in het Scheldegebied bracht immers
met zich mee dat steeds meer inwoners
ruimte moesten kunnen vinden voor ont
spanning in de sfeer van de openlucht-
rekreatie in de eerste plaats. Hierbij moes
ten worden onderscheiden de behoefte aan
dagrekreatie en die aan weekend- en va-
kan tierekreatie.
De voorzieningen voor de dagrekreatie
moeten worden gerekend tot het voorzie
ningenpakket dat bij het wonen hoort.
Zij behoren dan ook in het werk- en woon
gebied, dat het Scheldebekken vormt, thuis.
Het ligt voor de hand dat, aangezien
het hier zo al niet om een min of meer
dagelijkse, dan toch wel om een vrij fre-
kwente rekreatiebehoefte gaat, deze dag-
rekreatieve voorzieningen dicht bij de gro
tere woonkernen moeten liggen en van
daaruit goed bereikbaar moeten zijn.
Zij dienen veelzijdige mogelijkheden voor
zowel aktieve, als passieve rekreatie te bie
den. Zo moet enerzijds worden gedacht aan
sport- en speelvelden, een zwembad, een
manege, e.d.; anderzijds aan park- of bos-
terreinen met wandelgelegenheid en moge
lijkheden tot dagkamperen.
Het spreekt vanzelf dat dergelijke voor
zieningen pas aangelegd kunnen worden bij
een voldoende vraag, zodat een zekere
concentratie van de bebouwing ook uit
dagrekreatieve overwegingen gewenst is.
Daarnaast bieden de aantrekkelijke on
derdelen van het agrarisch gebied de moge
lijkheid zich op korte afstand van zijn
woonplaats te verpozen in een landelijke
ruimte. Hierbij valt tevens te denken aan
mogelijkheden in de bufferzones, welker
funktie door middel van coulissenbeplanting
kan worden versterkt.
Naast de dagrekreatieve voorzieningen in
de direkte omgeving van de grotere woon
kernen, spelen voor de dagrekreatie nog
vele andere terreinen een belangrijke rol.
Op korte afstand van Middelburg en Vlis-
singen liggen strand- en duingebieden en
delen van het Veerse Meer.
Dit laatste gebied, alsmede de bosge
bieden in aanleg bij 's Heer Hendrikskin
deren zullen voor het groeiende Goes grote
waarde krijgen.
In Oost-Zeeuws-Vlaanderen bezitten Ter-
neuzen in het Otheense kreekgebied, Axel
in het Axelse bos en Hulst in de bosge
bieden ten zuiden van deze stad, aantrek
kelijke terreinen voor dagrekreatie. Voor
dit Oost-Zeeuws-Vlaamse gebied vervult het
Braakmangebied een zeer belangrijke dag
rekreatieve funktie.
Hetzelfde geldt in zekere zin ook voor
het West-Zecuws-Vlaamse kustgebied, dat
voorts als gebied voor verblijfsrekreatie ge
heel aansluit bij het aangrenzende West-
Vlaamse kustgebied in België.
Het in sterke mate ontwikkelen van de
verblijfsrekreatie in het Scheldegebied ver
draagt zich slecht met de twee hoofdfunkties
voor dit gebied: werken en wonen. Deze
funkties eisen reeds zoveel ruimte en onder
linge afstelling, dat de bewoners voor de
weekend- en vakantierekreatie voor een
groot deel op mogelijkheden buiten het
Scheldegebied zijn aangewezen.
Doch deze zijn in ruime mate voorhanden,
ook op niet al te grote afstand. Aan de
noordzijde ligt immers het grote gebied
van de midden-Delta, met een veelheid van
rekreatiemogelijkheden.
Aan de zuid- en oostzijde bevinden zich
voorts de grote open West-Vlaamse en de
Kempische ruimte. Want het is duidelijk
dat Zeeland niet alleen voor de rekreatieve
noodwendigheden van een miljoenen-bevol
king langs weerszijden van de staatsgrens
kan instaan.
Hoe dan ook kan Zeeland in elk geval,
aan een groot gedeelte van deze behoeften
voorzien, mede dank zij de uitstekende
verbindingen waarover deze provincie thans
beschikt met overige gedeelten van België
en Nederland.
De belangrijkste verkeersaders door en.
naar Zeeland zijn de rijksweg 58, de z.g.
Deltaroute, de toeleidingswegen vanuit Bel
gië naar Zeeuws-Vlaanderen, de veerboten
over de Westerschelde en de spoorlijn door
Midden Zeeland.
De laatste noord-zuidverbinding waarvoor
de provincie thans ijvert, is een vaste oever
verbinding over/onder de Westerschelde. De
plannen voor zo'n verbinding, die uit een
kombinatie van een brug en een tunnel,
(onder de vaargeul) zal bestaan, zijn prak
tisch gereed. Als tracée is de lijn Kruiningen-
Perkpolder gekozen. Er is een N.V. opge
richt die de voorbereiding tot de bouw
en later de exploitatie (het wordt een tol
verbinding) zal verzorgen.
De lengte van het secundaire wegennet
in Zeeland (beheer en onderhoud door de
provincie) is 121 kilometer. Het tertiaire
net meet ongeveer 400 km (beheer en on
derhoud door provincie, waterschappen en
gemeenten) en het quartaire net (beheer
en onderhoud voornamelijk door de water
schappen) is ca 1300 km lang.
Uit een en ander mag dus blijken, dat
Zeeland over een voldoende wegeninfra-
struktuur beschikt, ook al om de jaarlijkse'
toenemende rekreatiekliëntele op te vangen.
En dat is maar goed in een tijdperk waar
aan de rekreatie steeds meer aan belangrijk
heid wint, mede ingevolge de eveneens:
steeds toenemende vrije tijd.
Arthur Deceunynck.
22