„HET WITTE HUIS" IS NIET MEER
Zeeland weer een beetje armer
kopen of huren. Ook vanuit de horeca-
sector was er belangstelling. Een restaurant
op zo'n plaats met 7.0'n riant uitzicht op
het Westerscheldewater met in de vage
verten de kust van Zeeuws-Vlaanderen,
moest bij voorbaat een succes worden. Maar
ook een „gewone" bewoner hadden we
graag de vreugde van het wonen aan het
wijde water gegund.
Dc gedeputeerde dacht er anders over.
Hij stelde voor 6.000,— uit te trekken
voor de sloop van het huisdat de
provincie, als het verkocht was, heel wat
meer had kunnen opbrengen„Schande"
zegt men in Hoedekenskerke.
Men is daar ook nog niet vergeten,
dat de pontonbrug van de opgeheven pro
vinciale boot uitstekend geschikt als
afmeerplaats voor de vrije-tijdsvaart ook
zo snel weg moest, omdat ze verkocht
zou zijn. De brug ligt nu in Vlissingen-
Oost, zichtbaar vanaf de weg bij Pechiney,
op een stuk land te roesten.
De Provinciale Staten hebben anders over
het Witte Huis beslist. De meerderheid al
thans. De fractie van de verantwoordelijke
gedeputeerde wilde niet meteen rigoreus tot
de sloop overgaan, wilde nog naar andere
mogelijkheden zoeken. Maar 't mocht niet
baten. Dc sloper kwam. Waar eens het
Witte Huis „een baken in zee" en een
markant punt in het landschap was, ligt
nu een kaal stuk grond.
Goed, de Staten hebben we zelf gekozen.
Hun beslissingen worden geacht „namens
ons" genomen te zijn. Zo zijn de spelregels.
Vandaar dat we maar niet direct naar
„het-spandoek-met-de-leuzc" grijpen. Want
ook wij accepteren die spelregels. Maar
dat neemt niet weg, dat binnen die ook
door ons aanvaarde perken toch wel eens
minder juiste beslissingen worden genomen.
En was die beslissing over dat Witte
Huis nu wel zo nodig, en zo in overeen
stemming met „de wil van het volk"? We
zetten er een groot vraagteken achter.
Hoe dan ook: het Zeeuwse landschap,
en daarmee Zeeland, is toch weer een stukje
armer geworden. Jammer, Provinciale Sta
ten! Zou 't ook gebeurd zijn als men een
ietsje meer belangstelling voor zo'n sim
pele zaak als „een huis op een zeedijk"
had getoond? Joris van Hoedekenskerke.
Foto: Wim Riemens, Middelburg.
Nee, we hebben er niet gestaan met een spandoek, toen de slopers kwa
men. We zijn ook niet voor de vrachtauto's gaan zitten. Dat was echt niet
nodig.
Het was genoegzaam bekend hoe men in Hoedekenskerke zelf en ver
daarbuiten dacht over de sloop van het Witte Huis bij de voormalige veer
haven op de Westerscheldedijk. Niemand begreep waarom of nu juist dit huis
zonodig tegen de vlakte moest.
Een markant punt op de Westerscheldedijk was het, gezien vanuit „zee".
Een al even typisch „landschapsmerk" vanaf de landzijde gezien.
Zo was de situatie toen „Het Witte Huis" nog de Westerscheldedijk bij Hoedekenskerke
met zijn markante trekken sierdeFoto: Wim Riemens, Middelburg.
Het wel 100 jaar oude, stevig gebouwde
huis gaf cachet aan de omgeving van de
veerhaven, aan heel het silhouet van Hoe
dekenskerke.
Dat silhouet heeft al eerder geleden. Toen
de zeedijk op deltahoogte werd gebracht,
moesten het huis van „den diekbaes" en
een in typische stijl op en in de dijk ge
bouwd café, plus een machtige bomengroep,
er aan geloven. Jammer, maar een kind kon
zien, dat dit toen noodzakelijk was.
Het Witte Huis mocht blijven staan.
Het stond op de kruin van de oude zeedijk,
maar ver vóór het talud en de kruin van
de nieuwe deltadijk. Niemand herinnerde
zich, dat er zich bij dat Witte Huis ooit
gevaarlijke situaties hebben voorgedaan,
zelfs de gedeputeerde niet, onder wiens
verantwoordelijkheid de sloop van het huis
valt.
„Maar dat huis is een wezensvreemd
element in de dijk", vond hij. „Wezens
vreemd"!, terwijl het forse gebouw al een
eeuw met het wijde Scheldelandschap was
vergroeid, herkenningsteken en accent was
geworden.
Wat was het geval? Waterstaat vindt
op zichzelf niet ten onrechte dat er
op zeeweringen eigenlijk geen gebouwen
horen te staan.
In gevallen van de boulevard te Vlissingen
en ook elders in de provincie maakt men
overigens op die stelregel wel uitzonderingen.
Ook al weer: terecht, als er geen gevaar
voor de zeewering dreigt.
Maar bestond dat gevaar dan wel levens
groot in Hoedekenskerke? Zelfs tijdens de
ramp van 1953 hebben huis en dijk het
natuurgeweld doorstaan.
Het gevaren-aspect is nauwelijks bespro
ken, laat staan aangetoond.
Het Witte Huis (pas later kreeg het
die kleur en die naam) was oorspronkelijk
kantoor en wachtkamer voor de Provinciale
Stoombootdienst. Aan de reeds lang ver
dwenen houten steiger hebben we zelfs
nog stoere raderboten zien afmeren. Later
werd het huis ingericht als woning voor
de plaatselijke agent van de Provinciale
bootdienst.
Nu de veerdienst Hoedekenskerke
Terneuzen al enkele jaren is opgeheven,
zou het huis „geen bestemming" meer gehad
hebben. Maar tal van particulieren bena
derden de provincie. Men wilde het huis
23