Voorjaarsportret
Lichtopstanden
Veerse Meer
van doe-het-zelf bootopknapper
In de opslagplaats voor veevoer staan romantische voertuigen, zoals de sjees en de koets,
naast elkaar geparkeerd. Foto: Paulus Maartense, Hoek.
akkeropbrengsten en personen, nog wel uit
de motteballen gereden. In het landbouw
museum mag men ook eens proberen hoe
zo'n wagenbankje zit.
Buiten het museum heeft de stichting
getracht ook zoveel mogelijk in stijl te
blijven. Zo is er een gewassen- en kruiden
tuin waar produkten worden verbouwd, die
Zeeuws-Vlaanderen vandaag de dag nog
opbrengt.
Vorig jaar kwam er een zogeheten „bie-
ënkot" bij. Het was en is veelal de gewoonte
van boeren om kasten of korven met bijen
volken te houden.
Kinderboerderij.
Achter de museumschuur ligt een weiland
dat niet alleen het domein van het trek
paard Laura is, maar ook van geiten, var
kens, koeien, kippen en ganzen.
Deze veestapel behoort tot de kinderboer
derij. De jeugd mag vrijelijk tussen de bees
ten door banjeren en behoeft volgens Her
man Bakker niet bang te zijn. De boer en
zijn zoon, die naast het museum wonen,
fungeren als oppas.
„Oppassen doen ze nauwelijks, omdat het
in de praktijk niet nodig is gebleken. Ze
houden eigenlijk meer een oogje in het zeil.
Vooral de oude boer kan enorm boeiend
over de beesten vertellen. Hij kan ook
bijzonder goed met kinderen overweg. Hij
houdt van kinderen. Ouders kunnen rustig
hun kroost op de kinderboerderij loslaten.
Kinderen behoeven helemaal niet bang te
zijn voor de beesten. En ze zijn het ook
Gelaat:
voortijdig verweerde huid door schrale
wind, met kraaiepootjes; restanten roest,
slijpsel, verfsmeren rond de neus, gespron
gen lippen; zorgelijke trek om de mond,
omdat het deze zaterdag wéér stormt en
niet. Ze lopen er net zo makkelijk tussen
door als maar kan," zegt Herman over
tuigend.
Hij vertelt verder dat hij vaak meelij
heeft met de koe, die tientallen keren per
dag gemolken wordt. „De boer laat dan
zien hoe dat gaat, want het is onvoorstel
baar hoeveel kinderen, vooral stadskinde
ren, geen verband meer zien tussen melk
brood vlees en boerderij. Heel veel kin
deren denken dat deze produkten of uit de
winkel of uit de fabriek komen. Verder
strekt hun kennis jammer genoeg vaak niet.
Ik heb meegemaakt, dat een kind een
maand lang geen vlees wilde eten, toen
ik het had verteld waarvoor het slachtge-
reedschap diende: om carbonaadjes uit var
kens te snijden. Dat wist dat kind niet."
Overigens is Herman tot de ontdekking
gekomen dat niet alleen kinderen dikwijls
weinig afweten van het boerderij-bestaan.
Van ouderen kan hij ook staaltjes vertellen.
„Je maakt af en toe trucs mee. Dan kom
je niet meer bij van het lachen. Laatst
waren er een man en een vrouw en die
stonden op een gegeven moment bij de
koets te kijken. Zegt die mevrouw: moet
je 's kijken Frits, er zit aan de achterkant
een haak. Die zit er zeker om de caravan
er aan te hangen. Eerlijk waar, ze meende
het serieus."
OONA MAARTENSE.
Openingstijden: maandag t/m vrijdag van
1012 uur en 1317 uur; zaterdag en
zondag van 1012 uur en 1319 uur.
regent en hij weer vérder achteropkomt
op moeizaam opgesteld werkschema.
Haren:
verwaaid, ongekamd, veel te lang want
hoegenaamd geen tijd voor kapper; modder.
aangroeislijpsel en menie op de hoofdhuid,
lidteken door omvallen van een schoorpaal.
Handen:
onbeschrijfelijk met ingebed vuil, gebroken
nagels, kloven, blaren, schaafwonden, door
gespleten vingertoppen door natschuren;
verstijfd van kou, vasthouden van schrap-
staal en schuurblok; vingers staan krom
naar bikhamersteel en schuurmachine.
Rug en knieën:
stram en misvormd door hurken, knielen,
liggen onder schip, lang gebukt staan, zich
wringen in krappe motorruimten en voor-
ondertjes; daardoor lichtelijk gebogen gang,
zorgelijk ook.
Broek- en jaszakken:
uitpuilend van schroeven, moeren, nip
pels, verstuivers, sluitings, stukjes touw,
bougies, poetslappen, gereedschap, rolmaat,
etc.
Verdere kleding:
volkomen verwaarloosd, vol teer en verf-
vlekken, opengehaald aan scherpe hoek-
staalspanten; moet over enige weken meteen
de vuilnisbak in. Zogenaamde vrijetijdskle-
ding is niet voor bootbezitters die „dat
voorjaarsklusje zelf wel eventjes opknap
pen", wordt uitsluitend gedragen door ter-
raszitters, autoflaneerders, tribune-sportie-
ven, etc.
Maar: laat hem zijn gang gaan, die slaaf
van het schip dat hij uit vrije wil kocht!
Straks vaart hij de haven uit met een glan
zende boot, nerveus trillende zeilen in de
koesterende voorzomerzon, of een sonoor
brommende scheepsmotor onder de voeten.
En is de armoe-weken allang weer vergeten!
S. Z.
Op of omstreeks 28 april 1975 zullen de
onderstaande lichtopstanden worden ont
stoken.
Nummer Karakter Kleur mast
1 Flikker WZHS
2 Flikker Rood RWHS
3 iso 8 WZHS
5 iso 4 WZHS
7 Flikker WZHS
8 iso 8 Rood RWHS
10 iso 4 Rood RWHS
13 iso 8 WZHS
15 iso 4 WZHS
17 Flikker WZHS
De hoogte van de lichtbron wordt voor
alle lichtopstanden 4.00 m 4- N.A.P.
Veilige passeerafstand van alle lichtop
standen is 20 m voor de maximum regle
mentair toegelaten diepgang.
Tegelijkertijd met het ontsteken van deze
lichten zullen de lichten Sluisje 1.1. Ned.
1969 nrs. 690 en 692, Gebroken Dijk 1.1.
nrs. 694 en 696, Wolfaartsdijk 1.1. nr. 700
en de lichten van Geersdijk 1.1. nrs. 702,
704 en 706 worden gedoofd en de opstanden
gesloopt.
Tevens zullen worden opgenomen de
lichtboei VM 5 1.1. nr. 698 en de blinde
tonnen 2 en 3 en 19.
Na het gereedkomen van de 2e fase
van het verlichtingsplan Veerse Meer zal
de nummering van de betonning worden
aangepast.
ïi