mische berekeningen van scheepsafmecingen,
proporties van snelle kaper- en kapervracht-
vaartuigen, lastenschalen, tabellen met rond
houtenafmetingen.
35 x 25 cm; een feest voor het oog,
voor de modelbouwer met interesse voor
het historische schip.
Onze vloot in de Franse tijd,
door Dr. C. N. Fehrmann, 1969, uitg.
Kruseman Uitgevers Mij, pocket, 135 bladz.
De rol van de admiraals De Winter en
VerHuell, het vlootherstel in 1795 op in
stigatie van de Franse bezetters; de slag
bij Kamperduin 1797 (Bataafse vloot totaal
verslagen, onbetwiste suprematie van de
Engelse marine); de Engelse expeditie op
de Westerschelde juli 1809. Met 18.000 man
landingstroepen voer men de Zeeuwse wa
teren binnen, veroverde Veere; overrompe
ling Vlissïngen mislukte door weerstand
van het garnizoen daar. Fort Bath werd
bezet, men stootte niet door naar Antwer
pen; beleidsfouten; Zeeuwse koortsen deden
de rest. Alleen de Bevelanden en Walcheren
bezet.
Het boek is geschreven rond de admiraals
De Winter en VerHuell.
Van Raderboot tot Atoomschip,
door W. A. Baker, 1965, uitg. Van Ditmar,
Amsterdam, De Branding, Antwerpen, 270
bladz., 28 breed X 25 cm hoog.
Dit is de geschiedenis van het werktuig
lijk voortgestuwde schip, fraai geïllustreerd,
vanaf de „Pyroscaphe" 1783 en Jonathan
Hull's stoomsleepboot uit 1736, de „Cura
sao" in 1825 (eerste stoomschip van de
Kon. Ned. Marine). Rond 1850 verliezen de
stoomschepen hun tuigages en zeilen, on
geveer 1890 ook hun fraaie klipperboegen;
omstreeks 1900 gaan de tot dusver hellend
geplaatste masten loodrecht omhoog. De
„Selandia" uit 1911 heeft geen schoorste
nen meer, dan komen de reuzen: de „Bre
men" (1928), de „Normandie" (1933), de
„Queen Mary" (1934), de „United States"
(1951).
Vrijwel uitsluitend silhouetten in dit boek,
echter ook vele technische bijzonderheden
als scheepsvormen, grootspantdoorsneden,
machines, raderen, schroeven en roeren.
Album met honderden tekeningen.
Van linieschip tot vliegkampschip,
door L. D. de Kroon en Have Thomas,
1964, Elsevier pocket, Amsterdam/Brussel,
192 bladz., zeer vele afbeeldingen.
De Koninklijke Marine sinds het ontstaan
van het Koninkrijk der Nederlanden in 1813.
Toen schepen die wel groter en zwaarder
bewapend waren maar in wezen nauwelijks
verschilden van die van Tromp en De Ruy-
ter: dezelfde hoge eisen aan het personeel
gesteld.
Toen de grote omwentelingen op tech
nisch gebied: de overgang van zeil op
stoom, van hout op ijzer, geheel andere
strategie en taktiek. Technisch vakmanschap
wordt even belangrijk als zeemanschap. De
torpedo, de Marine Luchtvaartdienst, de
Mijnenveegdienst, de elektronika bij de ge
vechtsleiding.
Twee niet gemakkelijk meer te verkrijgen
boeken van de expert Harold A. Underbill,
beide met een schat aan tekeningen, dia
grammen, matentabellen en details van het
19e- en 20e-eeuwse zeilschip.
Uitgegeven te Glasgow, bij Brown, Son
Ferguson Ltd. resp. in 1946 en 1963:
Masting and Rigging (the Clipper Ship and
Ocean Carrier) en Deep-water Sail.
Beide 350320 bladz., formaat 25 x 20
cm, met authentieke plannen, tuig- en
werktekeningen, dekfittings, rondhoutschet-
sen, zeilafbeeldingen, beschrijving van oc
trooien om hoger aan de wind te zeilen;
veel over schoeners, kitsen, vijfmastschoe-
ners, zesmastbarken en volgetuigde schepen,
alles met stalen masten, raas en verstaging.
Dus: de gehele optuiging van de schepen
uit de slotfase van de zeilvaart.
Zeer onlangs verschenen in facsimile als
delen in de serie „Monumenta Nautica His
torica Selecta" bij Fontes Pers, Postbus
1850 (Singel 395), Amsterdam 1000:
Handleiding tot de kennis van tuig, masten,
zeilen, enz. van het schip,
door J. C. Pilaar en G. P. J. Mossel
(1858), 534 bladz. met 140 figuren, en:
Handleiding tot de Kennis van het Schip,
door G. P. J. Mossel (1859), 450 bladz.
met 275 afbeeldingen (beide werken formaat
23 X 16 cm, elk 5 cm dik).
In de Franse tijd was veel vakmanschap
in de scheepsbouw, en zeemanschap ver
loren gegaan, terwijl de scheepsontwikkeling
in het buitenland snel voortgang maakte.
Enige decennia later was de Nederlandse
scheepsbouw weer op niveau, getuige de
fraaie, degelijke en snelle schepen die men
ging bouwen.
Pilaar en Mossel hebben hierover hand
boeken uitgegeven: ze behandelen de klip
pers, het gebruik van ijzer en staal in het
want, het ontstaan van het barktuig, de
snaauwsmasten, het schiemanswerk, de be
handeling van zeilen en grondtakel; in het
tweede boek de komst van de stoomvoort-
stuwing, het sterkteverband van het houten
en het ijzeren schip, de theoretische achter
grond zoals zeil- en lateraalpunt.
Een rijke bron van informatie voor de
historicus en de modelbouwer.
Ships and seafarers in Australian waters,
door Max Colwell, 1973, uitg. Lansdowne
Press Pty Ltd., Melbourne; 30 X 26 cm
oblong formaat, 124 bladz., reproducties
en foto's.
„Australia gave the redoubtable British
sailor his last great field of danger-charged
action and glory". Minder dan 200 jaar
geleden duurde de reis Engeland Aus
tralië negen maanden, op zee in minder
prettig ruikende verblijven.
De klippers maakten het van Plymouth
naar Port Jackson in zestig of zeventig da
gen. Masten en mensenlevens konden
afknappen bij zeer zware storm of als het
schip bij windstilte door stromingen op
koraalriffen werd gedreven.
Australië heeft altijd op vertrouwde voet
gestaan met zeilschepen, de wolklippers,
de walvisvaarders; de schepen die paarden
exporteerden naar het Britse leger in India,
de emigrantenklippers. Terug naar Enge
land via Kaap Hoorn, naar Australië via
Kaap de Goede Hoop.
Heen: machines, locomotieven, rails, ijze
ren onderdelen, terug: schapen, wol. De
concurrentie van de stoomschepen, een
groot hoofdstuk over de walvisvangst rond
dat continent.
Prachtig!
Shipwreck,
tekst: John Fowles, foto's: de familie
Gibson, op de Scillies, 80 bladz., 25 cm
breed, 21 cm hoog.
De Scilly eilanden en het westen van
Cornwall hebben levensgevaarlijke kusten
aan de zo druk bezeilde en bevaren ingang
van Het Kanaal. Vier generaties Gibson
hebben sinds 1860 gestrande schepen ge
fotografeerd; sommige schepen konden ter
plaatse worden gesloopt. De raderstoomboot
Earl of Arran (1872), de Yankee klipper
met voltuig op de rotsen, de „industry
of wrecking"; als laatste de Torrey Canon,
18 maart 1967, ramp met verstrekkende
gevolgen.
Ook uit de authentieke schipbreuk-foto's
is veel te leren over de schepen van de
laatste eeuw en de soms zo merkwaar
dige samenloop van omstandigheden die tot
hun einde leidde.
We zijn weer terug aan de Nederlandse
kust:
Redden,
foto's: Cees van der Meulen, tekst: Evert
Werkman (1973), uitgeverij Ploegsma, Am
sterdam, 180 bladz., 28 x 22 cm.
Alle facetten van het reddingswerk der
beide maatschappijen: De Koninklijke
Noord- en Zuid-Hollandse Redding-Maat
schappij en de Koninklijke Zuid-Hollandse
Maatschappij tot Redding van Schipbreuke
lingen.
De samenwerking der instanties, hun
taken en hoe die gecoördineerd worden.
Het werk van de Kustwacht, van Scheve-
ningen Radio, van de Opsporings- en Red
dingsdienst (OSRD) van de Koninklijke Ma
rine, van de strandreddingsbrigades; de
Rijkspolitie te water, de zeesleep- en ber
gingsdiensten.
Historische reddingen, kaarten met red-
dingsposten, tekeningen van reddingsboten,
prachtige stormfoto's, sommige in kleuren.
Activiteiten ook op het IJsselmeer en in
het Deltagebied: het werk van gewone
mensen met hun vakmanschap, moed en
doorzettingsvermogen en natuurlijk ook hun
twijfels, angst en aarzeling.
Goed dat dit boek er is!
Wel, dat was dan een willekeurig stukje
zee-bibliografie. Uw boekhandel, uw anti
quariaat: ze kunnen u aan veel helpen.
Ongetwijfeld vindt u door opvragen van
uitgaven-catalogi, door zoeken en snuffe
len, in bibliotheken en op verkopingen nog
veel meer.
Over die twee factoren die altijd en in
hoge mate medebepalend zijn geweest in
de beschavings- en handelsgeschiedenis en
ook in de historie van kunst en handwerk:
het schip en de zeevaart.
S. Z.
iv^NE
6 oktober.
Postzegelbeurs met veiling in hotel „Du
Commerce" te Oostburg.
29 oktober.
Circus „Boltini" te Oostburg.
ZEILWEDSTRIJDEN
21 september.
Zeilwedstrijden snelheidsbekers (w.s.v.
Wolphaartsdijk).
27 en 28 september.
Teamwedstrijden (w.v. Arne).
Eind september begin oktober.
Eindzeilwedstrijden (Marine Watersport
Vereniging).
15