rikzee, het Waterloopkundig Laboratorium
in Delft en in de Voorst, het Laboratorium
voor Grondmechanica in Delft, de Rijksgeo-
logische Dienst in Haarlem. De kustwater
bouw wordt daarbij in hoge mate onder
steund door de wetenschap: De Technische
Hogeschool in Delft, de H.T.S.-en en andere
onderwijsinstellingen.
Bij het bouwen van een waterkering moet
ook nog rekening worden gehouden met
een andersoortige dynamiek, n.l. die van
de mensen, de dieren en de planten. Na
de voltooiing van de waterkering ontstaat
namelijk een geheel andere leefomgeving,
wegens de veranderingen in de waterstaat,
d.i. de hoedanigheid van het water en de
stand ervan. Hierdoor worden de bewe
gingen van de leefgemeenschappen van de
mensen, de dieren en de planten beïnvloed.
Wat de mensen betreft: voor hen zijn er
in het deltagebied naast veiligheid ook
andere belangen die hetzij direct, hetzij
indirect met het element water samen
hangen. Deze belangen zijn de landbouw,
de visserij, de scheepvaart, de industrie, de
recreatie, de natuurbescherming, de volks
gezondheid, de drinkwatervoorziening en
zo meer.
Daarom ontbrandt er meestentijds al
voordat de dijckagie is voltooid ofwel voor
dat de strijd tegen het water is gestreden,
een strijd om de waterstaat. Er moet im
mers worden gekozen of het water zout
of zoet moet blijven en hoe hoog het
toekomstig polderpeil moet zijn.
Het agrarisch belang zal zoet water, de
visserij zout water eisen. Tussen de land
bouw, de akkerbouw, de fruitteelt en de
veehouderij onderling wordt er een strijd
gevoerd om de hoogte van het polderpeil.
Daarbij vragen hooggelegen polders om
niet te verdrogen, om een hoog polderpeil,
laaggelegen polders daarentegen vragen om
niet te „verzuipen" een laag polderpeil,
kleipolders vragen een ander peil dan de
polders met meer zaveligc grond.
Andere belangen, zoals de natuurbescher
ming, hebben ten aanzien van dit peil weer
andere wensen.
Indien de bouw van een waterkering een
lokale ingreep is en de belangen niet al
te veel verschillen, is de strijd om de
waterstaat spoedig gestreden.
Anders wordt dit indien door de water
kering meerdere en grotere belangen wor
den geraakt en indien deze belangen al
niet eerder door andere oorzaken zijn ge
schaad, zoals dat nu het geval is met de
aantasting van het natuurlijk milieu.
Ook na haar voltooiing blijft er verzet
tegen de waterkering, zodat deze in zekere
mate is blootgesteld aan de erosie door
maatschappelijke stromingen: zie de dijken
langs de grote rivieren, zie de zeedijk langs
de Oosterschelde in Yerseke. Hier en ook
elders zijn op de dijken allerlei bouwwerken
en bouwsels verrezen, die niet alleen de
dijken verzwakken, maar ook het verbeteren
daarvan bemoeilijken. Het zijn de coupures,
de huizen, de scheepswerven, de opslag
loodsen en dergelijke.
In de strijd tegen en om het water
moeten daarom ook maatschappelijke be
wegingen in de hand worden gehouden
door een goed bestuur op elk niveau. Voor
komen moet worden dat er door een zekere
gemoedsdynamiek, ofwel de emoties van de
betrokken mensen, tussen hen, tussen de
belangengroepen onderling en tussen de sa
menleving en de dijckagie gaten ontstaan.
Zo deze gaten er toch komen, dan moeten
ook zij gewonnen worden: misschien wel
met soeticheijw, listicheijt ende subtijlheijt.
Ing. H. Bijl.
SCH OU WEN-DUIVEL AND
NOORD BEVEL,
ROGGENPLAAT
BEVELANO
.CHESEN
31