Middelburgs venster
op de wereldruimte
Het was in september 1929 dat de AVRO
een reeks lezingen uitzond over de sterren
kunde. Dr. C. H. Sluyter vertelde op po-
pulair-wetenschappelijke manier over Al Su
fi, Copernicus, Kepler, Huygens, Newton,
Laplace, Herschel en vele anderen; dan over
de atoomfysica van de zon, de sterren
spectra, de optiek, het Doppler-effect, het
ontstaan van het zonnestelsel en zo voort.
In een klein stadje woonde een jongen
van zestien jaar die dat alles met grote
belangstelling volgde; de Radiobode bracht
de lezingen in beeld en van een gymnasiast-
B wist hij een leerboek Kosmografie over
te nemen. Van een brilleglas, een kartonnen
koker en het lensje uit een dradenteller-
loupe wist hij een kijkertje te maken, met
een lasglaasje erop om de zonnevlekken
waar te nemen. Uit de leesbibliotheek kon
een boek over sterrenkunde worden geleend,
waaruit hij sterrenlijsten samenstelde voor
eigen gebruik. Sterrenkaarten werden over-
getekend, fietstochten naar de stadrand
ondernomen om buiten het licht van de
straatlantaarns te komen.
Weldra kende hij alle sterrenbeelden en
wist hij waar de planeten stonden. Dubbel
sterren splitsen bleek pas mogelijk toen
r
Samenstand van de Maan en de planeet
Jupiter. (Opname; Volkssterrenwacht).
hij de kijker kon stabiliseren met een
omgebouwd houten camera-statief. Maar
hoogst zelden ontmoette hij iemand met wie
ervaringen konden worden uitgewisseld of
die hem raad kon geven om verder te ko
men in zijn zo boeiende liefhebberij. Hij
wist niet dat er nog talloze andere mensen
zijn die evenveel belangstelling hadden voor
sterren en planeten en waarnemings-instru-
menten, omdat hij niet wist hoe met hen
in contact te komen.
Na de oorlog: beter materiaal.
De verduistering, jarenlang, bracht nieuwe
mogelijkheden voor het bekijken van zwakke
objecten aan de hemel; maar je moest wel
om twaalf uur binnen zijn. Geen hinder
van natrium- en kwiklicht of open gordijnen.
Bitterkoude strenge winters achter een iets
beter kijkertje, ook weer zelf gemaakt:
enthousiast! Bommenwerpers zien afschie
ten, Vl's en V2's in hun baan gevolgd.
In '45 verscheen de Sterrengids van Wol-
ters nv weer: boekje dat voor elk komend
jaar de vele astronomische gebeurtenissen
aankondigt, op de minuut af, detailkaarten
erbij. Vrijwel onmisbaar voor de amateur!
Army-shops boden redelijk goede prisma
kijkers aan; hij kocht er een, 10 x 50, en
gebruikt die nog dagelijks. Toen: weinig
tijd vaak, werken van half negen tot zes
uur, zaterdags tot de middag; studeren,
gezin, veeleisende job. Sterrenkijken in Ne
derland: wekenlang soms geen kans, plot
seling een glasheldere avond dat hij alles
opzij zet, afzegt en negeert; direct na het
eten de sterrenkaartjes, schetsjes maken
wat hij wil zien, de Messiernevels en -ster
renhopen. Zaklantaarn, winterjas, oude pa
raplu om straatverlichting enigermate af
te schermen. Na een uur bijzonder welkom:
een hete kop thee; maar wel in het donker
blijven voor beter gezichtsvermogen.
Het boek van J. C. Alders „Bouw je
eigen sterrenkijker" gekocht en bestudeerd;
jammer, geen tijd voor zo iets en ook on
voldoende gereedschap. Bij de opticien voor
een paar honderd gulden een Japanse te
lescoop 60 x 700 mm brandpunts-afstand
gekocht, die hier en daar verbeterd en ver
sterkt, houten statief verzwaard, een 10 x
40 mm Polarex zoeker erop gemonteerd;
enige goede extra-oculairen van Polarex
aangeschaft. Aankopen voor het leven, voor
in extase kijken naar dubbelster Albireo: de
ene component goudgeel en de andere een
groene saffier. Talloze andere opgezocht,
hun onderlinge afstand en hun kleurver
schil bestudeerd: prachtig!
Planeten en maan.
Op die en die dagen kunt u Mercurius
zien, daar en daar. Ja hoor, flikkerend
lichtpuntje na zonsondergang. Sterrengids
Wolters, bedankt voor de tip!
Venus is zó briljant dat een filtertje
voor het oculair moet komen, is nu eens
klein en rond, dan weer een grote sikkel.
Jupiter met de vier maantjes die elke
Een heldere meteoor in het sterrenbeeld
de Grote Beer, gefotografeerd met een sek-
torkamera (Opname: Volkssterrenwacht).
dag een andere stand hebben en alle ver
schillend van kleur en groottte; banden
over de sneeuwwitte Jupiterschijf.
Saturnus: zo eens in de tien of vijftien
jaren opent de ring zich, dan weer is er
slechts een haardunne streep dwars over
de afgeplatte schijf, roomgeel. De maan
Titan zwerft traag om Saturnus heen.
Uranus, gevonden en gevolgd met het
gidsje: prachtig groen, al met de prisma
kijker te observeren, helemaal niet moeilijk!
Hij is zich gaan interesseren voor de
maan, die met haar licht de zwakke ster
ren, sterrenhopen en nevelvlekken over
straalt. Voor hem een gebied geworden
waar hij begint thuis te raken! Al die
kraters, rillen, stralen, donkere vlakten,
al die schaduwen, reliëfs en tinten, al die
namen en gebergten. Bij de autokaarten
en stadsplattegronden heeft hij de Kosmos
maankaart altijd bij de hand.
Er is verjaardagsbezoek; na de koffie en
voor de drankjes nodigt hij een paar ken
nissen uit, eens door zijn achter het huis
opgestelde kijker te komen „loeren". Nie
mand heeft Saturnus ooit zo „van dichtbij"
gezien, en toch lijkt de planeet zo oneindig
ver weg te staan. Een pan met twee oren.
zegt er een. Een ander, helemaal geboeid
door de betovering van de donkere decem-
berhemel. vraagt om het sterrengidsje, zoekt
hier en daar een dubbelster. De gastheer
begrijpt hem heus wel: je moet nog eens
meer komen op een heldere avond, bel
me maar even!
De ruimtevaart.
Voorjaar 1930 hield de AVRO een lezing
reeks over wat toen heette ruimte-scheep
vaart. A. Veraart, toen nog geen prof., wel
„regenmaker" vroeg zich 45 jaren geleden
af: kunnen menschen de aarde verlaten?
Kunnen menschen in de wereldruimte rei
zen? Hij sprak over raketvliegtuigen en
elektrische ruimteschepen, over de profs.
H. Goddard (USA) en R. Oberth (Duitsland).
Ongemeen boeiend, nauwelijks geaccepteerd;
door vrijwel iedereen gezien als een hersen
schim. Een blad uit de Radiobode van
destijds is hierbij weergegeven.
Op een avond in oktober 1957 ligt hij,
prismakijker in de hand, in een leunstoel
achterin de tuin. Wat rondkijken, de Ple
jaden zijn prachtig. Een wentelend, af en