Engel Reinhoudt zingt het „Zeeuwse luisterliedje" Vlaming Willem Vermandere vond navolging op Zuid-Beveland Willem Vermandere, de zanger van het Westvlaamse lied, kwam in 1968 in de publiciteit vanwege zijn optreden tijdens het „Humorfestival" in Heist. De baardige zanger-gitarist viel daar op door z'n levensliedjes, die hij bracht in het dialect van de streek, die ligt achter de Vlaamse zeedijken en duinen. Sedertdien is z'n ster gestegen en volgde optreden na optreden en lang speelplaat na langspeelplaat. Merkwaardige liedjes zijn het, die de Zeeuw wel aanspreken. Half vrolijk, half melancholisch zijn de wijsjes waarop ze worden gezongen door Willem in een taal, die ontegenzeggelijk veel „Vlaams eigen" heeft, maar toch ook een zeer grote overeenkomst bezit met het Zeeuws in z'n algemeenheid. Willem Vermandere bezingt „de mênschen van de streke". Kostelijk bijvoorbeeld is zijn liedeke over de „vrachtriejer" met het slotvers: „Mênschen, a'j passeert tussen Kortriek en Lauwe, 't komt op gin dag en 't steekt nie zö nauwe, mar je mot gaon kieken, want 't is 't kieken waerd, Want 't schoonste op de weareld is Blanch en zien paerd." Geen Zeeuw zal moeite hebben met de verstaanbaarheid van deze tekst. Ook niet met die van de ballade van „Pïere de Bêêste" bijvoorbeeld, het lied van een wat onnozele kerel, die ..bie de boeren de karre trok. 't zwien slachtte en in de koeistal sliep", maar nochtans „een mens" bleet. Bij een persoonlijke ontmoeting hebben we Willem Vermandere wel eens gevraagd of hij niets voelde voor liedjes in het Zeeuws. Hij zag er weinig in. Juist omdat de dialecten zo dicht bij elkaar liggen, zo nauw verwant zijn, vreesde hij bij het zingen van Zeeuwse liedjes toch in z'n eigen West-Vlaams te zullen terugvallen. Gelukkig heeft Willem in Zeeland na volging gevonden. Engel Reinhoudt, een 29- jarige jeugdwerk-leider uit Wolphaartsdijk op Zuid-Beveland, groot bewonderaar van Willem Vermandere, beluisterde diens pla ten aandachtig. Hij ging zelf ook gitaar spelen, liedjes schrijven. Liedjes in de Zuid-Bevelandse va riant van het Zeeuws. Liedjes ook met de mensen uit de polder als onderwerp, lof zangen op het landschap, versjes met een tikkeltje weemoed, een schepje maatschap pij-kritiek. Reinhoudt en Vermandere tonen verschil len, hebben ook een aantal overeenkomsten. Niet het feit dat beiden een baard dragen (Reinhoudt lijkt uiterlijk meer op die andere Vlaamse zanger Ivan Heylen) is zo ken merkend. Maar zij zijn beiden „kinderen van de polder". Beiden begonnen ze hun muzikale loopbaan in de dorpsfanfare, bei den spelen gitaar, cither, accordeon. Toch mag je Engel Reinhoudt niet zomaar zonder meer een „epigoon", of „imitator" van Willem Vermandere noemen, al heeft hij duidelijk diens invloed ondergaan, zeer be wust zelfs. Zoals gezegd: De in het Westvlaamse Lauwe geboren Vermandere betrekt in zijn liedjes vaak de mensen van het Westvlaamse polderland, hun deugden en ondeugden. De Zuid-Bevelander Reinhoudt doet hetzelfde, maar dan met het Zeeuwse landschap, Zeeuwse mensen, Zeeuwse toestanden, en... in het Zeeuws, en dus toch ook weer op zijn eigen wijze, in zijn eigen stijl. De stormwind loeide nog om het huisje van Reinhoudt in de Oosterlandpolder bij Wolphaartsdijk, toen we daar met hem gingen praten, naar hem kwamen luisteren. We hoorden het liedje van „De Paerden", die tegenwoordig niet meer de stal, maar ,.dc manege" bevolken, het lied over „De Poel" met zijn slingerende wegjes, die zo nodig op de schop moest. Een ironisch dichtscitje over „De Industrie", een ondeu gend verhaaltje over een „onechte vader". Willem Vermandere, zanger van West vlaamse luisterliedjes Engel Reinhoudt bezingt de Zeeuwse mensen en het Zeeuwse land. En dan niet te vergeten dat kostelijke lied over „d'n Eêre. die over d'n Böömdiek liep" en daar „Zacheus in 't ooi zag wigkrupe..." Zulke bedjes heeft Reinhoudt er tientallen geschreven. Reinhoudt over Vermandere: „Ik voel me inderdaad aan hem verwant. Zijn liedje over die vrachtrijder, over „Blanche en zien peard", het had bij ons op het dorp kunnen gebeuren. Wij hadden daar ook een man, hij heettte „Eine, die met kar en paard tussen Goes en Wolphaartsdijk heen en weer reed. Zelfs het mannetje, dat op de hoes van Vermandere's plaat op de foto staat, lijkt op hem. Vermandere brengt een sfeer, die mij aanspreek", zegt Engel Reinhoudt, al realiseert hij zich best dat „onder in vloed staan van" niet mag ontaarden in pure imitatie. Vermandere, de man met optredens voor volle zalen (onlangs nog in Hulst), met radio-, t.v.- en grammofoonopnamen. Ver mandere, de succesvolle. Hoe staat het wat dat betreft met onze „zanger van het Zeeuwse luisterlied?" Engel Reinhoudt probeerde eerst zijn liedjes uit in de vriendenkring. Toen dat bleek aan te slaan, zong hij voor een wat groter publiek op ieugdbijeenkomsten en dergelijke. Droomt hij van een „carrière" als zanger? Hij haalt de schouders op. gaat er niet op in: „Het enige dat ik meen te weten is, dat mijn liedjes het misschien het beste doen in een wat kleinere, besloten ruimte, met een niet al te groot aantal toehoor ders," zegt hij, toekomstplannen verder onbesproken latend. Maar het zou ons toch niet verwonderen als we binnen afzienbare tijd wat meer van de Zeeuwse zanger Engel Reinhoudt te horen zouden krijgen. En waarom ook niet? Waarom zouden alleen de Friezen hun eigen literatuur en liederen hebben? En waarom zou alleen Vlaanderen zijn eigen zanger in de streektaal laten horen? Het Zeeuws is meer waard, dan zo nu en dan een enkel „lollig gedicht" voor bruiloften en partijen. We zien daarom met belangstelling uit naar wat „de Zeeuwse Willem Vermandere" van plan is. Joris van Hocdekenskerke. 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1976 | | pagina 19