HET VLAG-INCIDENT
11 april.
IJzendijke od de Westerschelde van
11.30 14.30 uur.
24 april.
G.B.V. te Roosendaal organiseert een
selektiewedstrijd om 10.30 uur op het
eiland Tholen.
25 april.
Edelkarper te Bergen op Zoom van
11.00 14.00 uur.
25 april.
W.K.V. te Nieuwpoort (B.) van 10.00
13.00 uur.
9 mei.
Hengelv. Nw-Borgvliet houdt een vrije
wedstrijd ten bate van de Bejaarden-
bond van 10.00 13.00 uur.
5 mei.
V.B.O. te Oudenbosch van 14.00
17.00 uur.
22 mei.
De Krabbe te Renesse van 13.00
16.00 uur.
27 mei.
Zeester te Halsteren van 12.00 15.00 u.
27 mei.
Sluiskil op de Westerschelde van
12.00 15.00 uur.
30 mei.
O.F.C. te Ostende (B.) van 12.30
15.30 uur
7 juni.
Zeebaars te Scherpenisse van 10.30
13.30 uur.
13 juni.
B.F.V.Z. te Ravensijde (B.) van 12.30
15.30 uur.
27 juni.
Philips Terneuzen op de Westerschelde
van 13.00 16.00 uur.
8 augustus.
Breskens op de Westerschelde van
11.00 14.00 uur.
5 september.
H.S.V. te Halsteren van 11.30
14.30 uur.
5 september.
Hoek op de Westerschelde.
12 september of 26 september.
N.Z.V. te Knokke Heist (B.) van
11.30 14.30 uur.
3 oktober.
Eendrachtvis. te Nw-Vossemeer van
11.00 14.00 uur.
23 oktober.
H.V.K.K. te Kapelle van 13.00 16.00 u.
31 oktober.
M.V. te Zeebrugge (B.) van 10.00
13.00 uur.
7 november.
Leeglopers te 's Heerenhoek van
13.00 16.00 uur.
Zeeland Magazine is een rubriek rijker
geworden: korte schetsen door M. M. Met
eigen ogen geschoten IV, blz. 18, no. 44,
november 1975. M. M. zijn dat wil ik
u wel verraden de initialen van Mirja
Muurling, bekend door haar gevoelige ge
dichten in het Magazine.
Een aantal van haar gedichten werden
gebundeld: een exemplaar schonk zij ons.
Misschien is zij wel nieuwsgierig te weten
wat er met die bundel is gebeurd; hij slin
gert door het huis, eerst onopzettelijk, dan
opzettelijk! Dus niet bijgezet in de boeken
kast. Soms vind ik de bundel terug tussen
een stapel boeken en brokstukken van
zwaarwichtige adviezen, een andere keer
ontdek ik hem onder een stapel, resultaat
van een opruimwoede aan het einde van
de week. Eens keek hij mij verwijtend
aan uit een lade waar ik zocht naar het
instructie-boekje van de dictaphoon. Die
bundel lijdt een assepoester-bestaan, maar
telkens wanneer ik hem tegenkom, dan lees
ik geboeid enkele bladzijden.
Onze assepoester zo spraken wij af.
mijn vrouw en ik zal haar zwervend
bestaan voorlopig, en nu met opzet, blijven
voortzetten, hoewel er wel gevaren aan
verbonden zijn; vorige week was ze bijna
verdronken in de prullemand! Ons besluit
was gebaseerd op de vreugde van het tel
kens onverwachte weerzien, die vreugde
wilden we niet missen; we zijn niet gezwicht
voor het betoog van Gerrit Krol, onlangs
in de NRG, dat boeken als ze niet gelezen
worden (maar wel in je boekenkast staan)
ook waarde hebben (tussen haakjes afge
zien van antiquarische waarde of oud
papier).
De lezer zal begrepen hebben, dat dit
slechts een inleiding is tot het vlag-inci
dent waarover ik u wilde spreken. Dat vlag-
incident heeft te maken met het proza,
waarover ik iets zei in de eerste regel van
dit verslag.
De schets van M. M. in het nummer van
november 1975 geeft een fijne beschrijving
van een duinwandeling en een bezoek aan
de oever van de Westerschelde. Je begint
argeloos te lezen, en allengs wandel je
werkelijk in de duinen, zonder de schrijf
ster, alléén, in de stilte, onder de herfstzon
langs de planten en met de vogels.
En je ontdekt zelf, zo schijnt het, details
van vogels en planten waaraan je voorbij
ging. Je ziet de leeuwerik opstijgen op de
zelfde manier, zoals je dat vroeger gefas
cineerd waarnam als je door de weilanden
naar huis liep. Je stopte, legde je schooltas
neer en volgde op je rug gelegen de verti
cale vlucht die al kwinkelend werd uitge
voerd, dan plotseling werd afgebroken om
over te gaan in een glijvlucht in schuine
lijn naar beneden.
Je leest verder en dan wandel je ineens
naast de schrijfster en je ziet haar met
zorg de blauwe zeedistel onder het zand
verstoppen om haar te beschermen tegen
de oostenwind; je denkt: een beetje over
dreven, maar dan en dat zijn de fijne
trekjes in haar proza constateert zij:
eigenlijk overbodig die zorg!
Het effect op de lezer? Het scènetje komt
over, indringend als een echt gebeuren:
eerst de spontane handeling, dan de nuch
tere bezinning, menselijk!
Wij trekken verder, nu weer alléén; een
schip over De Schelde vaart voorbij, de
vlag net niet meer zichtbaar in de sche
mering. Je overweegt: hoever zou de sche
mering nu wel gevorderd zijn, dat je de
vlag net niet meer ziet? De achtergrond
zal wel zover zijn, dat je de vlag net niet
meer ziet? De achtergrond zal wel zover
zijn „ingedonkerd", dat het silhouet van
het schip nog wèl en de vlag niet meer
zichtbaar is.
En dan opeens voltrekt zich het incident:
er was helemaal geen vlag! Op ordentelijke
schepen worden vlaggen vóór zonsondergang
ingenomen.
Voor mij groeide dat incident uit tot
een herinnering aan een bezoek bij een
oom, een oud-zeekapitein. Op een avond
kwam hij aanlopen, uit de tuin, de vlag
keurig gevouwen onder zijn arm. Ik merkte
op, dat het wel niet zou gaan regenen
en dat de vlag misschien wel buiten had
kunnen blijven.
„Je Iaat je vriend toch ook niet in de kou
staan?" was het antwoord. En er volgde
een uiteenzetting over de vlag, symbool
van fierheid, object van zorg voor de zee
man.
Ik heb er later nog eens over nagedacht;
volgens mij is die vlag-inneem-gewoonte
misschien wel ingevoerd door een Schot of
een Hollander, die beiden vonden dat het
weinig zin had een vlag, die je toch niet
ziet, te laten hangen. En, entre nous, die
eer voor de vlag verdubbelt zijn levensduur.
Dit vlag-incident heeft bij mij een rimpel
veroorzaakt in het lees- en belevenis-proces,
maar daarnaast had het nog een gevolg, nl.
de vaststelling welk een subtiele bezig
heid proza schrijven kan zijn.
Schrijfster geeft erg beeldend haar visueel
contact met het schip weer, maar aan de
context waarin zij haar ervaring plaatst,
kleefde een kleine onvolmaaktheid, alléén
opgemerkt door een „vlaggen-deskundige";
gevolg: uit een illusie viel even de spanning
weg!
Misschien had ik die illusie kunnen redden
door te overwegen, dat het hier een slordige
trampvaarder betrof, met een kapitein, die
veel belangstelling had voor de fles en
minder zorg voor de vlag!
Het vlag-incident doet ons ook beseffen,
hoe fijn schrijfster, als een pentekening, de
schets heeft verwoord, zo gevoelig, dat
een kleine onvolkomenheid onmiddellijk
een vlekje veroorzaakt.
De sfeer van het duinlandschap en haar
genegenheid voor dier en plant brengt
schrijfster op een evenwichtige wijze op ons
over. Zij opent voor hen die daar gevoelig
voor zijn een nieuwe wereld; hoe dat ook
zij, men houdt er zeker een frisse opwek
kende wandeling aan over.
Ik ga er vanuit, dat dc beschrijvingen
van dier en plant correct zijn; dan zal ook
de bioloog daarvan kunnen genieten. In het
andere geval, tant pis, houdt hij er een
kater aan over.
Proza schrijven zoals M. M. dat doet
wij zeiden het reeds is een subtiele
zaak. Wie het aandurft verplicht de lezer
in hoge mate. Dit proza houdt een belofte
in; gaarne spoedig een volgend verhaal!
ir. Di.
21