De kabeljauw Schoongemaakte vis moet „zuiver op de graat zijn" De behandeling van gevangen vis (vooral zeevis) laat nog veel te wensen over. Van deskundig schoonmaken van vis is meestal geen sprake. Om elk misverstand bij voorbaat te ver mijden. Deze tips over het schoonmaken van vis, willen we vooral aan de zeehen gelaars aanbieden. Het terugzetten van zee vis, vooral de populaire soorten, is weinig zinvol. In verhouding tot wat de commer ciële vloot vangt, is de totale hoeveelheid vis, die de zeehengelaars vangen, beslist te verwaarlozen. Het vakkundig schoonmaken van vis kan ook onnodig dierenleed voorkomen. Vis, die na de vangst domweg op het strand, de pier of strekdam te pronken ligt, sterft door verstikking een langzame dood. Vis is niet in staat via de kieuwen de zuurstof uit de lucht te halen. Het is dus weidelijk een gevangen vis snel te doden en schoon te makenU voorkomt niet alleen vissen-leed, maar ook kwaliteitsbederf van het visvlees. Aan boord van een vissersschip wordt de gevangen vis altijd kort na de vangst schoon gemaakt (gestript). De trawlervisser of kot- tervisser mag dan een andere vangst-me thode toepassen, de gevangen vis (ook sportvis) vraagt dezelfde aandacht. Hoewel de vloot met koel- en vriesruimten is in gericht, blijkt de eerste behandeling van de vis na de vangst, bepalend voor de kwaliteit. De meeste zeehengelaars, die vanaf het strand vissen of op een strekdam staan, kunnen geen leefnet gebruiken. De vis, die uren lang op het strand te pronken ligt, sterft dus een wrede en kwaliteitsbeder- vende dood door verstikking. Vis, vooral mooie rondvis zoals zeebaars, kabeljauw, gul, wijting en andere soorten moeten na de vangst zo snel mogelijk open gesneden worden. Na de keel doorgesneden te hebben, moet de vis over de hele buik lengte worden opengesneden om de inge wanden te verwijderen. Leg de vis met de buik schuin naar boven. Neem de kop in de linkerhand (als u rechtshandig bent). Neem een scherp en niet te klein mes, waarmee om te beginnen de keel wordt doorgesneden. U snijdt langs het schouderblad van de vis tot aan de wervelkolom. U snijdt dan in één handeling de slokdarm, het hart en de lichaamsader los. U snijdt daarna de vis over de hele buik lengte voorzichtig open. Zorg er voor, dat u geen darmen of maag raakt. Als het spijs verteringskanaal geraakt wordt, verspreiden zich halfverteerde voedselresten over het visvlees, waardoor grote hoeveelheden bac teriën de buikholte besmetten. Door de vis tot aan de anusholte open te snijden, krijgt u de kans de darmen en maag, de lever, de gal, de milt en de blindzakken op de twee plaatsen, waar ze vastzitten, tesamen los te snijden. De hele troep zit vast bij de keel (slokdarm) en bij de aarsopening (darm). Door op deze twee plaatsen de darmen los te snijden, is het mogelijk alle ingewanden tegelijk uit de buik van de vis te lichten. Let ook goed op, dat u het zwarte buikvlies wegsnijdt, waaronder meestal wat bloed zit. Verwijder dit buik vlies en spoel het bloed goed weg. Maak uw vis aan het strand schoon. Het zoute zeewater tast de beschermende slijmlaag om het vissevlees niet aan. Vis, die in zeewater wordt schoongemaakt, blijff langer vers en beter van kwaliteit. Spoel geen zeevis met zoet water schoon. Zorg, dat alle bloed en de slijmresten ver wijderd worden. Vooral uit de buikholte en de kieuwen. Bij zeebaars, kabeljauw en andere rond vis is het vaak moeilijk de bloedresten uit de ruggegraat te halen, waarin zelfs de punt van een scherp mes niet doordringt. Neem voor dit fijne karweitje een stugge tandenborstel of vaat-schrobbertje. U poetst er de ruggegraat van de vis prachtig mee schoon. Vis moet „zuiver op de graat zijn". Be denk, dat dit aloude spreekwoord een diepe betekenis heeft, die voor u letterlijk van toepassing is. Levend schoonmaken. Vis, die door verstikking sterft, verliest snel aan kwaliteit. Er treden door ver stikking onmiddellijk veranderingen (een chemisch proces) op in het bloedrijke weef sel. Wie een vers gevangen vis de keel doorsnijdt, bereikt ook dat de vis snel leeg- bloedt. Ook zonder een koelkast op het strand, kunt u dan een bakzooitje van prima kwaliteit thuis brengen. Vooral het zachte vlees van een wijting en gul is ge voelig voor een goede behandeling na de vangst. Wat voor rondvis geldt, is natuurlijk ook van belang voor platvis. Schar en bot kunt u nog wel eens in een leefnet „vers" hou den. Maar in het ondiepe water stikken ook vele platvissen in het leefnet. U doet er dus goed aan ook platvis snel schoon te maken en desnoods gezouten (koel) in te pakken. Zorg er ook bij schar, bot, schol en tong voor, dat alle slijm- en bloedresten (als de kop is weggesneden) uit de kleine „buikholte" achter de kop worden uitgesneden en weggespoeld. Een goede behandeling van de vangst is een laatste eerbewijs aan de vis, die u een fijne sportdag heeft gegeven. Deze snelle dood verlost een vis uit zijn lijden, die anders een lange verstikkingsdood heeft. Waarom wordt een gevangen forel wel met een weidelijk hamertikje gedood en een andere vis niet uit zijn lijden verlost? Visvlees, dat van een vers geslachte vis komt, blijft veel langer blank. Uw vismes snijdt dus van twee kanten. U krijgt prima kwaliteit in de pan en voorkomt onnodig dierenleed. Ik ga er in dit verhaal van uit, dat u als visser geen principiële bezwaren tegen het vangen en doden van vis heeft. Ik kan me ook indenken, dat u wel eens bepaalde soorten zoetwatervis, zoals snoekbaars, baars en paling mee naar huis neemt. Ik neem aan, dat u de snoek en andere over- beviste soorten in bepaalde wateren spaart. Bedenk echter ook, dat het zinloos en „milieu-zondig" is om te grote hoeveel heden zeevis, die u thuis moet uitventen, mee te nemen. Als ik soms zie, dat tien tallen makrelen thuis in de vuilnisbak ver dwijnen, word ik net zo kwaad als op een zoetwater-hengelaar, die een kanjer van een snoek voor een trotse foto uit zijn element verwijdert. In de overbeviste Noordzee wordt het onderhand tijd, dat we ook wat de zeevis betreft, op de kleintjes gaan letten. Lieden, die met een schrobnetje achter de boot op zee vissen, zijn voor ons geen sport vissers. Het zijn mini-beroepsvissers, die terecht kwaad door de echte beroepsvissers met quoteringsbepalingen worden aangeke ken. Ik ga er dus vanuit, dat de vis, die u voortaan beter schoonmaakt, met de hengel gevangen is. Cor van Heugten. Wat waren de verwachtingen einde zomer 1975 hoog gespannen! Reeds op 1 oktober werd op het strand te Vrouwenpolder de eerste kabeljauw gevangen. En wat voor één! Zeker al acht pond zwaar. En wat is er van terecht gekomen? Tot heden toe zijn de vangsten nog minimaal. Alhoewel er een aantal doorgewinterde jongens tussendoor lopen, die al reeds over de twintig kabeljauwen er uit gesleept hebben. Boffers? Niet altijd, 't Zijn altijd dezelfde. Vaak hebben ze zo hun eigen stekje, hun eigen manier van werpen en hun eigen manier van beloden. Staande tussen een aantal andere kabeljauwvissers, vallen zij op doordat zij steeds méér en grotere kabel jauwen vangen dan de hen omringende vissers. Er moet dus meer aan de hand zijn. Hangers In één artikel is de gehele problematiek van de kabeljauw-sportvisserij niet onder te brengen. Maar ook in verband met het bovenstaande willen wij iets onder uw aandacht brengen, dat velen tot nu toe is ontgaan. Namelijk: de zogenaamde han ger, het vastzitten. Bij de sportvisserij op kabeljauw pro beert men met een zwaar lood het aas in een stroomgeul te krijgen, daar men weet dat de kabeljauw aast in sterk stromend water met een harde ondergrond. Nu ge beurt het nog al eens vaak, dat men op 30

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1976 | | pagina 28