Het Grevelingenbekken
Inleiding.
Met de voltooiing van de Brouwersdam in
1971 werd de voormalige zee-arm van het
Deltagebied „De Grevelingen" afgesloten.
Het gebied kenmerkte zich tot dan toe
door platen, slikken en schorren onder
hevig aan getijdebeweging.
Door de onttrekking aan de invloed van
de getijden kwam het Grevelingenbekken
beschikbaar voor nieuwe ontwikkelingen
van velerlei aard. Aan de west- en oostkant
wordt het gebied begrensd respectievelijk
door de Brouwersdam en Grevelingendam
en aan de noord- en zuidkant respectievelijk
door Goeree-Overflakkee en Schouwen-Dui-
veland. In totaal beslaat het een oppervlakte
van ongeveer 14.000 ha, waarvan bij het
huidige waterpeil van 0.20 m N.A.P.
ongeveer 3.000 ha droog ligt.
In het gebied komen een aantal eilanden
voor, t.w. Hompelvoet en Veermansplaat,
elk groot ca. 350 ha en Stampersplaat en
Dwars in de Weg groot respectievelijk 115
ha en 70 ha. Grenzend aan de afsluitdam-
men vindt men ook nog enige drooggevallen
platen, t.w. de Plaat van Oude Tonge (ca
70 ha) gelegen langs de westkant van de
Grevelingendam en de Kabbelaarsbank (ca
100 ha) en de Punt (150 ha) langs de oost
kant van de Brouwersdam.
Langs de voormalige zeedijk van Goeree-
Overflakkee liggen de Slikken van Flakkee
(ca 1.600 ha) en Battenoord (ca 20 ha) en
langs de zeedijk van Schouwen-Duiveland
vindt men de Slikken van Zonnemaire (ca
90 ha) en Dijkwater (ca 15 ha). Ruim 90%
van de totale oppervlakte water en land is
eigendom van de Staat. De overige droog
gevallen gronden zijn in handen van enkele
particulieren.
Het wegvallen van eb en vloed heeft
vooral de drooggevallen gronden blootge
steld aan de eroderende werking van wind
en water. De eroderende werking van de
wind komt tot uiting in zandverstuiving,
die van wind en water gezamenlijk mani
festeert zich in de afslag van de oevers.
Op het moment van droogvallen was het
streven er in eerste instantie op gericht
de oorspronkelijke toestand zo goed moge
lijk te behouden en in ieder geval te ver
hinderen, dat wegstuivend zand in het water
verloren zou gaan.
Op grond van ervaringen in het Veerse
Meer en in de Lauwerszee werd een gras-
mengsel ingezaaid, dat de eerste tijd vol
doende bescherming zou bieden tegen ver
stuiving. Ook door het plaatsen van stuif-
schermen, werd veel zand opgevangen. Al
spoedig vormden zich kleine zandruggen,
die soms uitgroeiden tot stuifduintjes.
Voor het vastleggen van de oevers was
het eveneens noodzakelijk maatregelen te
nemen. In eerste instantie is men begonnen
met die oevers te verdedigen die een sterke
afslag vertoonden.
De eenvoudigste en minst kostbare vorm
van verdediging is de gebruikelijke directe
verdediging op de oeverlijn. Üit milieu
technisch oogpunt gezien is dit echter zeker
niet de aantrekkelijkste.
Ook de vrijwel overal aanwezige ondiepe
vooroever maakt deel uit van de waarde
volle oeverzone, het dieper worden daarvan
door de werking van de golven moet even
eens worden voorkomen.
Op grond van ervaringen in het Veerse
Meer heeft men in het Grevelingenbekken
gekozen voor de z.g. onderwater-grinddam,
die op enige afstand evenwijdig aan de
oeverlijn wordt aangelegd op een diepte
van ca 1.00 m N.A.P. De kruin van zo'n
dam ligt ongeveer op de hoogte van het
gemiddelde waterpeil van N.A.P. 0.20 m.
De golven breken op de grinddam en
verliezen daardoor het grootste deel van
hun energie, zodat de erosie van de oever
sterk wordt verminderd. In de praktijk is
gebleken dat op sommige plaatsen de
grinddammen onvoldoende stabiel zijn om
de kracht van golven en wind te weerstaan.
Deze dammen worden momenteel van een
stortsteenkap voorzien.
Nog niet alle oevers hebben een verde
diging. De noodzaak tot het aanleggen
van verdedigingen wordt in nauw overleg
met de daartoe ingestelde werkgroepen
vastgesteld.
y JACHTHAVEN
êr SPORTVISBOTENHAVEN
S AANLEGSTEIGER
Tn TRAILERHELLING
OOP OE HOMPELVOET BROED KOLONIES VAN
GROTE STERN,KOKMEEUW EN VISDIEF
OEVERVERDEDIGING
i=j WATER DIEPER DAN 1 50 m
VERBODEN SNELLER DAN 9 Km/uur TE VAREN
GREVELINGEN
SITUATIE JANUARI 1976
LEGENDA
IZHZ WEGEN
HBH BEBOSSING
E'":' 1 "1 DAGREKREATIE
j NATUURGEBIED
ÜSSSÜ ZOMERWONINGEN D.
PARKEERTERREIN
Q VERZORGENDE BEDR'JVEN
A KAMPEERTERREIN
9