Met Roger Rottiers en de Flandria-
boten weerom naar Vlissingen
Een grote attraktie wel met de Flandria-
boten te Vlissingen, zijn de tochtjes op zee,
die er bij goed weer bijna dagelijks worden
ondernomen.
tuimelende schepen veel te veel moeilijk
heden zouden hebben."
In zijn 28-jarige carrière als scheeps
kapitein bij de rederij Flandria heeft Roger
Rottiers heel wat prominenten aan boord
gehad, die op verzoek van het Antwerpse
stadsbestuur een bezoek aan de Scheldestad
brachten en wat graag de dokken in of de
Westerschelde opvoeren. Pompidou, Hiro-
Hito, het zijn maar twee namen van een
hele resem doorluchtige passagiers, die
Roger Rottiers de Schelde moest opvaren.
„Moest". Het woord is niet te sterk
gekozen. „Want met zo'n passagiers de
Schelde opvaren is alles behalve een pretje,"
zegt Roger Rottiers. „Alles moet tot in de
puntjes verzorgd zijn. En dan komt het
er op aan te varen op de minuut na, om
niet te spreken van alle andere zorgen,
waarmee we deze doorluchtige passagiers
moeten omringen."
Neen, geef Roger Rottiers maar de dood
gewone alledaagse burger aan boord, die
eens een dagje uit varen wil en de Schelde
en Zeeland verkennen in hun veelheid van
gezellige aspekten.
„Talrijk zijn de Zeeuwen", zei Roger
Rottiers, „die wanneer we van onze één-
dagstochten vanuit Antwerpen terugkeren,
mee aan boord gaan om in de Scheldestad
een poosje vakantie te gaan nemen. Ze
komen dan in de namiddag aan boord,
komen 's avonds toe in Antwerpen, waar
ze één of meerdere nachtjes verblijven om
op een ochtend terug mee naar Zeeland
te varen. Of anders gaat het gewoon met
de trein terug."
Hieronder drukken we de lijst af van de
Flandriatochten, die dit seizoen naar Zee
land zullen worden ondernomen.
Gedurende de maanden juli en augustus
wordt elke dag van de week vanuit Ant
werpen naar Vlissingen gevaren, behalve
op vrijdag. Tochten naar Zierikzee worden
ondernomen op 11, 20 en 25 juli en op
„Dan lopen onze boten, die 's middags
vol beladen met toeristen uit Antwerpen
zijn toegekomen, een tweede maal vol,"
zegt Roger Rottiers, „met mensen vanuit
de streek, die maar eens wat graag een
tochtje op zee tot Westkapelle of Zeebrugge
ondernemen. Meermalen valt het voor, dat
ik dan zo'n 700 man aan boord heb,
om gedurende een uurtje of twee mee op
zee te gaan zwalken. Bij hevige wind of
storm vallen deze zeetochtjes echter weg.
Niet omwille van de schepen," voegt Roger
Rottiers er niet zonder trots aan toe, „maar
omwille van de passagiers waarmee we op
Roger Rottiers.
Foto: Ovide Maas, Antwerpen.
Achtentwintig jaar vaart de thans 51-
jarige Roger Rottiers met de Antwerpse
Flandriaschepen. Achtentwintig jaar lang
heeft hij met diverse boten de verschillende
Zeeuwse binnenhavens aangedaan, alsmede
Zeebrugge en Ostende.
Zoals elke kapitein die bij Flandria in
dienst kwam, begon Roger Rottiers zijn
carrière op de korte afstandstochtjes die
hem honderden malen naar Doel, Temse,
Lillo en nabij de Antwerpse haven gelegen
Scheldeplaatsjes brachten met duizenden
passagiers aan boord. Pas in 1963 zou hij
zich met de grote Flandriaschepen naar
Rotterdam, Zierikzee, Zeebrugge en Vlis
singen begeven. Sedertdien zit hij telkenjare
van omstreeks Pinksteren tot na de grote
vakantie op Wester- en Oosterschelde met
de komfortabele Flandriaboten, die jaarlijks
vele tienduizenden toeristen naar Zeeland
brengen.
Naar Vlissingen alleen varen met de
Flandriaboten gedurende de maanden juli
en augustus zo'n 20.000 passagiers.
„Het is een bende," zegt René Rottiers,
die ik jaarlijks op Vlissingen aan boord
krijg. „Maar ik zou die jolige bende toe
risten die ik elk seizoen aan boord krijg
niet meer kunnen missen. Jaarlijks ben ik
opgelucht wanneer het vaarseizoen weerom
een aanvang neemt.
En in de maand september is het niet
zonder weemoed, dat ik mijn Flandria voor
een lange weerom in de Antwerpse dokken
ga meren."
Naar welke bestemming Roger Rottiers'
voorkeur uitgaat? „Geef mij maar Vlissin
gen," zegt hij, „als er te kiezen valt. Niet
alleen zijn de Vlissingentochten van alle
Flandriatochten nog altijd de meest popu
laire en de meest koerante, maar boven
dien moeten we om naar Vlissingen te
varen geen enkele sluis passeren. En dat
is echt wel een pretje. Voor de passagiers
valt het sluizen varen echter nog wel mee
meestal, op voorwaarde dat we er niet te
lang voor of in moeten liggen. Want dan
begint het wel eens meer op de zenuwen
van mijn toeristen te werken, voor wie
sluizen alleen meevallen wanneer men er
ook vlug kan doorvaren. En jammer genoeg
is dat niet altijd het geval bij Ooster-
scheldetochten."
11