Rond het verdronken land van Saeftinge Met eigen oog geschoten (IX) Om precies te zijn, om tien minuten vóór zes 's avonds op vrijdag 15 oktober j.l. kwam de kettingreaktie op gang. Een verhandeling via de radio over Het Verdronken Land van Saeftinge, deed op eens ontelbare geheugencelletjes opensprin gen. Heel scherp en in kleur zag ik het allemaal weer voor me, een dag in Oost- Zeeuwsvlaanderen, onder de volmaaktste kli matologische omstandigheden. De mannenstem via de radio sprak ver der. Het Baalhoekkanaal, daar ging het over. En de eventuele nadelige gevolgen ervan voor bovengenoemd belangrijk natuur gebied. Ja, zelfs voor plaatsjes als Kruis polderhaven, Baalhoek Paal, Emmadorp, enz. Het is nu twee jaar geleden, dat we er liepen te dromenu weet wel: „Dromen over Zeeland" van Hans Bouma Wim Riemens. „Ineens ben jij in een andere we reld". „Even speel je mee in een eeuwen oud verhaal" en „Dromen kan heel reëel zijn." Ik ga nu achteruit dromen, voor m'n eigen plezier en misschien ook een beetje voor het uwe, als u deze regels leest. Vanaf onze springplank Veere maar weer eens van Vlissingen naar Breskens met de boot. Vervolgens zo dicht mogelijk langs de kust, we willen water zien. Via Braak man, Boerengat, het Kanaal van Gent naar Terneuzen over, dan de Otheense Kreek om daarna, binnendoor via Kwakkel, Poon haven, Vogelfort de „Grote Vogel" te nemen. Hiermee zorgvuldig de rood aangegeven autowegen vermijdend. De wijsvinger op de kaart schuift door naar Lamswaarde. Prachtige namen alle maal. Links en rechts liggen de uitgestrekte bouwlanden, de grote voorraadschuren van ons kleine land. Haver, tarwe, uien, bieten, erwten en velden vol wit en lila-achtig bloeiend vlas, golvend als een bleekblauwe zee. Afgewis seld met zilverglanzende gerste-akkers. Het ruikt er naar klaver en de bermen staan vol klaprozen en kamillen. Op oude zeedijkjes grazen vredig de koeien en ritselen de op rechte rijen staande po pulieren zachtjes in de wind. Links van Lamswaarde een groen ge markeerde weg op de kaart, richting Kruis- dorp. Lang staan we op de zeedijk, met achter ons de oneindige rijen bruine bonen, vóór ons het Zuidergat, in de verte De Schaar van Valkenisse en 't Nauw van Bath. En daar ging het nu over op de radio, die vrijdag de 15e oktober j.l. Natuurlijk hadden we er over gelezen, o.a. in „Zee land" van Jaap Kramer Theo Kampa. Woorden als schutsluizen, spuisluiscom- plexen, duiden op een zeer ingewikkelde materie. Weggespoeld zand, vooral vanuit - 'ik y: '.IWWWiW! 5?'-'•■ègK Het Land van Saaftige: het laatste grote schorrengebied van Nederland. Op de voorgrond een geul met hoge steile oever. In de kommen tussen de geulen (achtergrond) blijft het regenwater lang staan, zodat het water daar minder zout is en ook zoetwaterplanten voorkomen. Foto: A. P. Maas. de geulen, die dan weer dammen vragen, op veel voetangels en klemmen. Een niet te onderschatten, moeizame be zigheid, die Zeeuwse waterhuishouding. Eeuwen en eeuwenlang gekonfronteerd met water en nog eens water, hebben we gelukkig vakmensen op dit gebied, zeer hoog gekwalificeerde en beroemd in de hele wereld. Vertrouwen dus maar op de we tenschap. En daarnaast respekt hebben voor de idealisten, die nog willen redden van ons bedreigde milieu wat er te redden valt. Er was ook eens sprake van een kanaal meer westelijk gelegen, n.l. bij Waarde. Maar dan zou het land tussen dit kanaal en het Schelde-Rijnkanaal zo geïsoleerd komen te liggen. Bovendien, en dat begrijpen we, zou bij aanleg van het Bathkanaal, dat dan net zou uitkomen tegenover het Verdronken Land van Saeftinge, bij elk tij een hoeveel heid schoon Oosterscheldewater stromen en dat zou meegenomen zijn. Want nu is het zo, dat dit prachtige natuurgebied nog al eens overstroomd wordt door vervuild Westerscheldewater. „Over dat vervuilde Westerscheldewater kan niet genoeg gepraat en geschreven worden." Dit is een uitspraak van de be heerder van het natuurgebied, de heer J. T. M. Neve uit Kloosterzande, en niet van mij. Onder de kop: „Scheldewater vergiftigd" en „Grote vogelsterfte in Saeftinge-gebied" in de Gooi- en Eemlander van 30 juli 1975, zegt hij dat het geen enkele zin heeft te geloven dat het wel meevalt met de ver ontreiniging van de Schelde, zoals wel beweerd wordt. In september waren we in het noord oostelijk deel van ons land, aan de Eems en Dollard, o.a. bij Nw. Statenzijl tegen de grens met Duitsland. Je viel er bijna van je geloof van de smerige lucht. Moet dat nou, vraag je je af als leek, kan dat nou niet anders. Méér zuiveringsinstallaties en als de bedrijven het niet meer kunnen opbrengen, waarom dan de staat niet. Er gaat genoeg geld over de kling voor minder goede doeleinden. Er is „something rotten" letterlijk. Alle leven in het water wordt vermoord, terwijl met moderne in stallatiesnou ja, laat maar. Of nee, nog even een idee spuien, als we al die gebieden (en het zijn er nogal wat) eens onderbrachten bij hoofdstuk „Ontwikkelingsgebieden". Minister Pronk 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1976 | | pagina 19