SPORTDUIKEN Een actuele vraag is of het niet gewenst zou zijn, als sociale maatregel van rijks wege alle werklozen in Nederland gratis een kleine hengelakte en een algemene ver gunning van de Nederlandse Vereniging van Sportvissersfederaties beschikbaar te stellen. Zou het dan niet verstandig zijn, dat ook een kleine bijdrage voor de aanschaf van een hengel wordt gegeven. Er zijn natuurlijk heel wat bezwaren tegen een dergelijke suggestie in te brengen. Iedereen heeft het recht, zeker een werk loze, zijn vrije tijd op zijn eigen wijze en voorkeur door te brengen. Waarom dan iemand, die graag fietst, geen racefiets cadeau gedaan. En de tijd, dat de werkloze een gratis fietsplaatje met een gaatje erin kreeg, ligt de oudere generatie nog vers in het geheugen. Het verstrekken van een gratis hengelakte zou dus terecht op prin cipiële weerstanden en verwijten van dis criminatie kunnen stuiten. Veel verstandiger lijkt het van rijkswege extra geld voor verbetering van viswater te verstrekken om de vele tienduizenden werklozen extra in hun vangstmogelijk heden tegemoet te komen. Als gevolg van de extra vrijetijdsbesteding van vele werk lozen aan de waterkant is de hengeldruk op het viswater beslist vergroot. Het initiatief om de hengelrecreatie voor de De menselijke nieuwsgierigheid heeft er voor gezorgd, dat in de loop van de ge schiedenis vrijwel het gehele vasteland van onze planeet is verkend. Er is maar één grens, die de mens tot voor kort niet kon overschrijden. Deze grens is scheiding tus sen het vasteland en de diepte van de zee en de oceaan. Van de oppervlakte van de aarde bestaat 71"/o uit water. Ge middeld is dit water 4000 meter diep. In dit enorme reservoir is de levensruimte 300 maal groter dan op het vasteland. De natuur heeft deze ruimte bijzonder goed benut. Wij vinden buiten een onvoorstelbaar aantal soorten plankton en schaaldieren, alleen al 30.000 soorten vissen. In het grijze verleden heeft men reeds pogingen gedaan om de wereld onder water te bekijken. Homerus heeft in zijn Ilias reeds als eerste dit onderwerp aangestipt. De Grieken en Romeinen hebben in hun literatuur vrij veel over duiken geschreven. In het begin van de 5e eeuw voor Chr., tijdens de Atheense aanval op de stad Syracuse, zijn zeer primitief uitgeruste kik vorsmannen voor het eerst opgetreden. De onderwaterbarricade, die de haven van Sy racuse afsloot, werd door de kikvorsmannen kapot gezaagd, en daardoor konden Ro meinse schepen ongehinderd de haven in varen. Dit was dus het eerste militaire werklozen te bevorderen kan veel beter aan de clubs en regionale federaties worden overgelaten. De stijging van het aantal hengelakten in Nederland is niet in die mate aan de openstelling van de PTT-kantoren te danken. OVB-directeur D. van Drimmelen wijst er terecht op, dat ook vorig jaar in de oude situatie met de verkoop door gemeente huizen, een stijging van het aantal kleine hengelakten en bijdragebewijzen van zeker 8 procent werd genoteerd. Dit jaar ligt de stijging zelfs rond de 10 procent. Ook dat is volgens de heer Van Drimmelen een argument en aanwijzing temeer om de sterke stijging van de verkoop van hengel akten, ook bij de massale werkloosheid te zoeken. Ook de heer Van Drimmelen meent, dat initiatieven om werklozen en bejaarden gratis of voor half geld te laten vissen, terecht op bepaalde bezwaren van prin cipiële aard kunnen stuiten. Hoe goed be doeld dan ook, het valt vaak verkeerd. Dat neemt niet weg, dat er eens bekeken kan worden, hoe we het vrijetijds-probleem van vele werklozen ook via de hengelsport recreatie beter kunnen aanpakken. Cor van Heugten. William Beebe. onderwaterwerk. Na de ineenstorting van het Romeinse Rijk raakte duiken in het vergeetboek, om in de 17e eeuw hier en daar opnieuw te worden geïntroduceerd. In de daarop volgende 200 jaar werden vrijwel geen vorderingen gemaakt. In 1819 echter vindt de Duitser Siebe de open helm uit. Deze helm bestaat uit een koperen klok, die tot de schouders van de duiker reikt. Door middel van een luchtslang wordt vanaf de oppervlakte de lucht in de klok gepompt en de overdruk zorgt ervoor, dat er geen water in de klok komt. Aangepaste versies hiervan wor den ook thans nog wel gebruikt. In 1834 wordt deze uitvinding door Siebe verbeterd en er ontstaat een gesloten helm met waterdicht pak. Hieruit is in de loop dei- jaren de nu algemeen gebruikte duikers uitrusting gegroeid, welke wordt gebruikt met luchttoevoer vanaf de oppervlakte. De voorloper van de huidige onafhan kelijke duikapparaten werd uitgevonden door een officier van de Franse marine, Denayroule en een mijnbouwkundig inge nieur, Rouquayrol. Door middel van een metalen cylinder, die op druk was gebracht, konden zij zich enige tijd vrij onder water bewegen. In 1911 werd de volgende grote ontwik keling gerealiseerd door R. H. Davis. Hij vond het zogenaamde gesloten circuitduik- apparaat uit, dat oorspronkelijk bestemd was om te worden gebruikt bij het ont snappen uit gezonken onderzeeboten. Dit apparaat bestaat uit een cylinder met ge comprimeerde zuurstof en een rubber zak met caustic soda (natrium hydroxyde). De door de duiker uitgeademde lucht wordt door de caustic soda gezuiverd en kan weer opnieuw worden ingeademd. Het grote na deel van dit apparaat is, dat men nooit dieper mag duiken dan 12 meter. Het inademen van zuivere zuurstof op grotere diepte dan 12 meter is namelijk levens gevaarlijk. Het kan leiden tot plotselinge bewusteloosheid. In sportkringen wordt dit apparaat tegenwoordig dan ook helemaal niet meer gebruikt en de Nederlandse On derwatersport Bond heeft het gebruik van dit apparaat zelfs verboden. In 1934 verbeterde de Fransman Le Prieur de bestaande uitrusting voor vrij duiken. Hij was de ontwerper van een apparaat, waarmee hij op wisselende diepten de toe voer van de lucht uit de persluchtcylinders kon regelen. In 1944 werd door Cousteau de aqualong uitgevonden. Het was in feite een verbetering van het principe van Le Prieur. De apparatuur bleef ongeveer gelijk, maar hij zorgde ervoor dat het apparaat automatisch ging werken. Door de uitvin ding van deze aqualong of ademautomaat werd de grondslag gelegd voor het nu zo populaire vrije duiken, dat, foutief, vaak diepzee duiken wordt genoemd. Onder diep zee duiken verstaan we heel wat anders. Het vrije duiken, omvat nu, na ruim 25 jaar ontwikkeling, een 5-tal hoofdtakken. In de eerste plaats is daar het militaire duiken. Deze tak van duiken wordt beoe fend door de landmacht, de marine en zelfs de luchtmacht. Het werk bestaat onder meer uit reparaties, vernietiging en ber gingswerk, ook de verkenning van aan te vallen kusten is belangrijk. U heeft op film en TV kunnen zien, dat bij het bergen van de ruimtecapsules gebruik wordt ge maakt van kikvorsmannen. Bij de invasie in Normandië hebben honderden kikvors mannen vooral belangrijk werk verricht bij het opruimen van allerlei versperringen, die door de bezetter waren aangebracht. Ten tweede constructie en berging. Hier onder verstaan we het bouwen van havens en dammen, berging van gezonken schepen en schatten, controle van boten en bruggen onder water, aanleggen van pijpleidingen onder water, e.d. Werk, dat meestal door particuliere ondernemingen wordt gedaan. In de derde plaats het duiken voor aqua- cultures. Het oogsten van zeeprodukten, zoals schelpen, parels, sponzen, oesters, en vissen. Ook wieren voor de fabrikage van jodium, agar, alginaten, e.d. Ten vierde, research. Het speuren naar nieuwe vindplaatsen van olie, minerajen, controleren van paaigronden, zeestromingen, visserij-research. Voor wetenschappelijk on derzoek werkt op het ogenblik over de gehele wereld een groot aantal duikers, waaronder veel wetenschapsmensen. Ver scheidene universiteiten in Amerika geven voor de toekomstige biologen reeds cur sussen in vrij duiken. Ook in Nederland zijn al verscheidene beroeps-biologen, die met duikapparatuur onder water gaan. En in de vijfde plaats, sportduiken, waar bij men zich kan uitleven in o.w.-archeo- logie, geologie, biologie, fotografie of zich „Ik kan me maar één ervaring voorstellen, welke interessanter is dan het doorbrengen van een paar uur onder water en dat is een reis naar Mars." 28

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1976 | | pagina 28