Brugge, Die Scone
(Een dagje naar de zuiderburen)
Brugge, die Scone, is maar vijftig kilo
meter rijden na de overvaart van Vlissingen:
een morgenritje door Zeeuws-Vlaanderen,
waar je in september haast geen toerist
meer ziet, iedereen is alweer aan het werk.
Herfsttij der Middeleeuwen, herfst op het
land, de straatwegen zijn verstild. Brugge
brengt ons op talloze plaatsen en in vele
gebouwen terug naar de dertiende en de
veertiende eeuw toen het een dagreis vroeg
om te komen van „de parel van Walche
ren" naar „Brugge die Scone," over een
wijde watervlakte en een (ook nu) niet of
nauwelijks bestaande grens. Brugge trekt
ons, als het even kan gaan we erheen, er
is zo ontzaglijk veel te zien!
Het komt bij ons en tallozen, onbe
wust regelrecht over uit de Middeleeu
wen. Het stadsplan is denkbaar eenvoudig;
de hoge torens wijzen de weg, de grachten
zijn gereinigd. Er zijn legio plaatsen en
terrasjes, musea en kerken waar je kunt
mijmeren hoe het er tóén was en de vele
musea brengen dat beeld nog beter over.
Na parkeren in de Ezelstraat en een
korte wandeling de eerste filter met een
verse croissant op de Markt, tegenover
het Belfort met zijn 47-klokken beiaard
die deuntjes doet buitelen over de nijvere
stad. Ondergedeelte met het hallengebouw
in Ge sobere stijl van de dertiende eeuw,
roodbruine baksteen in warme kleur; daar
boven het twee eeuwen later opgebouwde
achtkantige bovenstuk. We waren eens in
de middeleeuwse schatkamer: veilig daar
hoog in de toren! Tot in de achttiende
eeuw konden binnenschepen met hun la
dingen tot aan de Markt komen; nu is er
veelkleurig autoblik, dat moet nu eenmaal!
Halle en Belfort staan ver daarboven ver
heven tegen de bleke herfsthemel met de
wazige wolken: de kleur van toren en ge
bouw varieert met het licht, nauwelijks
merkbaar maar boeiend.
Zeshonderd jaar geleden gefundeerd: het
Stadhuis.
Een winkelstraatje door, de Breidelstraat,
dan de Burg met het Stadhuis, de Heilig-
Bloedkapel, het Gerechtshof. Eerste Gothi-
sche stadhuis van de Nederlanden, beelden
en reliëfs tegen de gevel, prachtige vlaggen,
verguldwerk tot op het dak. De rijke op
brengsten van de toenmalige handel maak
ten zo'n stadhuis mogelijk: de wol kwam
uit Engeland, de vis en het hout uit Scan
dinavië, de wijnen uit Frankrijk, de zijde
en het goudbrokaat uit Italië; het Vlaamse
laken werd uitgevoerd. Er was geld voor
een monumentale binnenstad met Belfort,
enorme kerken en een groot hospitaal. En
er is nóg volop geld, voor een indrukwek
kend structuurplan van zes jaar, voor de
bescherming van groene zones en parken,
voor talloze restauraties van oude huizen
en gevels, voor het saneren van oude wo
ningen, het terugbrengen van binnenhoven
en -hofjes in de oorspronkelijke staat.
Storende, buitenschalige, lelijke en on
belangrijke gebouwen, krotwoningen en ver
vallen fabriekjes worden gesloopt. Er vin
den ingrijpende werkzaamheden plaats;
maar ook staan talloze kleine, sobere huis
jes op de lijst voor herstel, bewoonbaar-
making en „opschikkingswerken". Tekenin
gen, foto's, de scenografie, plattegronden,
ontwerpen, plannen voor nieuwe publieke
gebouwen, ze worden jaarlijks getoond op
een expositie in het Stadhuis: veel nieuw
bouw die voldoet aan het principe van
aan- en inpassing bij en in de zo historische
structuur van Brugge.
13