en de recreatiedruk zwart figuurtje, steeds bukkend, een pieren- steker. Dichtbij drie vastgezogen plezier- bootjes. Het water schijnt daar een dorado voor sportvissers te zijn, bot en paling vooral Het zwart-wit geringde zeebaken van Eendracht, iets verderop, hoogoptorenend achter de dijk als koersbepaling natuurlijk, doet vrolijk aan. Eendracht, genoemd naar een arm van de (vroeger veel smallere) Schelde, die in N.-richting loopt en vóór 1884 zich splitste in het N.-waarts voerende Slaak en de W.-waarts stromende Krabbe- kreek. Toen de Striene omstreeks het jaar 1255 was verzand, door afdamming ten gerieve van de inpoldering en als vaargeul was uitgeschakeld, ging de Eendracht de toegang tot de Schelde vormen. Zeer be langrijk voor de levendige zouthandel op Engeland. Mensen wat een historie, „in het verleden ligt het heden" dichtte Bilderdijk, „in het nu wat worden zal". In de kleine boomgaardjes zwermen spreeuwen, op zoek naar een goed plekje om te overnachten alvorens verder te trek ken. Volgt u ons op de kaart? Nee, we zijn geen hemelbestormers, geen Himalaya-ont- dekkers, we naderen slechts de Pas van Terneuzen, aan de overkant Everingen en Gedurende het afgelopen zomerseizoen verschenen er verontrustende berichten in de pers over de toename van de recreatie in Zeeland. „Zeeland dreigt onder toene mende recreatiedruk te bezwijken" luidde het hoofd boven een van dergelijke artikelen. Gelukkig is dit opschrift in zijn alge meenheid niet juist. Wel moet geconstateerd worden dat plaatselijk de grens van wat algemeen nog als aanvaardbaar wordt ge acht, dicht wordt genaderd zo niet reeds is overschreden. Vooral de westhoek van Schouwen-Duiveland staat bij deze proble matiek centraal, maar ook elders doen zich verzadigingsverschijnselen voor. Zo was op mooie dagen gedurende het hoogseizoen het aantal recreatie-vaartuigen op het Veerse Meer erg groot, althans naar Zeeuwse be grippen. Door een aantal recreanten werd deze drukte op het water als onaangenaam ervaren. De rust en ruimte waarom de Zeeuwse watersportgebieden zo geliefd zijn, bleek zoveel liefhebbers te hebben aange trokken, dat het Veerse Meer opeens vol leek en de befaamde rust en ruimte ver dwenen was. Hoewel hier sprake was van een tijdelijk verschijnsel, maant een dergelijke ontwikke ling toch tot bezinning. De aantrekkings kracht van het Zeeuwse recreatie- en water sportgebied zal in de toekomst groot blij ven. Als de rust- en ruimtezoekers het veld het vlek Griette met z'n kroegje „Buitenlust" Op naar De Val, de verrekijker weer in de aanslag, want een hele koppel patrijzen vliegt zomaar vanuit de berm van de weg omhoog. Duidelijk de rossige staarten uit gewaaierd boven onze gulzige ogen. Middel- eeuwser kan het toch niet, dit allemaal bij elkaar? Tot we een landbouwmachine kerkhof passeren, ja dan ben je wel weer terug in de 20e eeuw. Met deze abrupte terugkeer tot de alle daagse werkelijkheid van begin november 1976, wil ik u maar vragen even geduld te hebben, om een volgende keer weer mee onder te duiken in dit boeiende deel van ons land In mij is ook die drang, dat geurig gisten gelijk in de aarde en 't oude wilgenhout mijn adem mengt zich met de lichte misten en 'k voel mij nieuw" enz. Dat wens ik u allen toe. Wanneer dit artikeltje in 't Zeeland Magazine staat, is het nog januari, dan lijkt het allemaal nog dood en doods. Maar de winter gloeit... mirja muurling. ruimen en elders in ons land of daarbuiten de begeerde rust zoeken, zullen vele ande ren hun plaatsen innemen. Recreanten die andere eisen stellen aan een recreatiegebied en de drukte wellicht appreciëren. Zo kan een soort tweede Loosdrecht ontstaan. Zon der nu een waarde-oordeel te geven over de ene of andere soort recreatie kan men zich toch afvragen of men dat in Zeeland wil. De eerste indruk is dat de bestuurders een dergelijke ontwikkeling niet op prijs stellen. Iets anders is of zo'n ongewenste ontwikkeling daarom niet zal plaats vinden. Worden er voldoende maatregelen genomen om de recreatieve ontwikkeling in de hand te houden? Is er voldoende overleg tussen gemeentebesturen van een bepaald recreatie gebied over de gewenste ontwikkeling? Of probeert iedere gemeente een zo'n groot mogelijk deel van de recreatiekoek binnen te halen waardoor het geheel de pan uitrijst en het uiteindelijke resultaat voor het gebied als geheel een misbaksel dreigt te worden. Rond de Grevelingen is een dergelijke ont wikkeling helaas niet denkbeeldig. Het bestuur van het resreatieschap Het Veerse Meer heeft aangekondigd dat het eind van de recreatieve ontwikkeling rond het Veerse Meer in zicht is. Na de realisatie van de tweede jachthaven te Kamperland wordt het aantal ligplaatsen niet verder uitgebreid. Er is echter een grote vraag naar ligplaatsen voor jachten, ook vanuit de eigen bevolking. Ligplaatsen die vrij komen zullen dan ook bij voorkeur aan de bewoners van het gebied worden toegewezen. Een onontkoombare maatregel. Er moet naar gestreefd worden om aan de recreatieve verlangens van de burger zo dicht mogelijk bij huis te voldoen. Dat voorkomt veel onnodig heen en weer trekken van recrean ten met alle nadelige gevolgen van dien als overbelasting van wegen, energiever spilling, tijdverlies, enz. Het beleid van Het Veerse Meer is toe te juichen. De vraag is of de stroom van jachten en jachtjes naar dit gebied daarmede wordt ingedamd. Behalve de watersporters met een vaste ligplaats trekt het Veerse Meer in het seizoen ook een groot aantal passanten, waaronder veel buitenlanders Deze stroom van vaartuigen vormt ook een onderdeel van het probleem. Nog een andere factor bepaalt het aantal vaartuigen op het water. Steeds meer wor den recreatie-vaartuigen op trailers naar de boorden van het Veerse Meer gevoerd en daar te water gelaten. Nu het' aantal ligplaatsen schaars geworden is, neemt het aantal vaartuigen dat via de trailerhelling op het water komt, toe. De aanleg van trailerhellingen dient ook in dit licht kri tisch bekeken te worden. Het grote aantal recreatiewoningen dat in Zeeland wordt gebouwd speelt hierbij een rol. Nadat de bewoners daarvan het gebied hebben verkend en de mogelijkheden op het terrein van de watersport hebben ontdekt, verschijnt al spoedig de trailer met boot naast het zomerhuis. Een begrijpelijke ontwikkeling die echter aangeeft hoe gauw een te grote druk van de recreatie op een bepaald gebied kan ontstaan. Temeer daar het aantal recreatiewoningen in Zeeland nog steeds toeneemt en de vraag, met name vanuit het buitenland, groot is. Een ont wikkeling die de aandacht vraagt als men de groei van de recreatie in de hand wil houden. Het bovenstaande doet de vraag rijzen, wanneer een gebied door de recreatie on aanvaardbaar wordt belast. In feite zou de draagkracht van een bepaald gebied moeten worden vastgesteld, alvorens allerlei recrea tieve ontwikkelingen in gang worden gezet. Dat is makkelijk gezegd maar moeilijk te becijferen en wat moet daarbij de maatstaf zijn. Wat voor de een nog acceptabel is, blijkt voor de ander onaanvaardbaar. Daarom lijkt het zinvol om uitgebreide recreatieplannen in fasen uit te voeren. Elke fase moet dan bestaan uit een afgerond geheel en een onderdeel zijn van een be leidsplan, waarbij alle vormen van recreatie worden betrokken. Na elke fase kan dan vanuit de praktijk worden bepaald of het gebied een verdere ontwikkeling verdraagt. Een goed overleg tussen alle betrokkenen is hiervoor een eerste vereiste. Het is duidelijk dat recreatie en ruim telijke ordening veel met elkaar te maken hebben. Een beleidsplan voor de recreatie kan alleen tot zijn recht komen als onder deel van integrale ruimtelijke planning. Om daarmede een nieuwe start te kunnen maken zal er niet veel anders opzitten dan pas op de plaats te maken tot de balans is opgemaakt. Dan zal blijken of en waar verdere recreatieve ontwikkeling nog moge lijk is. Eén ding is zeker, de grenzen van de recreatieve groei komen in zicht. J. Roodenburg. Zeeland 28

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1977 | | pagina 28