ontstond, toen er in 1897 een inlaagdijk
werd aangelegd. De westelijke dam van de
voormalige haven heet Glasjesnol en is het
restant van een zeedijk die in 1769 in de
Oosterschelde verdween.
We verlaten thans de Oud-Noord-Beve-
landpolder en zetten onze tocht westwaarts
voort door de Nieuw-Noord-Bevelandpolder.
Deze polder werd bedijkt in 1616 en is
betrekkelijk smal van vorm. Zeewaarts er
van lagen vroeger de polder Oud 's Graven-
hoek en een deel van de polder Nieuw
's Gravenhoek, die in de jaren 1732 en
1743 zijn verdronken, waarna de Nieuw-
Bevelandpolder waterkerend werd.
In 1894 werd achter de toen bestaande
zeedijk een inlaagdijk aangelegd, waardoor
er een kupe ontstond. Omstreeks 7 uur in
de morgen van de 3e oktober 1933, na
volle maan en een half uur voor laag water
begon er een dijkval die zich snel uitbreidde.
Om 10 uur 's morgens was de dijk over
een lengte van meer dan 100 meter aan
getast en ten dele in het water van de
Oosterschelde verdwenen. De heer A. A.
Mol te Veere maakte beide hierbij afge
drukte foto's op het moment dat de val
noq niet was uitgewerkt. Ze geven ons een
duidelijk beeld van de noodlottige gevolgen
die door een dijkval veroorzaakt kunnen
worden.
Nadat de val was uitgewerkt, bleek de
zeedijk over een lengte van ongeveer 80 m
tot even landwaarts van de teen van het
binnenbeloop te zijn weggevallen. Herstel
bleek niet mogelijk. De grootste verdieping
ter plaatse bedroeg 19 m. De kupe moest
worden prijsgegeven en de bestaande inlaag
dijk werd waterkerend. Van de voormalige
zeedijk zijn twee lange nollen overgebleven,
waarvan de Westnol op de hierbij afge
drukte foto zichtbaar is.
De op 3 oktober 1933 verdwenen zeedijk.
Tegen de Nieuw-Noord-Bevelandpolder
sluit de Vlietepolder aan. Deze polder werd
bedijkt in 1687 en ontleent zijn naam aan
een dorp en een heerlijkheid, die beide in
1530 zijn verdronken. Aanvankelijk lagen
zeewaarts van de Vlietepolder de polders
Ouweleck of West-Orisant en een groot
deel van de polder Nieuw 's Gravenhoek.
In de loop der jaren verdronken deze voor
gelegen polders en werd de Vlietepolder
direkt waterkerend.
De Vlietepolder, waarvan de zeedijk was
aangelegd op de grondslag van de verzande
geul Het Faal, kreeg na 1800 niet minder
dan 32 vallen te verduren. In 1834 verdween
De in 1897 achter de Oesterput ontstane kupe.
De Nieuw-Noordbevelandpolder met zijn voorgelegen polders in de 17e eeuw.
De westnol voor de Nieuw-Noordbevelandpolder met een gedeelte van de in 1933
verdronken kupe.
14