Energie-consumptie heeft alles
met onze welvaart te maken
MOTOR AF
mi
VOOR
ISOLATIE
10%
NA
ISOLATIE
5% 9%
Door A. F. Koopman
In het vorige artikel in deze reeks hebben
wij gezien dat er in alles wat wij kopen,
bezitten of ondernemen een stukje energie
zit en soms een groot stuk.
Vaste vloerbedekking bijvoorbeeld is, door
middel van een ingewikkeld chemisch proces
uit olie gewonnen en olie is een energie
drager. De kleren die u draagt bestaan
waarschijnlijk voor een deel uit kunstvezels
waarvoor de grondstof met tankschepen uit
het midden-oosten is aangevoerd. Bij de pro-
duktie van alles en nog wat wordt energie
gebruikt. Denkt u maar aan de smeltovens
en de machines waarmee men uit ruwe
grondstoffen allerlei nuttige en onnuttige
artikelen maakt. Zelfs een kippe-ei komt
niet zonder toegevoerde kunstmatige energie
ter wereld tegenwoordig. Zo'n ei hobbelt
bijvoorbeeld een poosje op een lopend
bandje alsvorens het in de elektrisch aan
gedreven sorteermachine valt, waarna het
de elektrische koeling ingaat.
Als je een symbolische tekening van een
mens in de welvaartsmaatschappij moest
maken dan zou je een stralend wezen te
zien krijgen. Stralend van energie. Hen eeuw
geleden zou men, om de mate van welvaart
van de mensen uit te beelden, waarschijnlijk
gebruik hebben gemaakt van symbolen als
water en zeep. Want ontelbare eeuwen lang
heeft de hoeveelheid water en zeep die de
gemiddelde bewoner van een bepaald land
placht te gebruiken als maatstaf voor de
beschaving van zo'n land gegolden. In de
tegenwoordige tijd is het energieverbruik
per hoofd van de bevolking de maatstaf
voor welvaart en (technische) beschaving.
Nu is het merkwaardig dat heel veel men
sen de ogen sluiten voor de omstandigheid
dat hetgeen zijzelf op kleine schaal doen,
gevolgen heeft voor datgene wat er op
grote schaal gebeurt. Zo kom je op span
doeken en in pamfletten niet zelden de
kreet tegen, dat deze of gene fabriek ge
sloten zou moeten worden omdat hij het
milieu te zwaar belast. Maar er staat nooit
bij dat die milieubelasting, en trouwens
nog een aantal andere konsekwenties van
de industriële massaproduktie, de som is
van miljarden kleine factoren tegelijk. En
die kleine factoren werden door ons, de
consumenten, opgeroepen.
Wij willen, daartoe aangemoedigd door
de reclame, bijvoorbeeld allemaal een witte
was. En deze alleszins gerechtvaardigde
wens, miljardvoudig vergroot, leidt dan tot
de bouw van een kolossale fabriek aan de
Westerschelde, die door een dagelijkse rook
pluim aan de horizon laat zien dat de was
middelen nog altijd witter dan wit wassen...
Hoe witter de was, hoe groter de rook
pluim, zou je kunnen zeggen.
Maar eveneens geldt dat hoe witter de
was wordt, hoe groter het energieverbruik
in de fabriek die de wasmiddelen maakt
en trouwens in alle fabrieken die op de
golven van onze welvaart dobberen.
Inkomen en energie.
Wat ik maar wil zeggen is dit: de fa
brieken en de fabrikanten als boosdoeners
aanwijzen voor zowel de energieverspilling
als de milieuvervuiling is tamelijk kort
zichtig. Wij zitten met ons allen tesamen
in een soort systeem dat in een hoog tempo
van alles en nog wat consumeert.
In de Energienota van de vroegere minis
ter Lubbers wordt dan ook terecht een ver
binding gelegd tussen enerzijds het besteed
bare inkomen van de gemiddelde Neder
lander en anderzijds de hoeveelheid energie
in allerlei vormen, die hij gebruikt. Hoe
hoger ons maandsalaris, hoe pittiger onze
bestedingen worden. En hoe pittiger de
bestedingen hoe groter onze energie
consumptie (en onze afvalproduktie!)
In het onderstaande lijstje, dat een pe
riode van ongeveer tien jaar beslaat, kunt
u heel duidelijk zien hoe het energieverbruik
en verbruik van allerlei artikelen gelijk op
gaan. Onze bestedingen, uitgedrukt in mil
joenen guldens, in 1963 worden vergeleken
met 1973. De beide jaartallen zijn gekozen
omdat wij omstreeks 1963 het welvaarts-
wonder binnentraden en 1973 was het jaar
vóór de energiecrisis.
(In miljoenen guldens) 1963 1973
Voedings- en genotmiddelen 11.361 21.469
Duurzame gebruiksartikelen 8.837 23.174
Overige goederen en
diensten 12.647 40.836
Elektr., gas en water 820 3.344
De cijfers, die afkomstig zijn van het
Centraal Bureau voor de Statistiek laten
niet alleen de economische groei zien, maar
zij maken ook duidelijk dat de prijs in geld
van energie, in verhouding tot datgene wat
er mee werd voortgebracht, betrekkelijk
laag is geweest. De energie, zo zouden wij
kunnen concluderen, is in onze dagen in
de positie gekomen waarin het proletariaat
zich in de negentiende eeuw bevond. Voor
weinig geld wordt veel gepresteerd. Het
verschil tussen proletariaat en energie is
vanzelfsprekend, dat men „energie" niet
Een groot verschil met de situatie van vóór de energiecrisis is, dat vrijwel iedereen
beseft dat een auto óók een energieconsument is. Een zuinig brandstofgebruik is
troefkaart bij de introductie van nieuwe auto's.
De warmte die door uitstraling van daken, muren en ramen verloren gaat, kan voor
meer dan de helft worden vastgehouden als men isolatie toepast.
8