De
'Viera Y Clavijo
na 65 jaar Stoomschip
tussen de Canarische Eilanden,
nu museumschip in Zierikzee
99
Wi
Tekst: Ali Pankow.
Foto's: Johan Berrevoets, Zierikzee.
Zierikzee - maart: Men kan lyrisch worden of razend benieuwd zijn naar
de maritieme gegevens; men kan een golf romantiek of een trilling van avon
tuur gewaar worden. Maar het is vrijwel onmogelijk, dat men geheel emotie
loos de loopplank van de „Viera Y Clavijo" betreedt.
De „Viera Y Clavijo" is een uniek passagiers-stoomschip, dat vijfenzestig
jaar lang de wateren tussen de Canarische Eilanden bevoer, maar thans, nog
fier en indrukwekkend, een rustplaats vond aan haven „De Val" in Zierikzee.
Sinds november 1976 is het eigendom van de heer M. van der Marei, eigenaar
van het sloop- en bergingsbedrijf Van der Marei B.V. in Viane, nabij het
Schouwen-Duivelandse dorpje Ouwerkerk.
Tijdens een vakantie in Las Palmas in
1970 zagen de heer Van der Marei en zijn
echtgenote, mevr. J. van der Marei - Boender
het schip in de haven van de Canarische
hoofdstad en het was „liefde op het eerste
gezicht". Via hun makelaar in Rotterdam
namen ze kontakt op met de kompagnie
in Madrid. Dit resulteerde in de toezegging,
dat ze de eerste koper zouden zijn bij het
uit de vaart nemen van dit stoomschip.
Zover was het echter nog niet, want de
„Viera Y Clavijo" zou het nog zes jaar
volhouden op haar tochten tussen Gran
Canaria, Tenerife en Lanzarot.
In november 1976 kwam het bericht, dat
het schip plaats moest maken voor het mo
derne motorschip „Ciudad de la Laguna".
Toen de heer Van der Marei de eis stelde,
dat de stoomboot geheel in takt naar Ne
derland moest komen, begreep de verkoper
dat de „Viera Y Clavijo" geen prooi voor
de slopershamer zou worden. Dat begrip
had een aanzienlijk stimulerende werking
op de verkoopprijs. Het kon de heer Van
der Marei niet verhinderen het schip in
zijn bezit te krijgen en in januari 1977
maakte de boot inderdaad de tocht naar
Zeeland.
De bemanning bracht de „Viera Y Clavijo"
in de haven van de noord-Spaanse stad
Avilles. Daar namen de zonen Joop en Ger-
rit van der Marei het roer over. Daar de
keuring van de Nederlandse Scheepvaart-
inspektie veel tijd in beslag zou nemen,
werd besloten het schip via de sleepboot
„Noord-Holland" van de firma Willem Mul
ler uit Terneuzen naar Zierikzee te brengen.
Die reis nam 4V2 dag in beslag.
Daar de heer Van der Marei zijn kostbare
bezit geen ruimte kon bieden in de haven
van zijn eigen bedrijf, werd aanlegvergun-
ning gevraagd voor haven „De Val". Het
Zierikzeese gemeentebestuur had in die be
ginperiode wel wat bedenkingen tegen het
verankeren van het historische schip, maar
na verloop van tijd hebben de gemeentelijke
autoriteiten die halsstarrige houding laten
varen en thans zijn er geen problemen
meer op dit gebied, volgens mevrouw Van
der Marei.
Het museum.
5