„Enige Zeeuwse café met levende muziek" Op bezoek bij „tappend artiest" Cees Hoogesteger in „De Klapbanke" op de Goese Markt als zij eenmaal automatisch zijn gaan draaien. Het primaire systeem heeft daar enboven nog de extra zekerheid van vol doende koeling, ook onder extreme om standigheden, doordat hierin altijd natuur lijke watercirculatie mogelijk blijft; zelfs tijdens stoombélvorming. Stoomgenerator. Bij vergelijking van de twee principe schema's valt het direct op, dat de stoom generatoren van de beide centrales zo sterk verschillend zijn. Wezenlijk hierbij is, dat de TMI-centrale stoomgeneratoren heeft, waaraan het hete koelmiddel van bovenaf, via een soort zwanehals, wordt toegevoerd. In de KCB treft men zowel de toevoer- als de afvoerleiding voor het reactorkoelmiddel onderaan de stoomgenerator aan. De eigen lijke warmtewisselaar, die het hart van de stoomgenerator vormt, zal in de KCB dan ook niet gemakkelijk droog komen te staan. Een ander verschil dat de KCB ten op zichte van de TMI-centrale heeft, betreft de inundatiesystemen. In Borssele kan men b.v. „neutronenblussend", boorzuurhoudend water van bovenaf in de reactor pompen. Eventueel aanwezige stoom bovenin het reactorvat of in de leidingen zal dan ook condenseren. Bij beproevingen is gebleken, dat dit inderdaad functioneert zoals het moet. Een technische vergelijking leert verder, dat in de KCB diverse processen geautoma tiseerd verlopen, inplaats zoals in Har- risburg via bediening met de hand. Ver der komt de KCB er in een vergelijking gunstig af, doordat het proces hier rustiger en geleidelijker verloopt. Moet men op grond van het voorgaande nu concluderen, dat de KCB perfect in elkaar zit en dat er aan de TMI-centrale van alles heeft gemankeerd? Lering trekken. Zo zwart/wit wordt er in de wetenschap pelijke wereld niet geredeneerd. Men pro beert hier juist om zich niet door zulke vereenvoudigingen te laten misleiden. In tegendeel; er wordt gedaan wat mogelijk is om lering uit het „Harrisburg-defect" te trekken, ook waar het om centrales gaat die principieel sterk van het Harrisburg- ontwerp afwijken. Waar men de wenselijk heid van veranderingen en verbeteringen aan de installatie waarschijnlijk acht, wor den deze aangebracht. De kerncentrale Borssele maakt wat dit betreft geen uit zondering. Om dit op zijn juiste waarde te taxeren moet men eens terugdenken aan het ongeluk met een Amerikaanse DC-10, dat kort na ..Harrisburg" de aandacht van de wereld opeiste, wegens het grote aantal slachtof fers dat hierbij te betreuren viel. Na de luchtramp werden niet alleen alle DC-10 machines aan de grond gehouden voor in spectie en verbeteringen van het motorop- hangingsysteem u kunt zonder meer ge loven dat de motorophanging van alle straalvliegtuigen extra aandacht heeft ge kregen, voorzover die overeenkwam met het in de DC-10 gangbare type. Na „Harrisburg" werden op analoge wijze alle centrales van hetzelfde type als de TMI-centrale voor grondig onderzoek en revisie stilgelegd. Maar ook de kerncentrales van totaal andere constructie, waaronder de KCB, werden en worden opnieuw met argusogen bekeken en soms blijken er dan technische verbeteringen mogelijk, waardoor een kerncentrale in vergelijking met vele andere technische installaties, nog veiliger kan worden gemaakt. Tekst: Joris van Hoedekenskerke. Foto's van de schrijver. „Ik speel alles, ik tap alles, ik drink alles. Ik heb wel een café, maar noem me alsjeblieft geen „kastelein". Ik ben een entertainer; een Zeeuws artiest, maar eentje die op een internationale muzikale stoel zit. Je mag me ook „levensgenieter" noemen. Ik werk om te leven, niet andersom". Aan het woord is Cees Hoogesteger, Kapellenaar van geboorte, exploitant (nee pardon) „tappend artiest", met „als zetel" café „De Klapbanke" op de Markt in Goes. „Het enige café in Zeeland, waar levende muziek wordt ge maakt, en dat regelmatig", zegt Cees. Het ontbrak ons aan tijd om dit te veri fiëren door middel van een kroegentocht langs de cafe's van overig Zeeland. Feit is in ieder geval dat men Cees, behalve achter de tapkast bezig met het in schenken van een „Hollands", „Belgisch" of „Engels" biertje ook op gezette tijden achter de piano kan vinden. De „automa tische slagwerkmachine" begeleidt hem dan in een swingnummer „een Latin-American", als u wilt een wals. Ook een stukje „licht klassiek" of opera wordt door pianist Cees als 't moet op bestelling geleverd. Cees Hoogesteger be speelt ook de trompet, maar grijpt toch liever naar de accordeon voor een volks liedje of een Franse polka. Zingen doet-ie ook: In het Engels, Nederlands en Zeeuws. „Ik schuw het dialect niet. Ik spreek het graag en veel", zegt Cees, nadat hij net een Antwerpse klant in het dialect van de Sinjorenstad hartelijk heeft begroet. On nodig te vermelden dat het gesprek dat wij met hem hadden in het Zuid-Bevelands werd gevoerd. Er heerst soms een fijne „ambiance", een fijne stemming in „De Klapbanke" als Cees achter de piano zit. 's Woensdagsavonds is er „honky tonk"-avond. De muziek die Cees aan het „entertainen" achter de piano in „De Klapbanke". 14

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland Magazine / Veerse Meer Gids | 1979 | | pagina 14