De Zeeuwse Van Dale:
Paradepaard van dialectonderzoek
Tekst: Anneke Jaensch. Foto's: Wim Mieras.
Ze is 82 jaar geleden geboren in Yerseke, heeft wis- en natuurkunde gestu
deerd; belangrijk werk gedaan als Hoofdbestuurslid in de Nationale en Inter
nationale Vrouwenraad; 40 jaar in de gemeenteraad van Aardenburg zitting
gehad (o.a. als wethouder en loco-burgemeester); 20 jaar deel uitgemaakt van
de Provinciale Staten; is voorzitster geweest van de Zeeuwse Culturele Raad;
voordrachtskunstenares; Ridder in de Orde van Oranje Nassau; bestuurslid en
wetenschappelijk coördinatrice van de Zeeuwse Vereniging voor Dialectonderzoek
en heeft een zwak voor talen.
Ziehier een ruwe schets van een veelzijdige vrouw. Haar naam: E. J. van den
Broecke - de Man; Lien voor degenen die haar beter kennen.
Het maken van een afspraak kost wat
moeite, want mevrouw Van den Broecke
heeft nog een druk bestaan. Na zich goed
geinformeerd te hebben over de aard en
achtergronden van het tijdschrift, stemt ze
in met het vertellen van haar verhaal en
dan in het bijzonder met betrekking tot de
Zeeuwse dialecten. Wel zou ze graag het
laatste woord hebben over de uiteindelijke
inhoud van het artikel. Aangezien er Zee
land Magazine alles aan gelegen is om een
zo juist mogelijk beeld te geven van het
onderwerp waarover ze schrijft, is daar ui
teraard geen bezwaar tegen.
Een zwak voor talen?
Ze knikt bevestigend. „In de breedste zin
des woords. Buitenlandse talen hebben mij
altijd geboeid, maar ook de binnenlandse.
Strikt genomen bestaat er in ons land be
halve het Nederlands, nog maar één taal
en dat is het Fries en verder kennen we tal
van dialecten. Welnu, die dialecten en
dan met name die in Zeeland maken nu
een belangrijk deel van mijn leven en werken
uit. Als we het over de Zeeuwse taal hebben,
is dat een verzamelnaam voor een aantal
dialecten dat in Zuidwest Nederland ge
bezigd wordt, want ieder Zeeuw spreekt
het dialect van zijn onmiddellijke omgeving,
het plaats- of streekdialect waarmee hij is
opgegroeid. Om het „gemakkelijk" te maken
onderscheidt de Zeeuwsche Vereeniging voor
Dialectonderzoek tien verschillende dialect
gebieden, te weten: West Zeeuws-Vlaande-
ren, Grensstreek en Oost Zeeuws-Vlaanderen,
Stad en Land van Hulst, Land van Axel,
Walcheren, Zuid-Beveland, Noord-Beveland,
Schouwen-Duiveland, Tholen en Goeree-
Overflakkee."
Maar Goeree is toch geen Zeeland?
„Kadastraal is Goeree-Overflakkee Zuid-
Hollands grondgebied", geeft mevrouw Van
den Broecke toe, „maar dialectologisch be
hoort het bij Zeeland. Vroeger, en nu spreek
ik over zo'n twee eeuwen geleden, maakte
het nog onderdeel uit van Zeeland en er is
nu ook weer sprake van dat het bij een
nieuwe provinciale herindeling evt. bij Zee
land zal worden getrokken, maar voor ons
maakt het dus niets uit. Door de historische
banden spreekt men daar een dialect dat
sterk verwant is aan de Zeeuwse dialecten."
Dialectonderzoek.
Hoe lang bestaat de Zeeuwse Dialectvere
niging en waaruit bestaat haar werk?
„Het afgelopen jaar hebben we ons 50-
jarig bestaan gevierd. En het doel van de
vereniging is zoveel mogelijk gegevens te
verzamelen over de diverse dialecten, die
we in Zeeland hebben ten behoeve van de
aanvulling van het Zeeuws Woordenboek.
Vanaf de oprichting in 1929 heeft het werk
onder de bekwame leiding gestaan van Dr.
Hendrika G. M. Ghijsen, bijgestaan door
mejuffrouw K. J. van de Putte, beiden uit
Domburg. Mejuffrouw Ghijsen is gedurende
47 jaar de grote motor achter het dialect
onderzoek in Zeeland geweest en aan haar
hebben we ontzettend veel te danken," ver
klaart mevrouw Van den Broecke.
Mejuffrouw Ghijsen, die in 1963 de Visser
Neerlandia prijs ontving een zeer terechte
erkenning voor het vele belangrijke werk
dat ze in al die jaren op taalkundig gebied
heeft gedaan is in 1976 op 91-jarige
leeftijd overleden. Tot het laatste toe heeft
ze zich aan de Zeeuwse dialecten gewijd.
Dankzij haar inspanningen kon in 1964 de
eerste oplage verschijnen van het Woorden
boek der Zeeuwse dialecten. In deze ruim
1200 pagina's tellende uitgave, die vorig jaar
zijn zesde druk alweer beleefde, staan
na een aantal inleidende hoofdstukken over
spelling, uitspraak en klankkaartjes zo'n
15.000 Zeeuwse woorden en uitdrukkingen,
verlucht met enkele honderden illustraties.
Het uitkomen van die eerste editie van
het Zeeuws Woordenboek moet een prachtig
moment voor Dr. Ghijsen geweest zijn. Vrij
wel onmiddellijk kwam een stroom van
reakties los vanuit de Zeeuwse bevolking
en mensen met een Zeeuwse achtergrond.
Maar ook en in het bijzonder van de dialect
deskundigen in den lande die buitengewoon
veel waardering en belangstelling voor het
omvangrijke boekwerk toonden. Intussen zijn
er tegen de 6.000 exemplaren verkocht,
waarmee we het, zeker gezien de gespecia
liseerdheid en prijs, tot één der Zeeuwse
bestsellers mogen rekenen.
We vragen mevrouw Van den Broecke van
wanneer haar betrokkenheid bij de Zeeuwse
Vereniging voor Dialectonderzoek dateert en
hoe groot de vereniging is.
„Een jaar na de dood van mijn goede
vriendin Ghijsen liep mijn werk bij de
Zeeuwse Culturele Raad af. Omdat voor
haar toen nog geen opvolgster was gevon
den, vroeg men mij haar werk voort te
zetten en sinds 1977 ben ik me dus intensief
met het dialectonderzoek gaan bezighouden.
De vereniging heeft nu ongeveer 630 leden,
die allemaal een meer of minder aktief
aandeel hebben in het bijeenbrengen van
materiaal. Samen met de Werkgroep His
torie en Archeologie en het Koninklijk
Zeeuws Genootschap der Wetenschappen
geven we vier maal per jaar een tijdschrift
uit, dat „Nehalennia" heet en dat aan alle
leden van de drie respectievelijke „clubs"
wordt toegezonden."
Vragenlijsten.
„Vaste bijlage bij iedere kwartaaluitgave
is een vragenlijst, waarop woorden en uit
drukkingen staan die de vereniging in het
voorafgaande kwartaal uit diverse hoeken
bereikten. Dat zijn dan uiteraard woorden
die nog niet in het Zeeuws Woordenboek
voorkomen, maar die wel origineel Zeeuws
zijn. Deze lijst wordt, zoals gezegd, door
middel van „Nehalennia" aan alle leden
voorgelegd met het verzoek daarop aan te
tekenen of men de woorden kent, of men
er evt. aanvulling op heeft en in welke
omgeving ze zijn opgevangen, resp. gebruikt.
Als minstens van drie zijden eenzelfde ge
luid wordt gehoord, wordt aangenomen dat
het om een algemeen gebruikt begrip gaat.
5