Ambtelijke grootmoeder.
„U had het over mijn funkties," vervolgt
ze glimlachend. „Ik heb een half leven in
de gemeenteraad van Aardenburg gezeten
en werd daar ereburgeres gemaakt, toen ik
eruit stapte. Een titel waar ik best trots
op ben. Als ambtenares van de burgerlijke
stand heb ik ook tal van huwelijken be
vestigd. Toen begin dit jaar één van mijn
kleinkinderen ging trouwen en vroeg of ik
daarbij „wettelijk kon bemiddelen", heb ik
kontakt opgenomen met mijn oude gemeen
te met het verzoek of ik nog eens op her
halingsoefening mocht voor deze gelegen
heid. Men antwoordde mij toen dat ik nooit
ontslag had gevraagd en dat ook nooit had
gekregen, dus dat dat gerust kon. Dat deed
me oprecht goed."
Om nog even terug te komen op de dia
lecten: wat is uw opvatting over het spreken
van dialect op school?
„Dat gebeurt natuurlijk. Vooral op kleine
dorpsscholen in plattelandsgemeenten. Ik
zou niet willen propageren dat het op school
als vak in het lesprogramma moest worden
opgenomen, maar evenmin zouden kinderen
door leerkrachten van buiten mogen worden
ontmoedigd om het te spreken. En dat komt
toch wel voor. Onderling spreken de kin
deren het toch.
In Friesland is het meen ik verplicht om
op iedere school tenminste één leerkracht
te hebben die Fries is en de taal kent/
spreekt. Dat kan hier niet. Maar wel onder
vinden we van scholen veel medewerking.
Scholen en bejaardentehuizen zijn voor ons
hele belangrijke bronnen als het gaat om
dialecten te achterhalen. Als wij b.v. op
een school een geïnteresseerde en initiatief
rijke Zeeuw(se) aantreffen, die bereid is om
met de leerlingen de vragenlijsten eens door
te werken, komt daar vaak ontzettend veel
uit. Bij ons onderzoek werken we ook met
bandopnamen. Onze mensen zoeken dan
vooral vaak oudere mensen op bij wie op
namen worden gemaakt of die hun oordeel
willen geven over teksten die elders zijn
ingesproken. Op die manier breiden wij
onze Zeeuwse woordenschat uit."
Hebt u kontakt met andere soortgelijke
verenigingen in het land?
„Van b.v. uitwisseling van kennis en
werkmethode rechtstreeks met andere dia
lectvereniging is geen sprake op dit moment,
maar wel hebben wij hele goede banden
met het Instituut voor Dialectologie en
Volkskunde in Amsterdam, waarvan Dr. P.
J. Meertens (toevallig een Zeeuw) jarenlang
direkteur is geweest. Het instituut draagt
nu dan ook zijn naam. Ons is bekend, dat
er een aantal dialectverenigingen elders in
het land bestaat en vooral de Drentse is
ook zeer aktief.
U hebt zelf ook enkele boekjes geschreven.
„Vorig jaar is „Kinderversjes en Volks
liederen uit Zeeland" verschenen, waarin
zo'n 200 kinderversjes en speelliedjes zijn
opgenomen die de vereniging verzameld
had. En in 1978 is er een boekje uitgeko
men, dat heet „Dialect in West Zeeuws-
Vlaanderen." Dat was eigenlijk een uit
breiding van een verzameling uitdrukkingen
die in 1966 door de Werkgroep West
Zeeuws-Vlaanderen was samengesteld. Door
mijn verbondenheid met dit deel van Zee
land voor meer dan 50 jaar, kon ik er veel
eigen taai-ervaring inleggen.
Verder is nl. geen alfabetische woorden
lijst geworden, maar themetisch wordt per
hoofdstuk een onderwerp, b.v. mens en
medemens, landbouw, dieren, kleding, enz.,
behandeld en uitgewerkt. Het boekje is met
groot enthousiasme ontvangen en dat is de
Toen Rika Ghijsen (links) 90 jaar werd, met haar assistente: mej. Ka van de Putte (81)
reden waarom we ernaar streven om van
ieder dialectgebied in Zeeland, dat zijn er
dus 10, zo'n uitgave te gaan verzorgen."
Als al die deeltjes nog onder haar leiding
moeten verschijnen mogen we ervan uit
gaan, dat mevrouw E. van den Broecke -
de Man ook op haar 91ste jaar nog „ver
geet op te houden!"
Woordenboek.
We zouden iedereen willen aan
raden het Zeeuws Woordenboek eens
ter hand te nemen en in te bladeren
om even in de sfeer te geraken die
zo kenmerkend is voor de streek.
De nuances en variaties op de Neder
landse taal, maar ook juist de ver
schillen hebben een zo duidelijk eigen
karakter en stemmen je afwisselend
tot nadenken, verbazen of amuseren.
Frappant klankgebruik, woord- en
zinsopbouw, die zo direkt of subtiel
een situatie of voorwerp aanduidt.
Het staat er net even anders, maar
geeft zo treffend weer wat wordt
bedoeld.
Verstoppertje.
Om maar eens een voorbeeld te
geven. Als ze in Holland verstoppertje
spelen, spelen ze in Zeeland:
wegkrupertje, kwietloapertje,
schuultje verloren, verloren krupertje,
wegdukertje of kwietkrupertje. En
misschien vergeten we er nog wel
een paar.
Beschrijvingen.
Maar het woordenboek beperkt
zich niet tot woorden en uitdrukkin
gen. Er komen ook beschrijvingen in
voor van typisch Zeeuwse gerechten,
kinderspelen, klederdrachten, en al
lerhande vormen van plaatselijk
volksvermaak van nu en vroeger.
Kortom: het is een uitgelezen boek
werk, waar je nooit in uitgelezen
raakt!
Adressen.
Het secretariaat van de Zeeuwsche
Vereeniging voor Dialectonderzoek
berust bij: mevrouw E. J. van den
Broecke - de Man, Boulevard De
Ruyter 194, 4381 KG Vlissingen, Tel.
01184- 16924. Suggesties, tekstbijdra
gen, e.d. ten behoeve van het Zeeuws
Woordenboek worden door haar
graag ingewacht.
1 April.
Humor is in het boek ook terug te
vinden: o.a. in de rubriek 1 april
grappen. Daaruit blijkt, dat een
Zeeuw zijn „slachtoffer" de (onmo
gelijke) opdracht geeft om even iets
voor hem te halen, b.v.:
een vlóöienvalletje: een eierzifje; een
aerebezem- of frinzen- (aardbeien)-
laddertje; bie de bakker vierkante
rondjes of ronde vierkantjes: platte-
böónezaod; een waeterzaege of
ströopzaege.
Wie een proefexemplaar wilt ont
vangen van „Nehalennia", waarover
in bijgaand artikel wordt gesproken,
of wie zich op wil geven als lid van
de Zeeuwsche Vereeniging voor Dia
lectonderzoek 15,per jaar) kan
terecht bij de penningmeester: de
heer B. Oele, Vroonlandseweg 3b,
4421 GJ Kapelle, Telef. 01102-1700.
leder lid is automatisch geabonneerd
op „Nehalennia".
7'